Nr. 14. 21 december 1966. NOTULEN van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest op woensdag 21 december 1966 te 19.30 uur. VOORZITTER: de burgemeester, de heer Mr. S.P. Baron Bentinck. SECRETARIS: de heer J.J.J.M. Festen. Tegenwoordig de leden: J. van den Arend, G.C. van den Berg, J.W.D. Berkel- bach van der Sprenkel, J.K. de Bruin, DrsL.J. Dijkstra, J.J. Ebbers B.H.A. Elbertse, M. de Groot, K. de Haan, A.P. Hilhorst, J.H. Hom, J.C. Korte (later), G.H. Oldenboom, mevrouw P.J. Oranje-Entinkmevrouw S.M. Polet-MuslerP.C. Pieren, J.R. van Poppelen, D.Chr. Stam, J.H.N. Veldhuizen, C. Verheus, mevrouw M.C.P. Walter-van der Togt en A.S. Westra. Afwezig met kennisgeving het lid: P. Grift. De VOORZITTER opent de vergadering en doet voorlezing van de ge bedsformule. Vervolgens deelt hij mede, dat van de heer Grift bericht van verhindering wegens ziekte is ingekomen. 256(1) Notulen van de vergadering gehouden op 19 oktober 1966. Deze notulen worden zonder discussie en zonder hoofdelijke stem ming ongewijzigd vastgesteld. De VOORZITTER merkt op dat het seniorenconvent zo juist heeft vergaderd. Besloten is de raad in overweging te geven de eerste anderhalf uur van de raadsvergaderingen niet te roken en daarna met het roken enige matiging te betrachten. Ook heeft het seniorenconvent in overweging gege ven om de voorzitters van de diverse commissies te vragen om het roken te temperen bij de commissievergaderingen, die in een kleine kamer worden ge houden, opdat de atmosfeer niet te veel wordt verontreinigd. Daarbij is vooral gedacht aan de vergaderingen die of lang duren, of waarbij twee com missies achter elkaar vergaderen, waardoor de tweede commissie in een vol ledig bedorven atmosfeer terechtkomt. Het seniorenconvent is van mening, dat in dezen een beroep moet worden gedaan op de voorzitters van de commis sies, die dan zelf kunnen bepalen in hoeverre er gerookt mag worden of met mate gerookt kan worden. Vervolgens deelt spreker mede, dat voor de behandeling van de lijst van ingekomen stukken de bode een extra ingekomen stuk zal binnen brengen. De reeds langer zitting hebbende raadsleden zullen wel de aard van het ingekomen stuk begrijpen als spreker zegt, dat het afkomstig is van de heer Breedeveld. Vervolgens brengt de bode een taart binnen, die de Soester raad wordt aangeboden door de heer Breedeveld, directeur van het gasbedrijf te Soest. Met deze taart wil de heer Breedeveld de levering van de tienmiljoen ste kubieke meter gas in 1966 luister bijzetten. 257(2) Ingekomen stukken. a. Schrijven d.d. 21 oktober 1966 van de minister van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk inzake de lijst van archeologische monumenten met voorstel die brief voor kennisgeving aan te nemen. De heer DIJKSTRA zegt dat hij de lijst van archeologische monumenten met belangstelling heeft ingezien. Hij heeft er o.a. in gelezen, dat het Engbergje nog steeds niet volledig is onderzocht. Er is nog een tweetal volkomen gave prehistorische grafheuvels in de duinrug van Soestduinen. Is het bekend of een verder onderzoek ter plaatse in de naaste toekomst op het programma staat? De VOORZITTER merkt op, dat hij eigenlijk helemaal niets over deze materie kan zeggen. Het is ingevolge de Monumentenwet verboden om op gravingen zonder toestemming van de minister te doen. Er zijn enkele in stanties die vergunning hebben gekregen. De belangrijkste van die instanties - 283 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1966 | | pagina 284