21 juni 1967.
Spreker voegt hieraan toe, dat Eurowoningen N.V. en Park-Fonds
Trust N.V.waarmede naar aanleiding van deze opmerking contact is opge
nomen, hiermede akkoord gaan en dat, aangezien ook het college geen bezwaar
heeft tegen opneming van deze clausule, aan punt I van het ontwerp-besluit
inzake de verkoop van grond voor de bouw van 456 woningen wordt toege
voegd
8. het is de koper verboden de grond na eigendomsoverdracht in erfpacht
aan derden uit te geven. De raad kan van dit verbod ontheffing ver
lenen.
Tenslotte deelt spreker mede dat van de financiële commissie de
volgende opmerking is ingekomen:
"De financiële commissie verenigt zich met dit voorstel. Eén
lid had graag in het voorstel een huuroverzicht zien opgenomen".
De heer DE BRUIN zegt dat de raad door het aannemen van dit voor
stel natuurlijk weer automatisch aan het stratenplan aan de hand waarvan
deze woningen in het Soesterveen zijn gepland, is gebonden zonder dat
daarover enig vooroverleg met de raad heeft plaatsgehad.
Sprekers fractie vraagt zich af, in hoeverre de bouw van de in
dit voorstel genoemde drie woningtypen er echt toe zal bijdragen om de
Soester woningnood op te heffen; gelet op de in een commissie genoemde
huurbedragen die voor deze woningen zullen moeten worden betaald, komt
het haar voor dat met deze woningen de woningnood niet zal worden opge
heven.
Deze fractie betreurt het zeer dat de onderhavige exploitatie-op
zet met een vrij aanzienlijk tekort sluitend is gemaakt.
De VOORZITTER meent dat de heer de Bruin de zaak verkeerd stelt
door te stellen: Zal met deze woningen de woningnood worden opgeheven?
De woningnood zal door deze woningen niet worden opgeheven. De woningnood
is een nood die gedifferentieerd is ten aanzien van de woningzoekenden.
De gemeente bouwt nu een groot aantal woningwetwoningen in het Soesterveen.
Deze woningen moeten medehelpen om voor de categorie van woningzoekenden
die voor een woningwetwoning in aanmerking komen, de woningnood aanzienlijk
te verminderen. De premieflatwoningen in de verhuursector zullen bijdragen
tot een aanzienlijke vermindering van de woningnood voor de categorie van
woningzoekenden die voor zo'n woning in aanmerking komen. Of het aantal
van die woningen te groot danwel te klein is voor het aantal woningzoeken
den die voor een dergelijke woning in aanmerking komen, valt op dit moment
nog niet te voorspellen. Als het over iets duurdere woningen gaat, is men
altijd geneigd te denken dat daarvoor geen Soesters of economisch aan Soest
gebondenen aanwezig zijn. Ook toen b.v. de drie blokken premiewoningen aan
de Van Goyenlaan werden gebouwd, rees met het oog op de huurprijs van die
woningen (premiewoningen die voor die tijd nogal duur waren, relatief net
zo duur als de woningen die nu in het Soesterveen worden gebouwd) de vraag
of daarvoor wel voldoende belangstelling bij Soesters zou bestaan. Maar
bij de verdeling van die woningen heeft men maar één zorg gehad: Hoe kunnen
wij nog een beetje rechtvaardig dezeuwoningen verdelen onder het grote aan
tal mensen die zo'n woning willen hebben en hiervoor in aanmerking komen?
Zo is het ook gegaan toen een iets kleiner aantal eengezinswoningen in de
premiesector werd gebouwd. Men was toen in Soest niet gewend dergelijke
aantallen woningen te bouwen en men keek daar wat tegen aan. Maar hoeveel
men hier ook bouwde, tot nu toe is het altijd te weinig geweest. Vanavond
gaat het over een aantal dat weer groter is dan de aantallen die tot nu toe
in één keer aan de orde zijn geweest en weer is men geneigd - spreker maakt
dit althans op uit de woorden van de heer de Bruin - te denken: Zou het niet
iets te ruim zijn? Spreker weet dit niet, maar hij is er-van overtuigd dat
verreweg het grootste deel van deze woningen zal worden toegewezen aan
Soesters of economisch aan Soest gebondenen.