21 juni -1967.
;uur-
maar dat neemt niet weg dat nu met betrekking tot het gedeelte buiten de
Kerkebuurt een besluit is voorgelegd terwijl het structuurplan nog moet
worden behandeld. Dat structuurplan moet zeker worden behandeld, want de
stedebouwkundige is het o.a. ook met zichzelf nog niet helemaal eens.
Over het feit dat er volgens dat plan tegenover de Kerkstraat een weg van
de Eng afkomt, schrijft dé stedebouwkundige op pagina 30 van de structuur
nota: "Daarom mag worden aangenomen dat, ook wanneer de gemeente in het
gelijk wordt gesteld, toch een nieuwe bewerking van dit plan plaats zal
vinden, voordat tot uitvoering wordt overgegaan."
Sprekers fractie acht dit dermate belangrijk, dat zij zich op het
standpunt stelt dat wanneer het bestemmingsplan Kerkebuurt niet kan worden
gelicht uit het structuurplan zoals dat is voorgelegüy zrij tegen dit voor
stel moet stemmen. Als het bestemmingsplan Kerkebuurt wel uit dit voorstel
kan worden gelicht, dan gaat zij wel akkoord met dit bestemmingsplan.
De heer DE GROOT'/zegt dat de antwoorden van wethouder Hilhorst
en de voorzitter zijn fractie niet van haar ongelijk hebben overtuigd.
Spreker herinnert eraan dat de voorzitter heeft gezegd, dat een
wat kleiner plan, dat ook mogelijk zou zijn, in Utrecht bezwaren oproept.
Vervolgens wijst hij erop dat een wat groter plan in Soest, speciaal bij
de bewoners^van de Kerkebuurt, bezwaar oproept, getuige het grote aantal
bezwaarschriften dat tegen het onderhavige plan is binnengekomen. Het is
nu maar de vraag wat het zwaarst is en wat het zwaarst weegt.
De wethouder heeft erop gewezen dat wanneer dit plan zal worden
aangenomen, het voor de betrokken bewoners in zoverre beter wordt, dat
men dan weet waaraan men toe is. Spreker geeft dit toe. Nu weet men niet
wat er straks nog mag en niet mag en wanneer dit plan is aangenomen dan
weet men, dat er niets meer mag. Wat dit betreft is zeker weten altijd te
verkiezen boven twijfel en onzekerheid. Maar ook de financiële consequenties
mogen zeker niet uit het oog worden verloren en daarover is tot nu toe tot
sprekers spijt nog heel weinig te horen geweest. Het wegsaneren van blokken
bedrijfspanden en blokken woonhuizen zal straks ongetwijfeld enorme kapi
talen kosten, maar daaromtrent is de raad geen enkel inzicht verschaft.
De raad kan thans zelfs niet bij benadering zeggen, wat de verwezenlijking
van dit plan de gemeente in de toekomst zal kosten. Op (deze grond ook vindt
sprekers fractie het onverantwoord haar stem aan dit voorstel te geven.
De heer WESTRA merkt op dat de heer Hilhorst o.a. heeft gezegd:
De zaak is in deze buurt feitelijk bevroren zolang er geen bestemmingsplan
is. Vervolgens wijst spreker erop dat de raad in november heeft besloten,
dat er een bestemmingsplan in voorbereiding is en dat wanneer zo'n plan in
voorbereiding is en voor wat het desbetreffende gebied betreft, bouwver
gunningen worden aangevraagd, burgemeester en wethouders onder goedkeuring
van gedeputeerde staten de vereiste bouwvergunningen kunnen verlenen als
de aanvragen in overeenstemming zijn met het in voorbereiding zijnde uitbrei
dingsplan en er geen weigeringsgronden zijn. In dit opzicht is er zijns in
ziens geen sprake van een stagnatie van de realisering van wensen die moge
lijk in het betrokken gebied leven.
In een brief die bij de stukken ter inzage is gelegd in verband
met punt a der ingekomen stukken staat, dat bij een bestemmingsplan een
exploitatie-opzet moet worden overgelegd aan gedeputeerde staten. Als een
exploitatie-opzet aanwezig is, dan kan men de financiële consequenties van
de aanneming van het voorliggende plan overzien, maar nu verkeert men wat
dit betreft in de mist.
De VOORZITTER zegt dat het in de praktijk niet zo eenvoudig is
als de heer Westra denkt. Wanneer er met betrekking tot een gebied ten aan
zien waarvan een plan in voorbereiding is bouwaanvragen binnenkomen, dan
is ter zake de goedkeuring van gedeputeerde staten nodig. Die aanvragen
moeten dan worden behandeld en bekeken met het oog op het in voorbereiding
- 151 -