21 juni 1967.
zoiets, maar de raad heeft besloten.
De wethouder DE HAAN: De heer de Bruin bedoelt het intrekken van
het besluit als raad.
De VOORZITTER: Dan moet de heer de Bruin maar een voorstel doen
- maar niet in deze raadsvergadering - om een raadsbesluit in te trekken.
Dan zal wel een schadevergoedingsactie van de tegenpartij volgen omdat de
andere partij zich niet aan een afspraak houdt. Het betreft hier een twee
zijdige overeenkomst, waarbij men het met elkaar eens is geworden.
De heer DE' BRUIN: Dat weet ik wel, maar die overeenkomst wordt hier
mede niet ongedaan gemaakt. Er wordt een wijziging in de begroting aange
bracht, het gaat hier om een overbrenging van de ene begroting naar de andere
begroting. De getallen waarop deze overbrenging betrekking heeft zijn toch
te wijzigen?
De VOORZITTER: Neen;
De heer DE BRUIN: Ja, ze zijn wel te wijzigen,'
De VOORZITT^R^ De raad heeft besloten tot bepaalde grondaankopen
en die aankopen vinden weerslag in de begroting van een bepaald jaar..Als 151(17d
ze niet in een bepaald jaar kunnen gebeuren, dan moeten ze financieel in het
volgende jaar worden verwerkt, maar de desbetreffende besluiten die de raad
heeft genomen, blijven bestaan en de raad of eigenlijk de wet heeft burgemees
ter en wethouders opgedragen om die besluiten uit te voeren. De raad kan niet
ineens zeggen: Nu gaan we het veranderen. Hij heeft met een ander een afspraak
gemaakt en die moet worden nagekomen.
De wethouder HILHORST: De heer de Bruin zal een mooie paardenkoper
zijn.'
De heer WESTRAHier zijn twee dingen in het spel. De aankoop moet
op grond van naar ik meen artikel 231 van de gemeentewet binnen drie maanden
de goedkeuring van gedeputeerde staten hebben. Komt die goedkeuring niet af,
dan wordt zij geacht stilzwijgend te zijn verleend. Gedeputeerde staten kun
nen deze termijn met twee maanden verlengen tot vijf maanden en dan moeten
zij binnen die vijf maanden een beslissing nemen, Als die beslissing goed
keurend is, dan is inderdaad het desbetreffende raadsbesluit tot stand gekoirn»
men, maar ik geloof dat de goedkeuring van het raadsbesluit waarop begrotings
wijziging 114 betrekking heeft, nog nooit is afgekomen. Ik meen te weten dat
men wat dit betreft spreekt van het systeem van vertraagde goedkeuring. Tegen
dat systeem zijn heel wat bezwaren aan te voeren. Wat nu aan de orde is, is
feitelijk de financiële uitvoering van een toen genomen besluit dat niet
binnen de vereiste tijd de goedkeuring heeft verkregen.
De VOORZITTER: Een besluit tot aankoop moet door gedeputeerde sta
ten worden goedgekeurd. Gedeputeerde staten kunnen daarbij twee zaken in het
oog houden: 1) is de aankoop in het belang van de gemeente, past hij in het
algemeen beleid? 2) is de aankoop financieel verantwoord? Gedeputeerde staten
hebben stilzwijgend deze vragen bevestigend beantwoord. Alleen de ministerivan
binnenlandse zaken heeft gedeputeerde staten verboden het raadsbesluit formeel
goed te keuren, niet omdat de gemeente het desbetreffende bedrag niet kan
betalen en ook niet omdat de aankoop niet past in het algemeen beleid, maar
zuiver omdat er geen vaste financieringsmiddelen zijn. Dit is een zaak die
helemaal niet in de gemeentewet is voorzien. Hiervoor is een modus gevonden
en die houdt in, dat het raadsbesluit formeel niet wordt goedgekeurd, maar
ondertussen weer wordt ingestuurd en weer een termijn loopt. Dit is een wat
rare constructie maar op deze manier is men uit impasse gekomen die in de
gemeentewet niet is voorzien. Het is echter niet zo dat nu.
De heer DE BRUIN: Wacht maar.'
De VOORZITTER: Het is niet zo, dat de raad nu eenzijdig van een
besluit af zou kunnen. Als de raad zich op deze manier weer los zou kunnen
epn
weken van "eenmaal gemaakte afspraak,zou niemand meer met de gemeente in zee
willen gaan. Het zou bovendien hoogst onbehoorlijk zijn. Al zou het kunnen,
- 162 -