12 december 1967. dus wel even onder de loep worden genomen. Bekeken zou kunnen worden of het aantal vertegenwoordigers van het gemeentebestuur in de sportstichting moet worden uitgebreid. De materie met betrekking tot de instelling van een commissie voor sport en recreatie - door mevrouw Polet uitgebreid met de cultuur tot een commissie voor de vrijetijdsbesteding - zal door het college worden be keken. Een moeilijkheid kan zijn dat de sport, culturele zaken een deel van de vrijetijdsbesteding tot sprekers portefeuille behoren, terwijl de recrea tie tot de portefeuille van de voorzitter behoort. Binnen het college zal moeten worden uitgekiend wie al deze zaken moet gaan behandelen. In het comité dat zich bezighoudt met de voorbereiding van een sporthal is ook aandacht besteed aan wat de heer de Groot noemt een ge meenschapshal. De materie met betrekking tot de hallen die voor verschillen de doeleinden kunnen worden gebruikt, is vrij algemeen in discussie. De vraag is wat Soest onder de huidige omstandigheden moet doen. Ongeveer duizend sporturen per jaar en 52 schoolgymnastiekuren per week (overdag) staan te genover ongeveer enige tientallen uren ander gebruik. Moet de hal voor dit andere gebruik worden vergroot en duurder worden gemaakt? Of kan men beter in een volgend stadium het probleem van de gemeenschapehal aanpakken, waar bij men dan te maken zal hebben met een grotere gemeente, een groter aantal inwoners, kortom met een groter draagvlak? De mogelijkheden van het gebruik van zo'n gemeenschapshal zullen dan nog iets meer zijn uitgewerkt. Zo'n hal zal dan ook ongetwijfeld beter haar plaats kunnen vinden in een nieuw cen trum of althans in de omgeving van een nieuw centrum. Want naarmate de gemeente groter wordt stijgt het aantal gebruikers voor bepaalde manifesta ties (tentoonstellingen e.d.), dat er op het ogenblik nog betrekkelijk wei nig is. Het is dus echt een punt dat aan de orde komt na verwezenlijking van de sporthal, want zodra de gemeente weer wat groter is, is die ene sport hal beslist niet voldoende om alles op te vangen. Dan kan de kwestie van een gemeenschapshal in studie worden genomen. Het college heeft voor de verwezenlijking van een ijsbaan in Soesterberg aan enkele ingezetenen van Soesterberg de kwestie van de situering voorgelegd. Er zijn wel enkele sug gesties gedaan, maar die bleken bij nader inzien niet haalbaar te zijn. Burgemeester en wethouders staan voor elke suggestie op dit terrein open. Burgemeester en wethouders zullen zich nader beraden over de kwestie van een eventuele uitbreiding van de onderwijscommissie met een lid van de Boerenpartij. Er is ook nog altijd de mogelijkheid van aandrang uit de raad. Thans is alleen door de Boerenpartij-fractie op deze aangele genheid gewezen. De wethouder VAN DEN AREND zegt als antwoord aan de heer van Pop- pelen dat bij de behandeling van de begroting 1967 nog niets bekend was van het besluit verfijning algemene uitkering rioleringen, waardoor de ge meente op een verhoging van 141.000,-- kon rekenen. Het Koninklijk Besluit is gedateerd 2 december 1966 en was het college pas eind december bekend. Bij de behandeling van de begroting 1967 kon er derhalve nog geen rekening worden gehouden met dat bedrag van 141.000, Door de activiteit van het college zijn de volgende kbedieten toe gezegd: 700.000,voor de brandweerkazerne (voor dit project heeft met name de burgemeester zich persoonlijk erg ingezet) en enkele kredieten voor het doen van grondaankopen ten behoeve van de bouw van woningen. Bij de aanleg van gasleidingen wordt zoveel mogelijk getracht lek kages te voorkomen, zodat de schade aan de bomen zo gering mogelijk zal zijn. Het college wil de G.A.S.0. van onderaf aan opbouwen. Het gaat om specialistenwerk en de installateurs beschikken niet over dergelijke specialisten. Het is wel de bedoeling om deze specialisten aan te trekken, maar dan moet eerst bekend zijn hoeveel mensen er gebruik zullen maken van de G.A.S.0. - 338 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1967 | | pagina 339