12 december 1967. ook gewoonweg niet het voor dergelijke werkzaamheden benodigde geld heeft. Hier en daar zijn groenstroken veranderd in parkeerstroken. Iedere straat zal incidenteel moeten worden bekeken, men kan deze zaak niet met een alge mene formule afdoen Deze zaak heeft de aandacht van het college. Wanneer het nodig is komt er een voorstel van het college. De heer WESTRA heeft ook niet gevraagd om een algemene maatregel. Hij heeft alleen gevraagd om daar waar het mogelijk is de groenstroken door parkeerstroken te vervangen. Als voorbeeld heeft hij de Gallenkamp Pelsweg genomen. Zonder enig bezwaar kunnen de groenstroken in deze weg verdwijnen en worden vervangen door parkeerstroken. Wanneer de groenstroken worden verwijderd heeft de gemeente ook geen onderhoud meer voor deze groenstroken. Dat bespaart de gemeente een aanmerkelijk bedrag. Bovendien wordt de bruik baarheid van de straat voor de bewoners verhoogd. De VOORZITTER is het nog nooit opgevallen dat de Gallenkamp Pels- weg een straat is, waarin het verkeer erg in de knijp zit. Er zijn ter plaat se al heel grote parkeerstroken. De heer WESTRA: Een klein stukje.' De VOORZITTER: ...en waar zij niet zijn is de weg redelijk breed. In de Birkstraat is inderdaad een stukje riolering gelegd. Dat was daar mogelijk. Het was ook mogelijk om dit te doen voor een bedrag lager dan 25.000,--. Daardoor kon dit werk tot stand komen. Dat is wel een uitzondering. Een werk kan niet in stukjes worden gesneden. De hogere overheid zal de in stukjes gesneden werken dan toch als één werk zien. Het tweede stukje wordt onmiddellijk bij het eerste stukje opgeteld en dan zijn er vaste financieringsmiddelen voor het werk nodig. Bovendien zou het werk enorm veel duurder worden. In de Birkstraat kon het werk worden uitge voerd, omdat het om een zelfstandig stukje riolering ging. Het ligt voorlo pig niet in de bedoeling om dit stukje verder door te trekken. Op de door de heer Westra genoemde wijze zal het rioleringsprobleem in Soest dan ook niet kunnen worden opgelost. De heer 0LDENB00M voelt zich miskend in de beantwoording van een door hem gestelde vraag. Zo miskend zelfs, dat men er objectief gezien ver schrikkelijk boos over zou kunnen worden. Als ik u, aldus spreker, zeg dat u geen paraplu nodig hebt, omdat het niet altijd regent, dan is dat natuur lijk een volslagen onzinnige opmerking. Maar in Antwoord nummer 23 schrij ven burgemeester en wethouders "Aanschaffing van een z.g. bladzuiger is te duur, omdat deze slechts een gedeelte van een jaar gebruikt kan worden en dan nog alleen als het geen vochtig weer is". Dacht het college nu dat de raad zo dom was om te denken dat de bladzuiger ook midden, in de winter of in het voorjaar zou worden gebruikt? Vanuit de raad wordt een suggestie gedaan om een bladzuiger aan te schaffen. Het gaat in dit geval om een afweging van kosten. Deze appa raten zijn elders (b.v. in Utrecht) in gebruik. Daar is het ook vaak nat en daar liggen ook niet het hele jaar door de bladeren op straat. Het is een volkomen negatie van de ernst waarmede een dergelijke suggestie is ge daan. De VOORZITTER zegt dat een apparaat goedkoper is naarmate het langer en meer kan worden gebruikt. Een apparaat dat dus maar enkelè weken per jaar kan worden gebruikt vereist een heel hoog bedrag aan rente en af schrijving en zal betrekkelijk weinig arbeidskrachten kunnen vervangen. De directeur van gemeentewerken is van oordeel dat een bladzuiger slechts zo kort in gebruik is dat de daarmede te bereiken bezuinigingen niet opwe gen tegen de daardoor te verhogen kosten. Dit is dus een zuiver economisch motief. Onbekend is hoe men in Utrecht een en ander heeft berekend. Er kunnen natuurlijk ook andere motieven zijn. Het kan zijn dat de gemeente Utrecht gewoon geen mensen heeft om de bladeren te verwijderen. Men maakt

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1967 | | pagina 350