21 februari 1968. bibliotheek in financieel opzicht loodzwaar drijft op de gemeente. In dit opzicht is het een beetje verdrietig, dat burgemeester en wethouders in de laatste alinea van hun brief aan de raad schrijven: "Daar het stichtings bestuur een rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam is en de vereiste toe stemming van de gemeente Soest om te komen tot een gebouw voor de centrale leeszaal en bibliotheek heeft verkregen, zijn wij van mening dat dit be stuur niet genoodzaakt was hiervan aan de gemeente mededeling te doen". Formeel is deze mededeling volkomen onaantastbaar. Men zou echter de werkelijkheid niet uit het oog mogen verliezen. Die werkelijkheid is dat de gemeente garant is voor de financiering van het gehele gebouw en dat het exploitatietekort dicht in de buurt van een ton ligt. Het spreekt vanzelf dat het gemeentebestuur nauwkeurig wenst te worden ingelicht. Maar au fond.is er bijzonder weinig gebeurd. Ieder die deze zaken ter harte gaat was geschokt en verrast toen bleek, dat de hele nijverheidsschool was verdwenen. Tevoren hadden alle des kundigen verklaard, dat de gemeente een bijzonder geluk had met de oude nij verheidsschool. Deze school zou voor eeuwen zijn gebouwd, in de gehele ge meente was geen gebouw te vinden, dat zulke prachtige muren, dwarsverbanden, kolommen etc. had als de nijverheidsschool. De nijverheidsschool zou een uniek gebouw zijn. Het zou zonde zijn om er maar iets aan te doen. Maar ineens is het gebouw helemaal verdwenen. Daaruit blijkt voor de zoveelste keer hoe betrekkelijk de verzekeringen van de deskundigen zijn. Daarbij legt spreker zich neer. Au fond komt de gehele zaak erop neer, dat de architect, de heer Hulshof, aan het bestuur van de stichting openbare leeszaal en bibliotheek heeft verzekerd, dat de thans te volgen werkwijze geen cent extra zal kosten. De school is alleen afgebroken op verzoek van aannemer A.A. van Breukelen. Deze meende beter uit de voeten te kunnen, wanneer het gehèle gebouw zou zijn afgebroken. De aannemer zal dezelfde stenen weer gebruiken. Er is derhalve niet zo heel veel aan de hand. Het stichtingsbestuur werkt bijzonder plezierig. De bestuurders werken met grote animo en bijzondere toewijding. De heer GRIFT kan begrijpen dat het bouwkundig juist is dat de nijverheidsschool geheel werd afgebroken. De oude school zat fantastisch goed in elkaar. De aannemer had verbouwingen moeten aanbrengen, wanneer de school niet was afgebroken. Om te voorkomen dat men zou kunnen zien welk deel nieuw was en welk deel oud, zou een verflaag over de buitenmuren moe ten zijn aangebracht. Er zou echter toch altijd een zichtbaar verschil tussen het oude en het nieuwe deel blijven. Het is dan ook begrijpelijk, dat de aannemer heeft voorgesteld de school geheel af te breken. Uit bouw kundig oogpunt kan de aannemer immers beter een nieuw gebouw neerzetten dan een oud gebouw verbouwen. In het nieuwe gebouw komt een grote kelder, waar voor vele kubieke meters beton zijn gestort. Dat was nooit mogelijk geweest, alsliet gebouw niet was gesloopt. Er is, zoals de heer Oldenboom reeds ver onderstelde, inderdaad sprake van een douceurtje van de aannemer. De aan nemer kan voor het bedrag dat deze krijgt de school beter helemaal nieuw bouwen dan de oude school verbouwen. Er zal thans ongetwijfeld een mooier gebouw verrijzen; bovendien zal er sprake zijn van een beter geheel. De kozijnen van de oude school zouden moeten worden vervangen door nieuwe kozijnen. Het aanwerken van de kozijnen blijft men altijd zien, wat men er ook aan doet. De heer DIJKSTRA: Het wordt nu een prachtig gebouw.' De heer KORTE wil niet van het standpunt uitgaan of het al dan niet wenselijk was de school te slopen. Onder normale financiële omstandig heden had de stichting openbare leeszaal en bibliotheek geen lening aange gaan, maar de gemeente zelf. De gemeente had dan voor de verbouwing gezorgd en het gebouw zou eventueel zijn verhuurd aan de stichting openbare lees zaal en bibliotheek. On deze wijze zou de raad wel volledige inspraak heb ben gehad. Door de financiële omstandigheden - de gemeente kan geen kapitaal - 21 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1968 | | pagina 22