20 december 1968 Er gaan natuurlijk ook wel eens wat gereedschappen verloren. De heer EBBERS zegt dat er ook ten behoeve van de garage-uit rusting voor gemeentewerken een groot bedrag staat vermeld op de begro ting. Er dient dan ook te worden gestreefd naar een zo centraal mogelijk geleid onderhoudsbedrijf. Het verdient aanbeveling deze mogelijkheid in de gaten te houden. Een versnippering van krachten gaat geld kosten. De VOORZITTER antwoordt dat de garage-uitrusting is bestemd om gereedschappen aan te schaffen die nodig zijn voor het gewone dage lijkse onderhoud, zoals de particulier dat thuis doet. De heer DE BRUIN zegt dat de politie bij verkeersongevallen in het vervolg de wrakken zelf zal wegslepen. Vroeger gebeurde het weg slepen door particulieren. Is er een bijzondere reden voor de wijziging in de situatie? De VOORZITTER antwoordt dat het wegslepen ook nog wel eens door een particulier zal geschieden. De heer De Bruin zij er echter op gewezen dat het nogal eens voorkwam dat er geen particulier beschikbaar was. De particulier van wiens diensten de politie nogal eens gebruik maakte is o.a. ook belast met de repatriëring van verongelukte auto's uit het buitenland, waardoor het wel eens gebeurde dat de wrakken niet konden worden weggehaald. De heer VAN DEN BERG merkt op het niet helemaal eens te kun nen zijn met hetgeen burgemeester en wethouders met betrekking tot de brandweer schrijven op bladzijde 12 van het Antwoord. Het college schrijft o.a.: "Het noodstroomaggregaat is van den beginne af in de plannen voor de bouw van de brandweerkazerne opgenomen geweest. Bij een tussentijdse calculatie van de oorspronkelijk ge raamde kosten, bleek echter dat hiervoor niet voldoende krediet aan wezig was Spreker meent zich te herinneren dat de commissie voor de brandweer aan het begin van het jaar werd geconfronteerd met een aan vraag voor een noodstroomaggregaat ad 39.000,De deskundige in de commissie vond het bedrag nogal vrij hoog. Uit het Antwoord van burgeneester en wethouders kan men de conclusie trekken dat in het oorspronkelijke krediet (verleend in de raadsvergadering van 18 september 1963) een bedrag zou zijn opgenomen voor het noodstroomaggregaat. In de opsomming van kosten bij bedoeld raadsvoorstel wordt helemaal niet gesproken over een noodstroomaggre gaat. De vraag rijst dan ook op welke post het bedrag voor het nood stroomaggregaat zou hebben moeten drukken. Als raad zou men nog heel lang kunnen delibereren over de onderhavige aangelegenheid. Spreker verzoekt burgemeester en wethouders de commissie voor de brandweer een volledig overzicht te willen geven van de diverse kredieten die in de loop der jaren ten behoeve van de brandweer zijn verstrekt. Daarnaast verzoekt hij burgemeester en wet houders de commissie voor de brandweer alle afschriften te verstrekken van de correspondentie die is gevoerd in verband met de aanschaf van stoelen voor de brandweergarage. De VOORZITTER zegt dat het noodstroomaggregaat vanaf het eerste begin in de plannen opgenomen is geweest, maar men heeft ver zuimd om een bedrag bij het krediet op te tellen. Toen men het nood stroomaggregaat moest aanschaffen bleek er geen krediet beschikbaar te zijn. Daarom is er een afzonderlijke kredietaanvrage geweest. De heer VAN DEN BERG meent te moeten concluderen dat hetgeen burgemeester en wethouders op bladzijde 12 van het Antwoord schrijven niet geheel in overeenstemming is met de werkelijkheid. De VOORZITTER merkt op dat het antwoord wel juist is, maar - 342 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1968 | | pagina 343