20 december 1968.
Hoofstuk V. Volkshuisvesting.
De heer Westra merkt op dat de VVD-fractie enige jaren ach
tereen heeft gevraagd om een specificatie van de woningzoekenden met een
onderverdeling zoals geschiedt in tabel 12, bladzijde 11 van het E.T.I.-
rapportDe eerste keer werd geantwoord dat de gemeente geen personeel
beschikbaar had; zodra er een werkloze hoofdarbeider beschikbaar was zou
den de gevraagde gegevens worden verstrekt. Verleden jaar is toegezegd
dat de gegevens zo spoedig mogelijk zouden worden verstrekt. Thans wordt
in het Antwoord feitelijk medegedeeld dat de hele cartotheek niet deugt,
omdat zij niet is bijgehouden ten aanzien van verschillende noodzakelijke
gegevens. Spreker zou het zeer op prijs stellen wanneer de cartotheek op
korte termijn up to date wordt gemaakt. Degenen die geen woning meer zoe
ken dienen uit de cartotheek te worden verwijderd. De raad dient een in
zicht te krijgen in het juiste aahtal woningzoekenden, ingedeeld naar
voornoemde rubricering. Te hopen zij dat de raad een dergelijk overzicht
op niet te lange termijn tegemoet kan zien.
De heer ELBERTSE vraagt of het mogelijk is dat de voorzitter
in de bij de nieuwjaarsrede behorende gegevens in procenten aangeeft aan
welk huurpeil de woningzoekenden behoefte hebben. Wanneer er namelijk
wordt gesproken over het bouwen van woningen voor de minst draagkrach-
tigen, dan weten de raadsleden eigenlijk niet hoeveel minder draagkrach-
tigen een woning nodig hebben.
Tot zijn schrik heeft spreker vanmorgen bemerkt dat de voor
zitter meent dat het bouwen van goedkope woningen alleen maar kan plaats
vinden door de woningen uit te kleden. Het college zij echter ook gewe
zen op de mogelijkheid om keuzewoningen te bouwen. In de praktijk is ge
bleken dat deze soort van woningen goedkoop kan worden gerealiseerd. Het
ministerie van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening geeft zelfs een
extra subsidie van 50%. Wellicht kan men in Soest komen tot het bouwen
van keuzewoningen, die zowel in laagbouw als hoogbouw (drie woonlagen)
worden uitgevoerd. Het is misschien ook mogelijk om de woningbouwvereni
gingen, die bij de bouw van keuzewoningen een zeer speciale taak hebben,
in te schakelen.
In het kader van de woningbehoefte zou spreker gaarne willen
vernemen welke invloed het gereedkomen van het tehuis Molenschot heeft
gehad op de doorstroming. Hij heeft begrepen dat de gereedkoming van
Molenschot nogal een belangrijk effect heeft gesorteerd, maar de cijfers
zijn eigenlijk nooit op tafel gekomen. Het zou interessant zijn om deze
cijfers alsnog te zien.
Bij het rapport over de hoog- en laagbouw behoort een kaartje
dat een indruk geeft op welke wijze een en ander is berekend. Is het
mogelijk meer exemplaren van dit kaartje te maken, zodat de raad kan
meekijken met burgemeester en wethouders? Spreker wil niet alleen ken
nis nemen, maar ook zelf knobelen. De verhouding 1 op 2g is wel aardig,
maar het is mogelijk dat er nog wel wat minder speling in deze verhou
ding zit.
De heer PIEREN zegt naar aanleiding van een rapport van het
ministerie van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening een aantal
raadsvergaderingen geleden te hebben gevraagd of burgemeester en wethou
ders een onderzoek zouden willen instellen naar de wijze waarop de
plaatselijke woningbouwverenigingen functioneren. Kan het college mede
delen wanneer ongeveer een rapport zal verschijnen over deze kwestie?
De VOORZITTER merkt op dat men bij het beheren van het bureau
huisvesting twee systemen kan volgen. In het eerste geval zal het bureau
praktisch te allen tijde up to date zijn. De voorhanden zijnde gegevens
zijn dan betrekkelijk recent. Deze situatie is voor een gemeentebestuur
het meest ideaal om mee te werken. In het andere geval worden de gege
vens niet zo dikwijls bijgewerkt; de gegevens zullen slechts worden bij-
- 346 -