gens ter inzage heeft gelegen, dat die verlangens vrijwel alle door de inspecteur worden overgenomen, doch dat het college daar maar een heel klein onderdeel uitlicht ter uitvoering. Spreker zou graag horen wat de reden van dit laatste is. Sinds jaar en dag zijn in de raad voorstellen betreffen de binnenluxaflexgordijnen behandeld. Het nu ter be handeling voorgelegde voorstel betreft buitenluxaflex- gordijnen. Gaat het hierbij om een proef naar aanleiding van opmerkingen, die, nadat elf jaar zonder meer is in gestemd met binnenluxaflexgordijnen, in een vorige raadsvergadering zijn gemaakt? Zijn de buitenluxaflex- gordijnen van zwaarder kaliber, zodat dat ze meer weerstendig zijn? De heer VERHEUS merkt op dat hij er in de onderwijs commissie op heeft geattendeerd, dat de redactie van de voorlaatste alinea van dit voorstel eigenlijk niet juist is. Hij meent zich te herinneren, dat dat toen door de desbetreffende ambtenaar is onderkend. In die ali nea wordt gesproken over het in mindering brengen van het gevoteerde krediet op de van het rijk te ont vangen vergoeding. Maar het betreft hier iets dat in we zen helemaal geen zaak voor de gemeente meer is. De desbetreffende rijksvoorschotten zijn weliswaar nog niet bekend, maar het rijk stelt hiervoor bedragen be schikbaar. De laatste alinea van dit voorstel, luidende: ,,De desbetreffende begrotingswijziging, welke wij u ter vaststelling aanbieden, treft u bij de stukken ter inzage aan.", slaat dan ook eigenlijk nergens op. De wethouder DE HAAN zegt dat de heer Van Poppe- len probeert hem te promoveren tot gedachtenlezer van de inspectie van het algemeen voortgezet onder wijs. De verhoudingen met deze inspectie zijn uitste kend, maar spreker is nog niet zo ver gevorderd, dat hij kan bevroeden wat de betrokken inspecteur heeft bewogen om zich tegen buitenluxaflex te verklaren. Die inspecteur heeft daarop geen toelichting gegeven. Spreker wil hem de volgende week, wanneer hij hem toch spreekt in verband met een andere zaak, wel naar diens desbetreffende bezwaren vragen. Spreker meent dat de heer De Bruin terecht heeft ge zegd er benieuwd naar te zijn waarom het college uit een door gemeentewerken begroot en kennelijk door de schoolleiding aangevraagd pakket zo maar een stukje heeft gelicht en niet verder is gegaan. De reden van hetgeen het college in dit opzicht heeft gedaan is vrij simpel. Ze is gelegen in het feit dat er op het ogen blik hard wordt gewerkt aan een concept-nieuwbouw- plan voor deze openbare m.a.v.o.-school in combinatie met de m.a.v.o.-school van de stichting Van der Hucht- scholen en redelijkerwijze mag worden verwacht, dat die nieuwe school bij de aanvang van het nieuwe schooljaar in september 1971 of althans heel weinig later in gebruik zou kunnen zijn genomen. Het kwam het college daarom voor, dat het bepaald niet meer verantwoord zou zijn als bijzonder grote kosten wer den gemaakt voor een interieur van een school waar van in de eerste plaats zou komen vast te staan, dat ze binnen zeer afzienbare tijd wordt gesloten en waar van in de tweede plaats vanuit het uitbreidingsplan al tamelijk redelijkerwijze bekend is, dat ze ook nog moet verdwijnen. Gemeentewerken heeft al een paar keer geëxperimen teerd met buitenluxaflex, namelijk met betrekking tot een paar noodgebouwen die al enige jaren in ge bruik zijn. Na de laatste behandeling in de gemeente raad die aan dit onderwerp is gewijd, waarbij de heer Berkelbach van der Sprenkel zeer zinnige opmerkin- 203 204 gen over deze zaak heeft gemaakt, heeft spreker zich nog eens vergewist van de praktijkervaring. Die vond men unaniem bijzonder gunstig, hoewel de noodge bouwen in kwestie bepaald niet dicht onder het toe zicht van andere burgers liggen. De bedenkingen die er bij spreker nog waren en die hem deden zeggen: „Je kan niet weten wat ermee gebeurt." en die hem deden vragen: „Zijn ze bedrijfsklaar? zijn daardoor wegge nomen. Wat de bedoelde noodgebouwen betreft func tioneert de buitenluxaflex regelmatig en voldoet die luxaflex bijzonder goed. De buitenluxaflex is nu echt wel proefondervindelijk gedurende een aantal jaren met betrekking tot houten noodgebouwen nuttig en doelmatig gebleken. Naar aanleiding van de opmerking van de heer Ver- heus dat het onderhavige voorstel een zaak betreft die feitelijk een rijkszaak is geworden nu het voortgezet onderwijs, waarbij het vroegere u.l.o. in de vorm van het m.a.v.o. is geschaard, in rijkshanden is gekomen, wijst spreker erop, dat burgemeester en wethouders wel min of meer schoolbestuur mogen spelen, maar toch altijd financiën moeten hebben om uitgaven te doen. Aangezien de desbetreffende rijksvergoedingen nog niet zijn vastgesteld en daardoor ook geen voor schotten daarop van het rijk kunnen worden verkre gen, zullen burgemeester en wethouders op andere wijze financiën moeten verkrijgen om de nodige uitga ven tijdig te doen, waarna uiteraard achteraf verreke ning plaatsvindt met de vergoedingen die nog zullen komen. Het betreft hier een aflopende zaak. Het col lege heeft het idee en hoopt, dat de raad niet veel voorstellen als het onderhavige voorstel meer zullen b hoeven te worden voorgelegd, althans indien in rede lijk tempo de desbetreffende vergoedingsregeling van het rijk afkomt. Spreker is hier nog niet helemaal ge rust op, maar hij wil wat dit betreft wel een beetje op timistisch zijn. Hij ziet toch wel aankomen dat er op een gegeven moment een bepaalde regeling, misschien zelfs een voorlopige regeling, zal komen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. (6) Voorstel tot het beschikbaar stellen van een kre diet voor het verleggen van de Generaal Winkelman straat te Soesterberg. Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoof delijke stemming aangenomen. (7) Voorstel tot het beschikbaar stellen van een kre diet voor het aanleggen van parkeerhavens langs de Plesmanstraat te Soesterberg. De VOORZITTER deelt mede, dat de financiële com missie akkoord gaat met dit voorstel, doch verzoekt t worden ingelicht op welke wijze de parkeerhavens worden aangelegd. De wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT merkt op dat dit voorstel de verbreding van de op het onderhavige weggedeelte al aanwezige parkeergelegen heid betreft. De thans bestaande parkeergelegenheid is geschikt voor langparkeren. Na uitvoering van de nu voorgestelde voorziening zal het mogelijk zijn daar haaks op de rijweg te parkeren. De bestaande voorziening wordt verbreed, bestraat en voorzien van een vrij hoge band die het onmogelijk maakt dat men het bos inrijdt. Tegenwoordig rijdt men daar de auto nogal vaak een eindje het bos in. Spreekster neemt aa dat men dat doet omdat men zijn auto liever in de schaduw dan in de zon zet. In verband met een laatst door de heer Pieren gestel- 116

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1969 | | pagina 115