lijkheid zal het niet nodig zijn om over 1969 te be
schikken over een bedrag van f. 250 000,- uit de sal
direserve. Het college koestert ten aanzien van 1970
een zelfde verwachting, onder meer omdat verschil
lende voorgestelde werken niet zullen kunnen worden
uitgevoerd daar er geen geld beschikbaar is.
In 1969 is de gemeente wel aardig aan haar trekken
gekomen De raad heeft voor verschillende kapitaal-
werken kredieten verleend. Voor bijna al deze wer
ken zijn financieringsmiddelen ter beschikking ge
steld, want alleen voor de werkzaamheden aan de
Koninginnelaan (f, 4,5 ton) is geen geld ter beschik
king gesteld, Daarnaast zijn er geen financieringsmid
delen verstrekt voor enkele kleine grondaankopen. Dit
betekent dat bijna al hetgeen in 1969 is voorgesteld
ook in de loop van het jaar is verwezenlijkt.
De heer Van Poppelen heeft verondersteld dat er on
voldoende contact is met de middenstand. Er is ech
ter reeds vanaf begin 1969 een prettig contact met de
middenstand. De middenstand heeft gevraagd om eni
ge inspraak bij de toewijzing van winkels in de nieuwe
winkelcentra (o.a. Smitsweg). Er is regelmatig contact
tussen het gemeentehuis en de contactman die door
de middenstand is benoemd, Dat contact werkt uiter
mate bevredigend.
Op een gegeven moment is het college geconfronteerd
met de komst van een cash and carrybedrijf in Soest.
Het college heeft aan deze aangelegenheid niets kun
nen doen. Het betrokken terrein heeft een bedrijfs-
bestemming. Het bedrijf diende zich aan als groothan
del, zodat de vesttging van het.bedrijf niet kon wor
den geweigerd Bovendien beschikte de eigenaar van
het bedrijf over de door de Kamer van Koophandel
en Fabrieken verstrekte benodigde papieren. Een en
ander is duidelijk uiteengezet in een vergadering die
maandag jl, heeft plaatsgehad met het bestuur van de
winkeliersvereniging en het bestuur van de r.k„-
middenstandsvereniging Deze bespreking is tot volle
tevredenheid van de middenstand verlopen. Men had
er begrip voor dat er van de zijde van het college
niets kon worden gedaan Inmiddels is gebleken dat
er geen sprake is van een groothandel in levensmidde
len, maar van gewone winkelverkoop. Het terrein
heeft geen winkelbestemming Het college heeft
daarom maandag jl een brief gezonden aan de eigenaar
van het bedrijf. Medegedeeld is dat binnen een maand
moet worden gestopt met de winkelverkoop. De mid
denstand is van de beslissing van het college op de
hoogte gesteld.
Burgemeester en wethouders vinden het allerminst
prettig dat er zich op het ogenblik een cash and car
rybedrijf heeft gevestigd in Soest. In het verleden is
reeds alle mogelijke moeite gedaan de vestiging van
een dergelijk bedrijf tegen te gaan. Dat is het college
zowel in Soesterberg als op het industrieterrein gelukt.
Maar in het onderhavige geval kon het college totaal
niets ondernemen Het cash and carrybedrijf is ook
min of meer als een donderslag uit de heldere hemel
gekomen Overleg met de middenstand had totaal
geen zin, omdat Het college de vestiging niet kon te
genhouden.
De eventuele inspraak van de middenstand bij de toe-
wijzingwan winkels in nieuwe centra moet nog wor
den besproken in het college In ieder geval hebben de
vertegenwoordigers van de middenstand maandag jl.
de bespreking volledig tevreden verlaten.
Over de toekomst van het Soester slachthuis heeft het
college contact gehad met het betrokken ministerie en
de inspecteur uit Bilthoven, Er is op dit moment nog
niets met zekerheid te zeggen. Het college is diligent.
Zodra er iets naders bekend is, zal de commissie
slachthuis worden geïnformeerd.
De kwestie van het slachthuis zal ter sprake worden
gebracht in het Samenwerkingsorgaan Eemland. Aan
dit orgaan is een brief geschreven over de eventuele
concentratie van slachthuizen. Het samenwerkingsor
gaan is verzocht zijn visie bekend te maken. De bespre
king van deze brief in de desbetreffende commissie
dient nog plaats te vinden.
De heer De Groot heeft geconcludeerd dat het ge
meentebestuur ten aanzien van de mogelijke concen
tratie van slachthuizen een al te passieve houding
aanneemt. Deze weet echter wel beter. In de vergade
ringen van de slachthuiscommissie wordt deze zaak
toch regelmatig aan de orde gesteld. De heer De
Groot is ook op de hoogte van het feit dat het college
al het mogelijke doet om enig houvast te krijgen aan
de inzichten van hogerhand op dit gebied. Tot nu toe
ontbreekt dit houvast nog. Het college moet in deze,
gewoon nog een afwachtende houding aannemen, het
geen iets anders is dan een passieve houding.
De heer De Groot, die de invoerkeuringen en daardoor
ook de heffingen op deze keuringen wil afschaffen, zij
erop gewezen dat die op het ogenblik nog een op
brengst opleveren van f. 44.000,--. Wanneer men de
ze inkomsten zou laten vervallen, zou het tekort van
het slachthuis nog aanmerkelijk groter zijn. Het is
niet de taak van de gemeentelijke overheid om zon
der meer de invoerkeurheffingen af te schaffen. Wan
neer er van hogerhand regelingen over deze aangele
genheid komen, is het wat anders. Dan zal het lande
lijk moeten gebeuren en dan zullen er waarschijnlijk
voorzieningen tegenover staan.
Het is niet nodig dat het slachthuis aan de E.E.G.-
eisen voldoet, omdat er niet wordt geëxporteerd.
Toch bevindt het slachthuis zich op het ogenblik in
een vrij redelijke toestand, zodat de gemeente, indien
nodig, de eerste jaren ongestoord met dit bedrijf kan
voortgaan,
De Gaso is in het verleden een beetje een lijdensweg
gegaan. Spreker behoeft op deze zaak eigenlijk niet
terug te komen. Ten slotte is de regeling van de Gaso
door de raad goedgekeurd. Zij is echter nog niet in
toepassing gebracht.
Dat vindt zijn oorzaak in het feit dat er een brief is
ingekomen van de Vereniging van Exploitanten van
Gasbedrijven, waarin een overzicht wordt gegeven van
de Gaso's die in den lande in het leven zijn geroepen.
Nu blijkt uit het bedoelde overzicht dat slechts 20%
van de gebruikers deelneemt aan de Gaso's. Voor
naamste oorzaak van dit lage aantal deelnemers is,
dat men de tarieven te hoog vindt. De genoemde brief
is er mede de oorzaak van dat de voor de deelnemers
bedoelde circulaire nog niet is uitgegaan. Er zijn nu
bij de Gaso 153 deelnemers die uit de eerste ronde
zijn overgebleven. Verder is deze zaak min of meer in
ruste gebleven. Van de zijde van het gasbedrijf is
daarom - hetgeen volgens de wens van de raad was -
iemand aangesteld om regelmatig de verschillende in
stallaties te controleren. Wanneer de eerste duizend
controles hebben plaatsgevonden, zal een rapport wor
den uitgebracht. Dit rapport zal worden besproken in
de gascommissie en uiteraard ter kennis worden ge
bracht van de raad.
De resultaten van de nu bijna eerste duizend controles
op de gasinstallaties zijn erg verbluffend wat betreft de
185