l.
en bezwaar,
van de
hij dit
iet college
lgende
n het in re-
ver de
rerkt dat
rengt, een
et minste
ar kennis-
auwvereni-
iere grond
iet meer
ij een des-
i kan deze
id met ande
ten. Aanhou-
wat soepel
:komen. Op
len nage-
betreft die
eft, was
de heer
e niet voor-
rdt daarop in
;gen en 6 sterh-
Polet-Mus-
om, mevrouw
Idhuijsen, De
ouw Oran-
reien, Hom,
te.
tgeen door
:n inzake de
steld van
id drinkwa-
de Raad van
idering van
i handen te
dge brochu-
;age heeft
deze brochu-
enorme schat
ïeer de bro-
lissie wordt
leesporte-
maar één
bereid om bij
>g enkele
ren? Dan kun-
openbare
>ok de burge-
brochure,
sreid is om
emde brochu
re aan te vragen.
De heer DE GROOTEn ter inzage te leggen in de
openbare leeszaal?
De VOORZITTER merkt op dat de borchure aan het
bestuur van de openbare leeszaal zal worden toege
stuurd. Het ligt dan aan dit bestuur of de brochure
ter inzage wordt gelegd. Daarover heeft het college
niets te zeggen.
De wethouder DE HAAN zegt even te moeten oppo
neren. Hij is niet van plan postbode te worden van een
aktiecomité. Geeft men aan de vorengenoemde brochu
re de door de heer De Groot gewenste verspreiding,
dan moet het gehele dossier met alle gegevens die er
ter zake verschenen - dat is een kruiwagen vol - ook
ter inzage worden gelegd. Het zou namelijk te enen
male onjuist zijn om een brochure die een kwestie
hoofdzakelijk van één kant belicht, ter inzage te gaan
leggen, zonder de andere stukken die op hetzelfde on
derwerp betrekking hebben, ook ter inzage te leggen.
Er is door verschillende aktiecomité's ter zake al zo
veel gepubliceerd. Daarbij komen dan nog de rappor
ten van de gezondheidsraad en de vakorganisaties van
medici en farmaceuten.
Het voorgestelde doorsturen van de brochure naar de
gezondheidscommissie houdt verband met het feit,
dat de andere desbetreffende stukken daar reeds lig
gen. Deze commissie kan dus een compleet dossier over
de fluoridering aanleggen.
Bovendien komt het spreker voor - dat blijkt ook uit
de brochure waarin een vrij redelijk verslag wordt ge
geven van de betrokken zitting van de Raad van State
en waarin gelukkig niet al te tendentieus op deze zit
ting wordt ingegaan - dat de gehele kwestie inzake de
fluoridering volledig open is en dat het nog wel gerui
me tijd zal duren voordat op het gebied van de fluori-
dering stappen worden gezet, zulks in afwachting van
de beslissing die de Kroon ter zake zal nemen.
In de Raad van State leeft duidelijk de gedachte van:
laten de verschillende instanties, zoals de maatschap
pij voor geneeskunde, de maatschappij voor farmacie
en de geneeskundige hoofdinspectie, zich nog eens
over het probleem van de fluoridering buigen en op
nieuw met adviezen komen. Dit standpunt lijkt spre
ker juist; het kan de kwestie waarom het gaat alleen
maar dienen. Het gaat daarom niet aan om uitgerekend
de onderhavige brochure te verspreiden. Het gaat in
dit geval om een momentopname waarbij slechts een
klein onderdeel van de zaak wordt belicht. Het moet
toch de bedoeling van de raad zijn om te streven naar
een zo duidelijk mogelijke voorlichting en niet naar
een voorlichting van één kant. In plaats van de bro
chure te verspreiden is het verstandiger haar door te
sturen naar de gezondheidscommissie.
Mevrouw ORANJE-ENTINK vraagt wat voor een com
missie de gezondheidscommissie is en wie er zitting in
hebben.
De wethouder DE HAAN antwoordt dat de bedoelde
commissie een commissie van advies is voor het colle
ge van burgemeester en wethouders, die vorig jaar is
ingesteld met de bedoeling het college zoveel mogelijk
van technisch advies te dienen op het terrein van de ge
zondheidszorg. Juist in verband met de snelle uitbrei
ding van de gemeente en de daarmede verband hou
dende problemen op het gebied van de gezondheids
zorg - zoals bijv. het ambulancevervoer, het gezond
heidscentrum in het Soesterveen, de toekomstige mo
gelijkheden van vestiging van huisartsen - valt er ter za
ke nogal het een en ander te adviseren. Daarom heeft
het college een aantal mensen aangezocht die inzake
de volksgezondheid als redelijk deskundig mag worden
beschouwd.
De gezondheidscommissie staat onder voorzitterschap
van spreker en bestaat voorts uit de leden:
het raadslid de heer J .W.D Berkelbach van der Spren
kel, arts, de heer G. de Vos, namens de kruisvereni
gingen, de heer B.J, IJff, schoolarts, het raadslid de
heer J.C. Korte, die in de uitvoeringsorganen van de
sociale verzekering te maken heeft met de volksgezond
heid in de ruimste zin, de heer H.J. Stroband, gemeen
tearts, de heer B.C.A. Nicolas, arts, de heer Th.A.M.
Splinter, arts en de heer H.J. van Hall, directeur van de
gemeentelijke sociale dienst.
Deze commissie houdt zich ook met de kwestie van
de fluoridering bezig. De vorengenoemde zitting van
de Raad van State is ook door het lid van de gezond
heidscommissie de heer Berkelbach van der Sprenkel
bijgewoond, omdat het college volledig op de hoogte
wil zijn van wat er zich op het terrein van de fluoride
ring voordoet. Het college is van mening dat het ver
standiger is om ter zake eerst de uitspraak van de Kroon
af te wachten en om het zich bezighouden met aller
lei studies en adviezen over het onderhavige vraagstuk
uit te stellen, totdat wijzere mensen dan de raadsleden
een oordeel over de fluoridering hebben gegeven.
De brochure wordt in handen gesteld van de gezond
heidscommissie.
H. Besluit van de raad der gemeente Rijssen van 7 mei
1969, waarbij aan de minister van volkshuisvesting en
ruimtelijke ordening wordt verzocht maatregelen te
nemen met betrekking tot de grondprijzen voor woning
wetwoningen, met het verzoek aan alle gemeentebestu
ren in Nederland adhesie te willen betuigen, met voor
stel het besluit van de raad voor Rijssen voor kennisge
ving aan te nemen.
De VOORZITTER deelt mede dat de commissie grond
bedrijf en uitbreidingsplan akkoord gaat met het voor
stel van het college van burgemeester en wethouders
om het onderhavige stuk voor kennisgeving aan te ne
men. De commissie heeft echter opgemerkt een moti
vering van dit voorstel te missen.
De zaak die door de gemeenteraad van Rijssen naar
voren is gebracht, betreft al een heel oud probleem
dat praktisch in alle gemeenten van Nederland wel be
kend is. Het ministerie van volkshuisvesting en ruimte
lijke ordening is op het ogenblik bezig om aan de be
doelde grondprijzen iets te doen in de vorm van
nieuwe richtlijnen. Omdat het betrokken ministerie
kennelijk een open oog heeft voor de problematiek
van de grondprijzen en er iets aan probeert te doen,
dient eerst te worden afgewacht of de nieuwe behan
delingswijze vruchten zal afwerpen. Is dit inderdaad
het geval, dan is het door de gemeenteraad van Rijssen
gedane verzoek eigenlijk overbodig geworden.
Spreker vraagt zich verder af of het in het algemeen
wel een goede methode is - zij wordt meer toegepast -
wanneer gemeenteraden een door hen over een in de
algemene aandacht zijnd probleem genomen besluit
ter kennis brengen van andere gemeenteraden, met het
verzoek adhesie te betuigen. De Vereniging van Neder
landse Gemeenten heeft vele studiecommissies e.d. en
is heel goed op de hoogte van alles wat er onder de ge
meenten aan wrijfpunten en moeilijkheden leeft. Het
is gebruikelijk dat de genoemde vereniging na studie
in haar commissies de gemeentelijke problemen met
de betrokken ministeries of ministers bespreekt en dat
daarbij gezocht wordt naar een oplossing van de be-
65