moet komen, waarin de door mevrouw Polet voorge
stelde verandering is opgenomen. Hij wijst er voorts
op dat het onder volgnummer 10 vermelde ingekomen
stuk van de A.B.T.B. en de C.B.T.B., evenals de on
derhavige brief van de V.V.D., vrijdagmiddag in de
commissie is besproken. Voor dit soort van zaken
houdt men ten slotte commissievergaderingen. Hij
heeft toen aanmerkingen gemaakt op de inhoud van
de concept-brief aan de vorengenoemde twee bon
den. Alle partijen die in deze commissievergadering
vertegenwoordigd waren, hebben echter hun mond
gehouden over de brief van de V. V.D. Nu, staande
deze vergadering, dus buiten de commissie om, zouden
deze partijen de concept-brief willen veranderen. Dat
is een hoogst ondemocratische wijze van handelen.
De wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT
merkt op dat mevrouw Polet een voorstel heeft gedaan
inzake een verandering in een brief die geconcipieerd
door het college, namens de raad zal uitgaan. Dit
voorstel is in fractieberaad van de verschillende partij
en goedgekeurd. De raad zal zich dus moeten uitspre
ken over de voorgestelde wijziging van de brief.
Het college is er niet afkerig van om, wanneer dat ge
wenst is, de pers voor te lichten buiten de raad om. Zij
meent echter dat met de onderhavige brief reeds vele
onduidelijkheden uit de weg zijn geruimd. Door pers
berichten heeft de mening kunnen postvatten dat de
raad zich nooit had uitgesproken inzake de weg over
de Eng. In het antwoord aan de V.V.D wordt duide
lijk gesteld dat het desbetreffende besluit objectief en
zakelijk tot stand is gekomen.
Spreekster maakt er de heer De Bruin op attent dat
het niet zo vreemd is dat er in de commissievergade
ring van vrijdag niet over de nu voorgestelde verande
ring in de brief is gesproken. Het gaat hier om een be
sluit van de vier fracties die hierover hebben verga
derd na de bedoelde commissievergadering.
Mevrouw POLET-MUSLER merkt op dat wanneer de
heer De Bruin zo'n goed geheugen heeft, hij ook wel
zal weten dat zij in de betrokken commissievergade
ring heeft gezegd dat zij het antwoord van het college
een keurige brief vond, maar dat zij zich het recht
voorbehield om enige wijzigingen voor te stellen. Om
dat zij hierover nog niet met de andere fracties en
haar eigen fractie overleg had kunnen plegen, kon zij
op dat moment niet zeggen wat er in haar omging.
De heer DE BRUIN zegt dat wanneer het onderhavige
punt wordt aangehouden, het college met een nieuwe
redactie van de concept-brief kan komen. Hij ziet niet
in wat voor bezwaren hiertegen aangevoerd kunnen
worden.
De heer VAN POPPELEN meent dat men er niet ze
ker van kan zijn of de brief aan de V.V.D inzake de
weg over de Eng wel volledig in de pers zal worden op
genomen. Bovendien is zo'n antwoord maar een be
perkt antwoord. Hij blijft daarom van oordeel dat de
bevolking van Soest over dit belangrijke onderwerp
via een vrij uitvoerig artikel wordt voorgelicht. Dat
kan een hoop kwaad, dat men eventueel tracht te
stichten, en vele moeilijkheden voorkomen.
De VOORZITTER zegt dat er geen enkel bezwaar te
gen is om de bevolking van Soest over het onderhavi
ge onderwerp voor te lichten, maar dit vereist natuur
lijk wel enige tijd. Het dient een duidelijk en verant
woord artikel te zijn. Waarschijnlijk zal over de zake
lijke inhoud van het concept nog enig overleg met het
ingenieursbureau Coffeng - daar zitten ten slotte de
deskundigen - moeten plaatsvinden. Dan kan voorko
men worden dat er domme dingen worden geschreven
Voorts deelt hij mede dat er twee voorstellen ter tafel
liggen: een voorstel van de heer De Bruin om de be
handeling van het onderhavige stuk uit te stellen tot
een volgende keer
De heer DE BRUIN: Met een gewijzigde concept-brief.
De VOORZITTER: Dat is niet mogelijk, want als men
dit stuk aanhoudt, komt het college de volgende keer
weer met hetzelfde en dan kan de raad weer
De heer DE BRUIN: Maar u ging met de voorgestelde
wijziging van mevrouw Polet akkoord!
De VOORZITTER: Dat heeft het college niet gezegd.
Voortgaande zegt spreker dat mevrouw Polet namens j
vier fracties een voorstel tot verandering van de con
cept-brief heeft ingediend. Het college heeft zich in
deze brief beperkt tot enige zakelijke voorlichting om
trent de geschiedenis van de weg over de Eng. De vier
fracties willen aan de brief nog iets toevoegen. Als de
raad daartoe besluit, gebeurt dit natuurlijk, want het
gaat hier om een brief van de raad. Wanneer het onder
havige punt wordt aangehouden tot de volgende ver
gadering, komt de gehele zaak opnieuw aan de orde.
Wel zal daar dan bij zijn het voorstel dat mevrouw Po
let heeft ingediend.
Het voorstel van de heer De Bruin is het verststrekkenc
want dan gebeurt er voorlopig niets. Dit wil het colle
ge allereerst in behandeling nemen.
Mevrouw POLET-MUSLER: Als de V.V.D.-fractie
prijs stelt op uitstel van behandeling van dit punt, dan
hebben wij daar geen bezwaar tegen.
Hierna wordt besloten het stuk aan te houden.
h. Brief d.d. 13 juni 1969 van het bestuur van de
kunstenaarsvereniging Artishock, inzake de weg over
de Eng, met voorstel te antwoorden conform de ter
inzage liggende concept-brief.
De heer DE BRUIN zegt dat in de onderhavige con
cept-brief een paar maal over belanghebbenden wordt
gesproken. Zou het niet beter zijn om dit woord te wij
zigen in: belangstellenden? Het valt namelijk moeilijk
aan te nemen dat de leden van Artishock allemaal ten
aanzien van de weg over de Eng belanghebbenden
zijn; wel zijn er inzake dit onderwerp honderden be
langstellenden in Soest.
De VOORZITTER zegt dat het woord „belanghebben
den" waarschijnlijk gebruikt is in de zin van de Wet op
de Ruimtelijke Ordening. Deze wet kent het begrip
belanghebbende, Dit begrip is zo ruim dat het eigen
lijk gelijk te stellen is met het begrip belangstellende.
Iedereen kan zich nu ten aanzien van een kwestie als
belanghebbende aandienen, ook als hij daarmede za
kelijk niets te maken heeft. Belanghebbenden kunnen
ook uit ideële overwegingen handelen.
Aangezien de leden van Artishock wel niet zo op de
hoogte zullen zijn van de voornoemde wet, is er geen
enkel bezwaar tegen om het woord „belanghebbenden
te vervangen door het woord „belangstellenden".
Met betrekking tot dit stuk wordt besloten overeen
komstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en
wethouders is voorgesteld.
i. Brief d.d. 18 juni 1969 van de Winkeliersvereniging
Soest, inzake de weg over de Eng.
Het stuk wordt in handen gesteld van burgemeester en
wethouders om advies.
j. Brief d.d. 4 juli 1969 van de besturen van de
A.B.T.B. en C.B.T.B., inzake de weg over de Eng, met
voorstel te antwoorden conform de ter inzage liggen
de concept-brief.
86