in het belang van de gemeente mag worden geacht. Derhalve heeft zij er geen behoefte aan om anders te genover het voorstel te staan dan in positieve zin. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen 218 Voorstel tof her aangaan van een overeenkomst inza ke de uitbetaling van rente in verband met een geslo ten koopovereenkomst met K.J van Baggem. 219 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor het aanschaffen van leer- en hulpmiddelen ten behoeve van de openbare Margrietschool voor g.l.o. Deze voorstellen worden zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen, 220 Voorstel tot het nemen van een beslissing op een, door de heer M Oskamp ingesteld beroep tegen de weigering van een bouwvergunning De heer STORIMANS zegt, dat hij begrip heeft voor het, met betrekking tot het onderhavige onderwerp, ingenomen standpunt van het college. Wil men tot een betere ordening komen, dan moet men zich zo veel mogelijk houden aan de gemaakte en vastgestelde plannen In het onderhavige geval is echter aanleiding tot verwarrrng. Het gaat hier om een klein stukje grond, waarop zonder ZICHTBARE bezwaren de ge plande uitbreiding prima is te verwezenlijken. Dat burgemeester en wethouders benauwd zijn voor in de ze naar uitbreiding te plegen activiteiten, die kunnen ontstaan ook wanneer de eigenaar te zijner tijd al de panden zou kunnen verkopen - kan bij ieder zaken- pand in Soest in het geding zijn. Wordt een zakenpand verkocht, dan kunnen er natuurlijk altijd ongewenste activiteiten worden uitgevoerd. Zo op het oog vindt spreker dat er met twee maten wordt gemeten Immers, de heer Oskamp vraagt op een nette wijze een vergunning aan die nu misschien niet wordt afgegeven omdat dit op grond van het be stemmingsplan met kan. Maar in hetzelfde bestem mingsplan wordt wel oogluikend een verkooplokaal toegestaan Dit meten met twee maten wordt de raadsleden geregeld verweten Kortgeleden werd spre ker in Soesterberg verweten: Gaat de gemeente uit machteloosheid nu maar vergunningen afgeven, of liever gezegd, een bestemmingsplan veranderen, om dat een bepaalde bewoner alle gemeentelijke aanma ningen naast zich neerlegt? andere burgers die vol gens de letter van de wet handelen, krijgen de kous op de kop Of het „wet is wet' wordt rigoreus toegepast met al le consequenties processen enz. - van dien, of er wordt een soepel beleid gevoerd, Voor dit laatste is spreker een veel groter voorstander dan voor het „wet is wet" Bovendien komt een soepel beleid de leef baarheid van de gemeente veel meer ten goede. Als er in het onderhavige geval de mogelijkheid is, op het kleine stukje grond toch de bedoelde uitbreiding te plannen, laat de gemeente deze vergunning dan geven. In de vergunning moet dan wel duidelijk uitkomen op welke grond de gemeente deze vergunning verstrekt, zodat naderhand niet het verwijt komt: Waarom hij wel en ik niet? Wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT zegt, dat als de heer Storimans de onderhavige voor dracht goed gelezen heeft, hij wel tot de conclusie moet zijn gekomen, dat er geen mogelijkheid is, de gevraagde bouwvergunning te verlenen Er is nl. geen mogelijkheid, een voor de bedoelde plek bestemde vergunning te verstrekken, omdat de bebouwingsstrook daar ophoudt Het zou iets anders zijn maar hiermede roert men een heel gevaarlijke materie aan als de raad het colle ge zou verzoeken de bestemming van het perceel te wijzigen, In andere gevallen is dit als een „door de knieën gaan' van het gemeentebestuur aangemerkt, maar het is nooit anders gebeurd, dan nadat van alle kanten was overwogen welke bestemming voor het be wuste punt het beste was. De commissie grondbedrijf en uitbreidingsplan is in de regel hiervan dan ook op de hoogte gesteld Waar in het onderhavige geval de harde grens ligt tussen woon-, winkel- en cafébestem ming er zijn nog niet eens bedrijven toegestaan -, is het bijzonder gevaarlijk om met het ogenschijnlijk kleine vergunmnkje dat weer volgens artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening zou moeten wor den afgegeven - in te grijpen in een andere bestemming, met alle kwalijke gevolgen van dien. Wat zou de be trokkene beletten om het belendende perceel aan te kopen en daar verder te gaan? De heer Storimans heeft waarschijnlijk gedoeld op het geval aan de Amersfoortseweg, waar een bijzonder vreemde bestemming ligt, die daar zonder enige plan ning op een gegeven ogenblik op grond van historische bebouwing van de weg terecht is gekomen. Het is meer een vastleggen van de bestaande toestand geweest die nu geordend wordt Dit kan niet overal maar inci denteel worden nagevolgd In het onderhavige geval gaat het om een ingrijpen in het woongebied door een ogenschijnlijk klein bouwwerkje dat alle mogelijkheden biedt om er een ongewenste toestand van te creëren, De vergunning is terecht geweigerd Iets anders is of het college de gunst van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Or dening niet had kunnen toepassen, maar dat zou hier bijzonder voorbarig en onverstandig zijn geweest. De VOORZITTER merkt op, dat een bestemmings plan op de duur veroudert Het maatschappelijke leven ontwikkelt zich verder en er komt een tijd dat men op objectieve gronden zegt: De aan dat stuk grond gegeven bestemming past ge woon niet meer in het gehele plan. Dan moet men zo'n plan herzien Wat in het onderhavige geval gevraagd wordt, is niet een verandering van bestemming omdat de woonbe stemming daar ter plaatse helemaal uit de tijd is, ner gens meer op slaat en irreëel is, neen, de bouwvergun ning wordt gevraagd omdat iemand ruimte voor ex pansie nodig heeft. Wanneer men het desbetreffende bestemmingsplan dus zou gaan wijzigen, zou men dit niet om objectieve redenen, maar om subjectieve be langen doen. Wanneer de gemeente een bestemmingsplan gaat her zien en wanneer het gemeentebestuur verklaart, dat het plan op bepaalde stukken verouderd is, dan doet de gemeente dit met omdat er subjectieve belangen mee zijn gemoeid misschien worden zij door de wijzi ging wel gediend, wellicht worden zij er door ge schaad -, maar om objectieve redenen, Burgemeester en wethouders zij geven de vergunning af - moeten er met de uiterste zorg voor waken, dat er niet een wil lekeurig beleid wordt gevoerd om de mensen ter wil le te zijn. Daardoor zouden bouwvergunningen kun nen worden verleend die in strijd zijn met een be stemmingsplan dat zijn waarde nog helemaal behou den heeft en dat niet aangevochten is, Hoe groot de verleiding ook wel eens mag zijn om iemand ter wille te zijn, het daaraan gehoor geven betekent tegelijker- 131

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1971 | | pagina 132