(8 oktober), is door de ambtenaar van de hinderwet
echter geconstateerd, dat op die dag nog het p.v.c.-
proces is gebruikt. De N.V, Intertuft maakt zeer zeker
nog gebruik van dit proces.
De heer Van Veen, de directeur van Intertuft, heeft
de commissie op 8 oktober met de mededeling gerust
gesteld, dat over enkele maanden nieuwe machines in
de fabriek zullen worden geplaatst, waardoor de gehe
le kwestie van de stankoverlast van de baan zal zijn.
Is spreker goed gei'nformeerd, dan zou het moederbe
drijf in Krommenie van deze bestelling niets af weten.
Hij is het daarom met de heer Van Ee eens, dat de
gemeente ontzettend huiverig moet zijn over uitspra
ken als door de bewuste directeur gedaan. Aan Inter
tuft zou daarom een schriftelijke bevestiging moeten
worden gevraagd van de mededeling, dat de bedoel
de machines inderdaad in Duitsland zijn besteld en
dat is toegezegd dat zij nog voor het einde van het
jaar kunnen worden geplaatst, Anders vreest spreker
dat men op de vrijdagmiddag van 8 oktober weer
met een kluitje in het riet is gestuurd.
Op een gegeven moment hebben ambtenaren van de
arbeidsinspectie, de heren Schouten en Ister, in de
betrokken omgeving metingen verricht. Hierover
wordt in de stukken niet gerept. Spreker had het
prettig gevonden, wanneer bij de stukken een rapport
van hun bevindingen had gelegen. Overigens moet hij
opmerken dat hij niet veel verwacht van zo'n rapport.
Is hij goed geinformeerd, dan hebben deze ambtenaren
deze metingen verricht op een dag dat er door het an
dere bedoelde bedrijf, de firma N.V. Verpakkingsin
dustrie Lindner, praktisch geen hinder werd veroor
zaakt. Het zou veel verstandiger zijn ervoor te zor
gen, dat er in de gemeente een soort van meldingska
mer of meldingspost kwam, waaraan men kan melden
wanneer er behoorlijke overlast is van machines of
stank. Dan kunnen stante pede de deskundigen wor
den ingeschakeld, hetzij arbeidsinspectie, hetzij
T.N.O. Dan weet het gemeentebestuur, waaraan het
toe is en kan de raad gefundeerd over de kwestie pra
ten. Metingen verrichten op dagen, waarop geen ge
luid te horen is of niets te ruiken is, levert wel goede
rapporten op, ze zijn evenwel misleidend. Wanneer de
gemeente een eigen meldingspost heeft, kan dit pre
ventief werken.
Op blz. 2 van de concept-brief staat dat de N.V. Ver-
pakkingsindustrie Lindner een naverbrandingsinstal-
latie op haar oven zal aanbrengen Er is een naam ge
noemd van een bedrijf nabij Soest, waar deze installa
tie zou zijn besteld Als sprekers informatie juist is,
weet dit bedrijf van deze bestelling niets af. Van de
zijde van de N.V. Intertuft en van de N.V. Lindner is
de commissie grondbedrijf en uitbreidingsplan voor
gehouden dat het arbeidsproces zal worden veranderd.
Wanneer men dan bemerkt, dat het met de verande
ringen nog zo'n vaart niet loopt, gaat men toch wel
met de nodige reserve akkoord met de concept-brief.
Spreker zou de brief veel scherper willen stellen. Er
zal bewijsmateriaal moeten worden overgelegd waar
uit blijkt, dat de genoemde bedrijven inderdaad op
korte termijn van plan zijn veranderingen in hun pro-
duktiewijze aan te brengen.
Op blz. 2 van de concept-brief staat:
„Het door u bedoelde lawaai (hoge giertoon) werd
veroorzaakt door ontsnappende lucht, afkomstig van
de in de fabriek geplaatste compressoren."
Juist zou zijn om te schrijven: Op de fabriek. Daar
door is het lawaai ook zo hinderlijk.
De gemeente streeft ernaar dat zich in de gemeente
schone industrie vestigt. Er zal op moeten worden toe
gezien, dat de industrie ook schoon blijft.
De heer JONKER heeft met waardering kennis geno
men van de aandacht, die het college besteedt aan de
problematiek, waarop door mevrouw Rademaker
c.s. is gewezen. De eerste indruk bij lezing van de con
cept-brief was, dat er in Soest uitsluitend zeer coöpe
ratieve ondernemers zijn, die na zachte aandrang van
gemeentezijde onmiddellijk hun leidingen loskoppe
len, hun kersverse machines op de schroothoop gooien
en op een ander procédé overgaan. Kan men inder
daad rustig gaan slapen, al of niet bedwelmd door de
restanten stank die incidenteel nog eens mochten
voorkomen?
Bij een nadere beschouwing van de onderhavige situa
tie moeten toch wel enige kanttekeningen worden ge
maakt. Vast staat dat er in een tijd dat de milieuhy
giëne nog niet in ieders aandacht stond - in de tijd
voor de oprichting van D'66 - in Soest een beleid
werd gevoerd dat gericht was op beperkte en „scho
ne" industrie. Als minpunt gelat daarbij dat het in
dustrieterrein gevestigd werd vlakbij de woonwijk
't Hart, die, wanneer de wind uit een bepaalde
hoek waait, daardoor wel ongunstig ligt. De nieuwe
wijk Klaarwater, die bij agendapunt 10 aan de orde
komt, wordt eveneens naast het industrieterrein ge
vestigd. Ondanks het feit dat hier gelukkig nog geen
Rijnmond-achtige toestanden optreden, wil de frac
tie van D'66 het college met klem in overweging ge
ven, het mogelijk te maken, dat door permanente
registratie gevaarlijke gassen e.d. door deskundigen
kunnen worden onderzocht. Een z.g. snuffelpaal,
zoals door spreker in de commissie grondbedrijf en
uitbreidingsplan is voorgesteld, kan uitkomst bieden.
Tot zijn genoegen hoorde hij, dat ook de heer Van
Poppelen hierop heeft aangedrongen. Een meldkamer
lijkt spreker in de Soester situatie nog niet zo erg
nodig: de mogelijkheid om de meldingen aan de poli
tie door te geven, lijkt voldoende te zijn.
De concept-brief moet wellicht nog bijgeschaafd
worden. In de derde alinea staat ten aanzien van de
N.V. Tapijtfabriek Intertuft:
„Van de zijde van het bedrijf werd toegegeven, dat
de klachten over stankoverlast gegrond zijn. Deze
stankoverlast wordt veroorzaakt door de toepassing
van het zogenaamde p.v.c.-proces bij een gedeelte
van de produktie. De eerste klachten werden om
streeks april 1970 geuit. Het bedrijf heeft toen direct
maatregelen genomen om de overlast te beperken.
Onder meer werden in de fabriek sproeiers aange
bracht."
Naar iemand spreker mededeelde, waren de sproeiers
reeds aanwezig voordat de klachten in 1970 werden
geuit. Ze zijn intussen alleen maar beter afgesteld.
In de vierde alinea wordt gesteld, dat de nieuwe ma
chines ter vervanging van het gevaarlijke p.v.c.-pro
ces reeds zijn besteld. Ongetwijfeld moet het college
zich voor deze mededeling baseren op hetgeen van de
zijde van de directie van de N.V. Intertuft is gezegd.
Van andere zijden wordt de juistheid van deze mede
deling in twijfel getrokken. De fractie zou niet graag
zien, dat er in een van de raad uitgaande brief dit soort
onjuistheden zou staan.
Met de heer Van Poppelen wil de fractie van D'66 het
college verzoeken de genoemde mededeling van de di
rectie na te trekken. Het bewijs in de vorm van een
kopie van de bestelling zal niet moeilijk te leveren zijn.
142