Wat de doorstroming betreft, ben ik het geheel eens met
de opvatting dat er ter zake ook een persoonlijke benade
ring nodig is. Op het ogenblik kan dat niet gebeuren, want
wij hebben gewoonweg niet een alternatief aan te bieden.
Wanneer de nodige alternatieven er zijn, geloof ik dat wij
ons inderdaad moeten gaan bezighouden met een persoon
lijke benadering van degenen, die voor doorstroming in
aanmerking kunnen komen Dat hebben wij in het verle
den ook gedaan toen er eens een mogelijkheid van door
stroming was Dat heeft toen een beperkt succes gehad,
hoewel er toen een heel persoonlijke benadering van de be
volking van hele wijken van Soest is geweest ten aanzien
van de doorstroming Het hele probleem is iets complexer
en moeilijker doordat de gemeente tegenwoordig niet
meer zelf bouwt en dus ook niet meer zelf verhuurt, Wij
moeten dus gaan spreken over en aanbieden de woningen
die eigendom van een ander zijn Er zal hierover derhalve
van tevoren een goed overleg moeten plaatsvinden met de
woningbouwverenigingen ten einde dit goed tot zijn recht
te doen komen
In de gesprekken over de gewestvoiming komt ook de po
sitie van de provincies en het aantal provincies ter sprake.
Er zijn gedachten die gaan in de richting van minder pro
vincies Ook wordt wel eens gezegd, dat de provincies zou
den moeten worden opgeheven Ik persoonlijk ben van me
ning, dat de provincies niet opgeheven zullen worden, maar
dat er wel aanzienlijke grenscorrecties bij de provincies zul
len plaatsvinden in verband met de gewestvorming, omdat
het voor een doeltreffend bestuur gewoon praktisch is dat
een gewest in een provincie ligt en niet twee colleges van
gedeputeerde staten, maar een college van gedeputeerde
staten zich met dat gewest bemoeit Aangezien de structu
rele kaart van Nederland nu eenmaal zo is, dat er duidelijk
aanwijzingen zijn dat gewesten over provinciale grenzen zul
len heengaan, zal er ten aanzien van die grenzen een correc
tie moeten plaatsvinden Daarnaast zal er ongetwijfeld ook
een herverkaveling van bestuurstaken moeten plaatsvinden,
waarbij wordt vastgesteld wat een provinciaal bestuur doet,
wat een gewestbestuur doet en wat een gemeentebestuur
doet. Op dit gebied is er nog ontzettend veel te regelen, is
er ook nog zeer veel onzeker en wordt er zeer verschillend
gedacht Maar ik geloof dat wij voor ons gewoon moeten
doorgaan en naar bevind van zaken moeten handelen. Dan
zal het voor ons heus wel duidelijk worden welke weg wij
moeten volgen
Met de heer Pieren hoop ik op het instellen van een com
missie voor de beroepschriften Ik twijfel daar ook niet aan,
want ik geloof dat het belangrijkste werk (dat is altijd het
voorbereidende werk) al is gedaan Inderdaad zal zo'n com
missie het vergaderen van de raad efficiënter maken Mis
schien zal ze bovendien het college van enig werk ontlasten.
Wij zullen het voorlopige plan voor de huurharmonisatie
voor de raad ter inzage leggen Dan kan daarvan kennis
worden genomen Als er aanleiding toe is, kan het ook nog
worden besproken
Met betrekking tot het plan van de ombudsman Marcel van
Dam, betreffende de bouw van goedkope woningen wijs ik
erop, dat wij in gewestelijk verband meer en meer onze wo
ningbouwplannen bespreken en dat wij zelfs de hele woning
bouw meer in een gewestelijk verband willen brengen.
Dit punt zal ongetwijfeld in het bestuur in de eerste plaats
het dagelijks bestuur, van het Samenwerkingsorgaan Eem-
land ter sprake komen en ook in de werkgroep die zich
hiermede in het bijzonder belast Want bij iedere gemeente
leeft de vraag hoe aan goedkope woningen kan worden ge
komen.
Ten aanzien van de klacht dat de commissies van het Sa
menwerkingsorgaan Eemland zo slecht vergaderen, kan wor
den opgemerkt, dat er in dit opzicht, wat de verschillende
commissies betreft, verschillende situaties zijn. Er zijn com
missies die regelmatig vergaderen, er zijn ook commissies
waarvan ik merk, dat ze heel weinig vergaderen. Als ze wei
nig vergaderen, is de oorzaak daarvan meestal dat er niet
een directe aanleiding is om te vergaderen. De commissies
die vanuit het dagelijks bestuur stukken krijgen om advies,
worden gevoed en moeten die stukken verwerken; ze wor
den dus gedwongen te vergaderen. De commissies die niet
op deze manier worden gevoed, moeten uit eigen initiatief
met punten komen en dat laat wel eens wat te wensen over.
Wij zijn in het dagelijks bestuur van Eemland bezig om te
bekijken of het hele systeem van het werken met deze com
missies niet herzien moet worden Onze gedachten gaan in
de richting van meer werkgroepen onder leiding van een
van de leden van het dagelijks bestuur. Gedacht wordt met
name aan een gang van zaken dat een lid van het dagelijks
bestuur dat een bepaalde portefeuille heeft, aan de slag gaat
met een werkgroep die hetgeen in die portefeuille thuis
hoort, behandelt en bestudeert, met de bedoeling dat de
desbetreffende zaken later aan de orde komen in een verga
dering van een commissie uit het orgaan. Ik meen, dat op
deze manier de commissies vruchtbaarder kunnen vergade
ren en ik hoop erg, dat hieruit iets goeds zal kunnen voort
komen Dit punt moet nog verder worden doorgesproken
in het dagelijks bestuur van Eemland.
Wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT:
Mijnheer de voorzitter
Er zijn na de eerste ronde toch nog wat problemen blijven
liggen, hoewel zoals ik heb begrepen - de ontwikkeling
van bepaalde aspecten met vertrouwen wordt tegemoet ge
zien. Met name geldt dit voor de voorbereidingen voor het
structuurplan, die wij zoveel mogelijk in overleg tot stand
zullen proberen te brengen. Ik wijs erop, dat de beleids
groep een aparte vergadering van burgemeester en wethou
ders met de project-coördinator betreft, waarin de grote
lijn wordt getrokken de doelstellingen worden geformu
leerd en de beleidsbeslissingen worden genomen. In het al
gemeen komen de beleidsbeslissingen natuurlijk in de ge
wone vergaderingen van burgemeester en wethouders reeds
aan de orde, maar in dit geval gaat het om een speciale ver
gadering
De efficiency bij gemeentewerken is blijkbaar een zaak die
iedereen nog bijzonder ter harte gaat ik ben erover ver
heugd, dat men niet zo stringent met een motie aandringt
op een efficiencyonderzoek, maar dat men in overweging
geeft of men niet onder elkaar tot een oplossing kan ko
men en bezien welk deel misschien toch aan een nader on
derzoek moet worden onderworpen. Ik meen,dat de com
missie voor openbare werken in eerste instantie de aange
wezen figuur is om dit te bekijken. Mocht deze commissie
van oordeel zijn, dat nog anderen in de kwestie gemengd
moeten worden, dan kan dit altijd nog worden bezien. Het
vorige onderzoek moet wel verouderd zijn, want het da
teert van ongeveer tien jaar geleden. Aan dit onderzoek kan
men dus niet te veel waarde hechten. Aan de andere kant
kan men zeggen, dat, als er inefficiënt gewerkt werd, dit
er dan wel zou uitspringen. Dit was bij het vorige onder
zoek niet het geval Als men in een gemeente als Soest met
een kennelijke overmaat aan mankracht werkte, zou men
kunnen zeggen dat er iets fout was. Maar daarvan is geen
sprake. Over de vraag of er op onderdelen, zoals wij met
de plantsoenen en met het wagenpark hebben gedaan, nu
eens een onderzoek kan worden gedaan, wil ik graag over
leg plegen met de commissie voor openbare werken.
Het grove vuil, waarvan wij allemaal zoveel last hebben, is
ook een onderzoek waard, ofschoon wij niet moeten verge
ten dat dit een landelijk probleem is, Ik dacht, dat in het