Mevrouw ORANJE ENTINK zegt, dat zij de heer De Groot
niet kan volgen, wanneer hij speciaal het Koningin Wilhel-
minafonds eruit haalt Uit een oogpunt van volksgezond
heid is de reumatiekbest-ijding minstens zo belangrijk,
De heer DE GROOT - Dat betwijfel ik.
Mevrouw ORANJE ENTINK Ik zie niet in, waarom één
punt zo discutabel wordt gesteld. Ik blijf bij het voorstel
in de afdelingen gedaan, om de subsidies te schrappen die
niet rechtstreeks op een Soester doel betrekking hebben
De heer VAN POPPELEN zegt,, dat het weliswaar niet om
grote bedragen gaat, maar dat de raad een bepaalde lijn
moet trekken. Het uitgangspunt in de beide afdelingen was,
dat Soest niet mee' de landelijk werkende stichtingen, vere
nigingen enz gaat subsidiëren Op een punt kan spreker met
de heer De Groot we] meevoelen nl ten aanzien van de Na
tionale Bond tegen het Vloeken, waarover de heer De Groot
in zijn algemene beschouwingen heeft gesproken Spreker
heeft begrepen dat het schrappen van bepaalde subsidies
een eerste stap is om volgende jaren de begrotingen in hun
totaliteit en de posten afzonderlijk meer kritisch te bezien.
Mevrouw WAL MA VAN DER MOLEN DE VRIES zegt,
dat zij erg met de heer De Groot mee kan voelen en dat zij
meent een nuanceverschil te kunnen aanbrengen ten aan
zien waarvan de heer De Groot met haar mee zou kunnen
voelen Spreekster kan het zich volledig voorstellen, dat
wordt gezegd dat er geen Soester ingezetene profiteert van
de Vereniging Moedetschapszorg te Heerlen en het valt haar
dan ook heel gemakkelijk om te zeggen, dat de desbetref
fende subsidie van de gemeente Soest maar moet worden
geschrapt Maar de kankerbestrijding de reumabestrijding
en de astmabestrijding betreffen volksziekten en van het
research- en het andere werk dat door de desbetreffende
verenigingen wordt gedaan, wordt ook door de Soester in
gezetenen geprofiteerd en daarom zou spreekster de subsi
dies van de gemeente Soest aan deze verenigingen bijzonder
graag gehandhaafd zien.
De heer GEERLINGS merkt op, dat men op het ogenblik
in grootse stijl bezig is om allerlei principes vast te leggen,
te interpreteren en te herinterpreteren. Als strak wordt ge
handhaafd de van de kant van het college gegeven interpre
tatie, nl dat er een direct Soester belang in het geding moet
zijn, dienen de subsidies waarover men het nu heeft, inder
daad allen te worden geschrapt. Als men zo ver gaat dat
men zich afvraagt of er misschien niet toch eens een Soes
ter of wellicht vele Soesters in de particuliere, individuele
sfeer er nut van zouden kunnen hebben dat er bijv. een be
paalde research plaatsvindt, heeft men de hele zaak weer op
haar kop gezet Dan zou Soest misschien ook het atoomon
derzoek, het ruimte-onderzoek en wellicht allerlei andere
zaken moeten gaan ondersteunen Naar sprekers mening be
treft het hier op zijn minst provinciale zaken, waarschijnlijk
rijkszaken en in vele gevallen zelfs mondiale zaken, ten aan
zien waarvan de gemeente zich niet geroepen zou moeten
voelen er rechtstreeks aan bij te dragen
De heer LEVINGA meent, dat er ook nog subsidie-aanvra
gen van de Nederlandse Hartstichting en de Nederlandse
Nierstichting zijn binnengekomen Dit zijn op zich zelf
nuttige instellingen, maar de vraag rijst waar het einde is.
De gemeente Soest kan wel doorgaan met subsidiëren, maar
zij moet óf het een of het ander doen Ik vind, aldus spre
ker, dat wij ze allemaal of geen van allen moeten steunen.
Wethouder DE HAAN merkt op, dat hij haast zou zeggen:
Het is weer het oude liedje Het college heeft zich al heel
lang op het standpunt gesteld dat de raad nu via het afde
lingsonderzoek opnieuw heeft geïntroduceerd, nl dat de
gemeente Soest zich moet beperken tot haar gemeentelijke
taak voor haar gemeentenaren Dit heeft, aldus spreker,
geen barst te maken met de vraag of men zich al dan niet
zijn broeders hoeder acht. Iedere gemeente heeft haar eigen
taken. Het college heeft steeds getracht zich daartoe te be
perken. Maar op een gegeven moment is een raadslid op het
idee gekomen om wat verder te gaan. In de dertiger jaren
kwam in de raad eens aan de orde een subsidie-aanvrage van
de Vereniging Moederschapszorg te Heerlen Daarbij ging
het om een subsidie van f 25,-, waarvoor de gemeente
Soest zelfs gratis ligdagen in Heerlen kreeg. Toen werd er
gezegd: Dat moeten wij toch echt wel doen. Daar is toen
een voorstel van gemaakt en dat voorstel is toen met een
kleine meerderheid aangenomen. Ik zat toen nog niet in de
raad, aldus spreker, maar wel toevallig op de publieke tribu
ne en ik heb dus die folklore meegemaakt Het college heeft
in de daaropvolgende jaren wel eens overwogen voor te stel
len die subsidie te schrappen, maar heeft, omdat het het
niet uitgesloten achtte dat dit wat soesa zou geven, daarvan
weer afgezien Bij de behandeling van de begroting voor
1953 heeft een raadslid, dat had overwogen dat de reuma-
tiekbestrijding een sympathieke zaak is, een voorstel gedaan
om de Nederlandse Vereniging voor Reumatiekbestrijding
een subsidie toe te kennen Dat voorstel is toen ook met
een kleine meerderheid aangenomen Ondertussen werd een
aantal andere subsidievoorstellen, die in wezen minstens
zo belangrijk waren, maar ook het landelijke niveau betrof
fen en ook in het kader van de broeder en zijn hoeder ston
den, verworpen, In het kader van de behandeling van de ge
meentebegroting voor 1959 is door een raadslid voorge
steld, een subsidie toe te kennen aan de Nederlandse Vere
niging tot steun aan het Koningin Wilhelminafonds voor de
Kankerbestrijding, Ook dat voorstel heeft toen net weer
de meerderheid verkregen, terwijl een aantal andere subsi
dievoorstellen werd afgewezen. In verband hiermede vraagt
spreker: Waar gaan we heen met deze merkwaardige toeval-
ligheidspolitiek? Men is nu beland in het stadium dat, ge
lukkig, men ook bij vroeger vergeleken hiervoor meer be
grip begint te krijgen Er is een hele periode geweest waar
in én de provincie én de gemeenten door elkaar aan het
subsidiëren waren. Het was zelden én de provincie én de
gemeente, het was doorgaans óf de provincie óf de ge
meente Een paar jaar geleden is de provincie terecht be
gonnen met een herwaardering van haar subsidies. Dat be
tekende op een gegeven moment, dat de gemeente Soest
bepaalde subsidies moest gaan verhogen, want die subsi
dies werden gewoon ten bate van de bewoners van deze
gemeente gegeven en dan had deze gemeente dat maar te
doen De gemeente is daarmede akkoord gegaan, want zij
vond het nuttig. Aan de andere kant nam de provincie
bepaalde taken compleet over, bijv op het gebied van de
krankzinnigenzorg, ten aanzien waarvan de provincie heeft
gezegd: Dit doen wij voortaan helemaal, daar bent u als ge
meente van af. Maar op andere terreinen zei de provincie:
Dit moet u als gemeente overnemen, want dat hoort bij u
thuis. Spreker gelooft dat men zich nu als gemeente gewoon
aan dat principe moet houden Anders komt men in de vol
komen subjectieve vraag of iets al dan niet nuttig is. Er is
altijd wel een groep mensen die vinden dat iets bijzonder
nuttig is. Naar sprekers mening moet men af van een toeval-
ligheidspolitiek waarbij de ene keer ten aanzien van een be
paalde zaak wordt besloten tot subsidieverlening en een an
dere keer ten aanzien van een gelijkwaardige zaak wordt be
sloten om geen subsidie te verlenen, Het gemeentebestuur
moet zijns inziens proberen een bepaalde lijn te volgen. Als
het een zaak betreft waarbij de gemeentenaren van Soest be
lang hebben, is hij voor het verlenen van een gemeentelijke
subsidie; betreft het een algemeen landelijke zaak, dan moet
men het zijns inziens een rijkstaak achten, ten aanzien
waarvan de gemeente zich moet onthouden van het verle-