De VOORZITTER zegt dat burgemeester en wethouders hebben besloten de bouwvergunning niet te verlenen. Dat betekent derhalve dat de zaak reeds is afgedaan. De heer VAN POPPELEN: Zegt u dat de bouwvergunning niet wordt verleend? De VOORZITTER: Inderdaad. De bouwaanvrage is in strijd met het uitbreidingsplan. Er kan dan door toepas sing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Orde ning een vergunning worden verleend. Daarvoor dienen de omwonenden te worden aangeschreven, zodat dezen eventuele bezwaren naar voren kunnen brengen. Ten slotte dient men in ogenschouw te nemen dat de rechten van de omwonenden kunnen worden aangetast door het verlenen van de bouwvergunning. Naar aanleiding van naar voren gebrachte bezwaren hebben burgemeester en wethouders besloten om niet af te wijken van hetgeen wordt bepaald in het bestemmingsplan. De heer VAN POPPELEN zegt dat de zaak hem niet hele maal duidelijk is. De brieven zijn vrijdag jl. behandeld in de commissie. De commissie heeft heel anders geadvi seerd dan het college heeft beslist. Terecht heeft de voorzitter gewezen op de formele gron den van het bestemmingsplan, maar dan kan de aanvra ger toch om toepassing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening verzoeken? De wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT: Dat heeft hij niet gedaan De VOORZITTER merkt op dat de bouwaanvrage in strijd is met het uitbreidingsplan. De aanvraag moet der halve worden geweigerd. Het college heeft de mogelijk heid om toch een bouwvergunning te verlenen, maar zo'n vergunning behoeft de goedkeuring van gedeputeer de staten. Wanneer men zo'n vergunning wil verlenen, moeten de omwonenden worden aangeschreven, opdat zij hun bezwaren naar voren kunnen brengen. De rech ten van de omwonenden, voortvloeiende uit het uitbrei dingsplan, kunnen immers worden aangetast door het verlenen van een bouwvergunning. Nu zijn er bezwaren ingekomen. Daarom menen burgemeester en wethouders dat niet moet worden afgeweken van de normale proce dure. De wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT zegt dat in de commissie is opgemerkt dat het bouwen van vier woningen op het betrokken terrein een beetje te veel van het goede was. Een en ander neemt niet weg dat het mogelijk is op het terrein woningen te bouwen. De commissie heeft gesteld dat zij zich niet zou verzetten tegen een aanvraag voor een ruimere bebouwing. Wat de betrokkene na het weigeren van de bouwvergun ning zal doen is een tweede. De heer VAN POPPELEN: Ik ben voldoende geïnfor meerd. Mevrouw WALMA VAN DER MOLEN-DE VRIES zegt dat zij had willen verzoeken de bouwvergunning niet te verlenen. Men zal derhalve begrijpen hoe verheugd zij is dat die vergunning niet wordt verleend. De heer VAN POPPELEN: Het is tijdelijk. Mevrouw WALMA VAN DER MOLEN-DE VRIES vreest dat er op een gegeven moment toch weer andere bouwver gunningen zullen worden verleend. Zij hoopt dat ter plaatse alleen iets zal worden gebouwd dat overeenkomt met het karakter van de omgeving. De stukken worden gesteld in handen van burgemeester en wethouders om advies. f. Afschrift van de brief van burgemeester en wethouders, gericht aan de Minister van Verkeer en Waterstaat, betrek king hebbende op de aanleg van rijksweg 28 ten zuiden van Soesterberg, met het voorstel deze brief voor kennis geving aan te nemen. De heer PIEREN vraagt of het mogelijk is dat nadere inlichtingen worden verstrekt over het onderhoud dat de voorzitter wellicht heeft gehad met het hoofd directie wegen. De VOORZITTER zegt een onderhoud te hebben gehad met de betrokken hoofdingenieur-directeur. In dat on derhoud zijn de bezwaren van de gemeente Soest tegen het voorgenomen tracé van rijksweg 28 onder woorden gebracht. Spreker heeft kennis genomen van de praktische moeilijkheden waarvoor rijkswaterstaat staat, wanneer tegemoet moet worden gekomen aan de bezwaren van Soest. Toegezegd is dat serieus zal worden nagegaan of het mo gelijk is tegemoet te komen aan de Soester bezwaren. Hij heeft gezegd dat de gemeente, indien nodig, graag behulp zaam zal zijn. De hoofdingenieur-directeur heeft met enkele adviseurs ook een bezoek gebracht aan Soesterberg. Ook het actie comité heeft gewezen op de bezwaren van Soest. Beide partijen bestuderen de zaak op het ogenblik om te be zien of een oplossing kan worden gevonden. Sprekers in druk is dat rijkswaterstaat beslist zoekt naar een moge lijkheid om tegemoet te komen aan de wensen van Soest, maar het staat vast dat daarvoor heel concrete moeilijk heden moeten worden opgelost. Het stuk wordt aangenomen voor kennisgeving, g. Brief d.d. 11 januari 1971 van de heer J. Knoppers te Soest inzake klachten met betrekking tot de luchtverver singsinstallaties van de flatgebouwen aan de Veenbes straat, met het voorstel te beslissen overeenkomstig de daarop betrekking hebbende brief van burgemeester en wethouders, welke bij de raadsstukken ter inzage ligt. De heer BLAAUW zegt bijzonder blij te zijn met de brief die door het college is verzonden aan Eurowoningen. Di verse bewoners hadden bij Eurowoningen reeds op het nemen van maatregelen aangedrongen. Hij is bekend met de wijze waarop de brieven worden beantwoord door Eurowoningen. Daarom moet worden gevreesd dat het antwoord op de onderhavige brief als volgt zal luiden: Wij zijn het met u eens, wij zullen de zaak met de bou wer opnemen, wij zullen zien wat er aan te doen is. Eurowoningen verschuift het probleem steeds naar iemand anders. Dat is in meer gevallen gebeurd, o.a. met betrekking tot tekortkomingen in verschillende flats. Een periode van anderhalfjaar is voldoende om een wo ning in goede staat af te leveren. De fractie is dan ook blij met de brief die door het college is geschreven. Te hopen zij dat het euvel binnen niet al te lange tijd zal zijn verholpen. Wat zal men in de toekomst aan het voorkomen van dergelijke problemen kunnen doen? Kan bouw- en wo ningtoezicht toezicht uitoefenen? Kan de gemeente eisen dat de bouwer aan bepaalde garanties voldoet? De wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT zegt dat het college nog geen antwoord heeft gekregen op de aan Eurowoningen verzonden brief. De heer Blaauw veronderstelt dat Eurowoningen de klacht afschuift op de bouwer. Die bouwer ontmoet spreekster toevallig maandag a.s. Het is haar plan om dan rechtstreeks aan hem te vragen wat men zich voorstelt te gaan doen. Zij gelooft niet dat het reeds tijdens de bouw mogelijk is dergelijke euvels te onderkennen. Het optredende euvel komt pas in de praktijk tot uiting. Hetzelfde systeem is elders niet meer toegepast door Eurowoningen. Met betrekking tot het stuk wordt hierna besloten over eenkomstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en wethouders is voorgesteld.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1971 | | pagina 25