De zinsnede in de aanbiedingsbrief is dus een algeme ne hartekreet Het college zou wel graag meer willen doen, maai het kan dat niet, omdat reeds een belang rijk deel van de lasten voor rekening van de gemeente moet worden genomen Mevrouw WALMA VAN DER MOLEN-DE VRIES herinnert eraan dat het gesprek in de onderwijscom missie ook deze kant uitging en dat de commissie de wethouder toen heeft verteld dat zij dit met hem eens was, maar dat deze opmerking scherp zou aan komen bij mensen die dit niet hadden verdiend. De wethouder heeft beloofd dat hij dat bij de behan deling van de begroting wat zou verzachten. Spreek ster begrijpt heel goed voor wie de bewuste opmer king is bedoeld, maar behalve het onderwijzend perso neel zijn er zovele mensen die zich zo geheel voor het onderwijs inzetten, dat men hen, als zij met verlan gens komen, niet kan bestempelen als mensen die zo maar met een verlanglijstje aan komen. Zij stellen van hun kant hun prioriteiten, en dat moet serieus worden genomen. Wethouder DIJKSTRA repliceert dat het bepaald niet de bedoeling is geweest om oorvijgen uit te delen aan de mensen en de organen die geheel pro deo en in hun vrije tijd steun aan het onderwijs geven. Voor de aan wezigheid van die mensen en organen is hij alleen maar dankbaar. De gewraakte opmerking komt voort uit de frustratie van de bestuurders, die op geen stuk ken na kunnen doen wat zij wenselijk en nuttig vin den. PAR. 2a. OPENBAAR BASISONDERWIJS De heer HOEKSTRA heeft zojuist een exclamatie van staatssecretaris Schelfhout gehoord, nl ,,De docenten eten de onderwijsbegroting op." Hij wil thans niet over docenten, maar over leerkrachten spreken; die eten niet zo veel. Het vorig jaar heeft spreker bij het afdelingsonder- zoek gesproken over het leerlingenaantal van de scho len in de oude wijken. Dat leerlingenaantal loopt te rug, hetgeen verschillende oorzaken heeft. Er is niet alleen de oorzaak dat jongere inwoners van Soest zich in de nieuwe wijken vestigen, maar er is ook het feit dat het voedingsgebied voor een bepaalde school thans uit een veel groter aantal gezinnen bestaat d<m enkele jaren geleden het geval was Voorts is een oorzaak dat de nieuw gestichte scholen in de nieuwe wijken een deel van de leerlingen uit de oude wijken „meene men". Als straks de scholen in plan Klaarwater gereed komen, zal dit zich voortzetten De openbare basis scholen in de oude wijken hebben thans leetlingenaan tallen die beneden het aantal liggen waarbij een school zes leerkrachten mag hebben. De wethouder heeft maandagavond gezegd dat het college gelukkig met het depaitement een regeling heeft kunnen treffen waardoor op enkele scholen de zesde leerkracht mag blijven, Wethouder DIJKSTRA: Dat hóóp ik. De heer HOEKSTRA ziet nog niet direct dat die hoop in vervulling zal gaan, maai hij wacht dit af De wethouder heeft maandagavond in zijn antwoord een en ander betrokken op de St, Josephscbool, maar dat was niet dadelijk de bedoeling Het ging om de situatie in de oude wijken Verleden jaar is gezegd dat het getuigt van een goed bestuur wanneer men bij een tijdelijke terugloop van het aantal leetlingen de wijkgrenzen gaat verleggen In de aanbiedingsbrief van thans wordt geconstateerd dat het aanbod van leerlin gen op de scholen ïn de oude wijken het college grote zorgen baart Men kan di' voorzien. Als men de cijfers van de kleuterscholen bekijkt en die op de lagere scho len betrekt, ziet men dadelijk dat et van een terugloop sprake is. Men behoeft dan niet na een jaar te zeggen dat het grote zorgen baart, want die zag men een jaar geleden al aankomen Spiekers fracties pleiten er voor om de wijkgrenzen in overleg te gaan verleggen Het is een jammerlijke zaak als een zesmansschool terugloopt tot een vijfmansschool, vooral als men ziet wat men gaat voteren voor nieuwe methoden en dergelijke. Voor een onderwijzer die belast is met het onderwijs aan twee klassen, wordt het wat sommige vakken be treft bijna een onmogelijkheid Er komt bij dat men, als men de zesde leerkracht verliest omdat men bene den de 166 leerlingen komt, met vijf man een behoor lijk aantal leerlingen heeft, Eén leerkracht moet dan twee klassen onderwijs geven, of twee leerkrachten krijgen er elk een halve klas bij. Sprekers vraag is nu of in overleg met de ouderraad en met de schoolcommis sies van elke school kan worden bekeken of het moge lijk is dat leerlingen die op de gtens van de oude en de nieuwe wijken wonen, weer de scholen in de oude wijken gaan bezoeken Vroeger gebeurde dit toch ook. Toen er nog geen plan Smitsveen en geen plan Klaarwa ter was, woonden er ook mensen, van wie de kinderen in de oude wijken naar school gingen. De scholen in de oude wijken zijn kwalitatief en qua gebouw over het algemeen niets minder dan de nieuwe scholen; spreker heeft in de onderwijscommissie tenminste nooit het tegendeel horen beweren Men zou misschien haast moeten waarschuwen voor de bouw van te veel scho len in de nieuwe wijken In de nieuwe wijken is op het ogenblik een groot aanbod van kinderen, maar als men twaalf jaar verder is, daalt het weer. Indien het college het door spreker gevraagde kan sti muleren bij het openbaar onderwijs, dient het dit met een ook aan de besturen van de bijzondere scholen te vragen, want voor hen geldt hetzelfde probleem Dit scheelt de gemeente dan erg veel geld, want een leeg stand in lokalen kost erg veel geld, terwijl het onder wijs steeds duurder wordt Voorts informeert spreker hoe het staat met de gym nastieklokalen Hij meent te weten dat de sportstich ting nog een tweede sportzaal zal bouwen. Het geld daarvoor ligt in het laatje, maar de spa komt tot nog toe nier in de grond Bepaalde wijken zijn nog geheel van gymnastiekonderwijs verstoken, zoals Soest-mid- den en de wijk rondom het station Soestdijk Is al iets bekend over plannen van de sportstichting om nog een derde sportzaal te bouwen' Wethouder DIJKSTRA merkt op dat het door de heer Hoekstra genoemde probleem het college uiter aard bekend is Men is er voortdurend mee bezig De kern van de zaak is dat het kindertal beduidend terug loopt. De terugloop van het aantal kinderen in ver grijzende wijken wordt op den duur natuurlijk opge vangen door een nieuwe stijging, en daarover maakt spreker zich ook geen zorgen. Waarover hij zich wel zorgen maakt, is de algemene tendens van verkleining van de gezinnen, war een geringer aanbod van kinde ren tot gevolg heeft Hieraan kan wel iets worden ge daan, maar het totale aantal kan men natuurlijk niet opvoeren De enige remedie zou zijn om een school bij een bepaald aanbod van kinderen te sluiten. Uiter aard gebeurt dit nog niet, want zo ver is het nog niet. De suggestie van de heer Hoekstra om kinderen van openbare scholen in nieuwe wijken naar openbare 190

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1972 | | pagina 197