(V lankoop Ijz. ggk. Duitsland, die dit jaar voor f. 8.000,- weer op de begroting staat, terwijl ook voor de instuif, die bijzonder goed loopt, een wat hoger bedrag is uitgetrokken, omdat er op verzoek van de jeugd wat sporten bijgekomen zijn. Met het voorgaande is het merendeel van de verhoging van de post verklaard, want er is juist in overleg met gemeente werken gestreefd naar een lichte vereenvoudiging van het onderhoud, zodat die post geen ernstige stijging heeft be hoeven te vertonen. Er is dus al een pas op de plaats ge maakt en het is nu zaak om in dit opzicht in overleg met de verenigingen nog meer te gaan doen, want er is nog wel meer mogelijk. De heer DE GROOT: Met andere woorden: U redt het wel in uw strijd tegen het perfectionisme? U hebt daarvoor de raad niet nodig? Wethouder DE HAAN is erg blij dat de heer De Groot die hulp aanbiedt; het wordt ongetwijfeld genoteerd. Op zich is hij erg blij met deze hulp, omdat men anders het idee zou kunnen krijgen dat hij de kwaaie pier is. Het is prettiger om collectief de kwaaie pier te kunnen zijn. De heer De Groot heeft hem dus een heel goede steun gegeven, omdat hij nu kan zeggen dat vanuit de raad het streven is onder streept. Aan het adres van de heer Verheus kan spreker zeggen dat de zaak sportief gesproken al tijdig rond was voor behande ling in de gemeenteraad, maar wat doet zich voor? Niet het gehele terrein is voor de sportbeoefening nodig en nu is er ook een aanvrage voor een recreatieve zaak - zoals een ijs baan en aanverwante artikelen - waaraan nogal wat kanten zitten. Er zijn bepaalde financiële consequenties aan ver bonden en het heeft nogal wat tijd gekost die goed uit te vlooien. Als men dat wil laten doen door een afdeling die bovendien nog bezig is met de gemeentebegroting, voelt men wel dat dit enige tijd kan kosten. Het ziet er nu even wel naar uit dat men spoedig iets op tafel zal krijgen. Plan- technisch is de zaak klaar, maar het ging niet alleen om de sport. Er moest goed worden bekeken wat er zou moeten gebeuren, want voor dat andere gedeelte bestonden verschil lende keuzemogelijkheden ten aanzien van de uitvoering en ook met betrekking tot de investeringen en dus de lasten. Bekeken moest worden waarop die lasten zouden moeten drukken en of een en ander niet op een wat simpeler ma nier zou kunnen. Het andere complex zit vast aan de inkoop-van grond van Domeinen, wat verband hield met het plan Kampweg. Dat is inmiddels opgelost, zodat spreker hoopt dat daarin nu schot gaat komen. Het plan is praktisch gereed, maar een plan indienen bij de raad zonder dat de grond er is, is een hachelijke onderneming. De heer Verheus sprak voorts over die beroemde toegang. Het is altijd moeilijk om in een privé-geval een goede rege ling te treffen als de zaak niet van beide kanten redelijk wordt benaderd. Het college heeft al een paar maal gepro beerd in deze richting iets te ondernemen, maar zo lang de ze privaatrechtelijke zaak zo ligt, is het bijzonder moeilijk er wat aan te doen, want als het hard tegen hard gaat, staat er op een gegeven moment een hekje voor. Als het plan op tafel komt, zal er echter uitzicht op komen dat ook dit pro bleem tot het verleden gaat behoren, want dan komt de ge hele club op een ander terrein. De VOORZITTER neemt aan dat de heer De Groot van diens suggestie geen voorstel zal maken nu hij weet hoe de verhoging van de lasten van de sportstichting tot stand is gekomen. De heer DE GROOT: Op dit moment heb ik er nog geen be hoefte aan. De begroting van de Stichting Lichamelijke Opvoeding en Sport wordt zonder hoofdelijke stemming voorlopig vastge steld. De VOORZITTER schorst hierna de vergadering tot des middags 14.00 uur. De VOORZITTER heropent de vergadering en stelt aan de orde de hoofdstuksgewijze behandeling van de begroting der inkomsten en uitgaven voor het jaar 1974. Hoofdstuk II, Algemeen beheer. De heer JONKER wil in de eerste plaats een opmerking ma ken over de mededelingen op de borden. Bij de behandeling in de afdelingen is daarover een vraag gesteld, nl, onder nr. 25, waar staat dat een lid opmerkt dat al eens is gevraagd de verkiezingsborden te laten staan ten behoeve van verenigin gen, instellingen e.d. voor het aanplakken van affiches en aankondigingen e.d. Indien dit niet mogelijk is, kunnen er dan andere voorzieningen worden getroffen, zo vraagt dat lid. Het antwoord van het college is dat de kwaliteit van de borden niet zodanig is dat zij permanent kunnen blijven staan. Het eindigt met: „Wij willen ons gaarne beraden over het treffen van andere voorzieningen." Spreker meent zich te herinneren dat deze zaak ook al enkele jaren gele den aan de orde is geweest en dat ook toen het antwoord was dat het college zich gaarne zou beraden over het tref fen van andere voorzieningen. Als men zich echter blijft beraden, gebeurt er natuurlijk niet veel. Zijn vraag is dan ook of dit beraad aan een termijn kan worden gebonden; men zou kunnen zeggen dat hierover in het eerste kwartaal van het volgend jaar een uitspraak zal worden gedaan. In de tweede plaats wil spreker ingaan op de legesverorde ning. Hij ziet de meeste verhogingen van leges wel als on ontkoombaar in het kader van het totale aan de orde zijnde beleid, maar zijn fractie heeft bezwaar tegen de verhoging van de leges genoemd in artikel 7 onder d, dat be trekking heeft op het beschikbaar stellen van het gemeente blad, raadsvoorstellen en raadsnotulen. Het normale tarief voor een abonnement op die zaken bedraagt f. 36,— en punt d luidt dan dat, in afwijking van het bepaalde onder c, de leges voor een abonnement op de raadsvoorstellen en de raadsnotulen, indien deze stukken ter secretarie worden af gehaald, per jaar f. 18,- bedragen. Vroeger was dit f. 15,-; ook dit is nu dus met 20% verhoogd. Er zijn gemeenten in het land waar deze zaken indien men ze zelf afhaalt, om niet verkrijgbaar zijn. In Soest is dit niet het geval, maar wel is in het verleden een gebaar gemaakt in de richting van mensen die er wat moeite voor wilden doen, omdat de ge meente dan geen porto behoefde te betalen. Sprekers frac tie meent dat het verstandig zou zijn deze stukken zo toe gankelijk mogelijk te houden. Zij zou het tarief van f. 15,— dan ook niet tot f. 18,- willen verhogen, integen deel, zij zou het liever willen verlagen tot bijv. f. 10,—. Wel licht zal het college opmerken dat er dan een gat in de be groting zal vallen, maar daarin gelooft spreker niet zo erg, want door het mechanisme van de prijselasticiteit heeft men kans dat de afname zozeer toeneemt dat het verlies ruimschoots wordt goedgemaakt. Zijn fractie stelt dan ook voor om van het bedrag van f. 15,— een bedrag van f. 10,— te maken. De heer DE GROOT heeft geen enkel bezwaar tegen de verhoging van de leges, zulks in tegenstelling tot de voor stellen tot verhoging der belastingen. Hij is van mening dat de betrokken dienstverlening tegen kostprijs mag gebeuren. Voorts wil spreker een opmerking maken over volgnr. 2-18, presentiegelden der leden van de raad. Er wordt op het ogenblik erg veel gedacht en geschreven over de positie van 201

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1973 | | pagina 204