Wethouder DIJKSTRA stelt vast dat de meeste spre
kers al door anderen zijn beantwoord. Hij is de heer
Jonker dankbaar voor de verduidelijking van diens
vraag en voor de door hem verstrekte gegevens. Het col
lege bemoeit zich heel weinig met deze zaak.
De heer JONKER: Als er namens de gemeente brieven
worden uitgestuurd, zullen daarop toch antwoorden
komen? Men weet dan toch wel hoeveel brieven zijn
uitgestuurd en hoeveel antwoorden zijn ontvangen, of
ben ik nu helemaal gek?
Wethouder DIJKSTRA: Niet helemaal, mijnheer Jon
ker, of liever gezegd: helemaal niet. De drie gevallen
die ik noemde, betreffen kinderen die niet het gewo
ne voortgezet onderwijs volgen.
De VOORZITTER: Aan hoeveel mensen is het gevraagd
en hoeveel antwoorden zijn binnengekomen van
ouders wier kinderen wél onderwijs volgen?
Wethouder DIJKSTRA: Dat weet ik niet uit mijn hoofd,
maar wij zullen dit nagaan.
De kwestie van Cito-toets of Amersfoort-toets is al uit
voerig toegelicht door de heer Hoekstra. Hierover is
gesproken met het hoofdenconvent en met de hoofden
van openbare scholen. Het college stelt zich op het
standpunt dat het bepaald niet competent is om hier
over te oordelen, dus om een keuze te maken tussen
beide toetsen. Het college heeft dus getracht af te gaan
op de adviezen en vooral op het inzicht van de inspec
teur. Deze heeft de voor- en nadelen van beide metho
des opgesomd, terwijl de adviezen van de geraadpleeg
de hoofden wijd uiteen liepen. Er waren er bij die
zonder meer de voorkeur aan het Cito-eindonderzoek
gaven - de meeste hoofden van openbare scholen de
den dat - en anderen gaven de voorkeur aan de Amers-
foortse toets. Omdat de adviezen uiteenliepen, heeft
het college in overleg met de inspecteur besloten in
elk geval voor dit cursusjaar de Amersfoortse toets te
handhaven, met de van de zijde van het onderwijs ge
vraagde modificaties.
De heer Joosten heeft er terecht de aandacht op geves
tigd dat spreker zich slordig heeft uitgedrukt. Het ge
zamenlijk vergaderen van onderwijscommissie en
stuurgroep was inderdaad een initiatief van de stuur
groep Daar spreker toevallig voorzitter van beide is, is
hij er wat overheen gelopen.
De kwestie van de toelating tot het voortgezet onder
wijs is al uitstekend behandeld door de heer Hoekstra.
De algemene beschouwingen over dit hoofdstuk wor
den gesloten
Par. 2a. Openbaar basisonderwijs.
De heer HOEKSTRA wil nog een aanvulling geven op
hetgeen is gezegd over het Cito-eindonderzoek en het
Amersfoortse eindonderzoek, zodat men geheel gein-
formeerd zal zijn. Er bestaat nl. enige deining rondom
allé testonderzoeken. Het Amersfoortse eindonder
zoek is dit jaar geheel op de helling gezet. Er wordt
druk vergaderd over een nieuwe opstelling. Volgende
week donderdag is er in Amersfoort een grote vergade
ring van alle hoofden van scholen uit de regio, waarbij
zal worden getracht tot een geheel nieuw schooleind-
onderzoek te komen Thans test men eigenlijk alleen -
en dat is een kwalijke zaak - de leerlingen die béter
zijn en die naar avoscholen moeten. Het is nu de bedoe
ling ook een test te maken die een scheiding aanbrengt
tussen beroepsonderwijs en avo. Dit is van grote bete
kenis. Spreker gelooft wel dat dit rond zal komen en
dat men het volgend jaar allemaal met één verbeterde
test zal werken.
De VOORZITTER stelt bij deze paragraaf aan de orde:
236e Voorstel tot vaststelling van het getal wekelijkse lesuren
vakonderwijs aan de openbare scholen voor g.l.o. voor
het jaar 1974.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen,
Par. 2b. Bijzonder basisonderwijs.
Mevrouw KORTHUIS-ELION wil een vraag stellen
met betrekking tot volgnr, 8,25.04, de gymnastieklo
kalen. Indertijd is gezegd dat er, zodra de dubbel-
mavo in gebruik zou zijn, misschien ruimte zou ont
staan om in de omgeving van de Van der Huchtschool
een gymnastieklokaal tot stand te brengen. Is dit nog
steeds het geval? Zal, als het volgend jaar de dubbel-
mavo begint, een jaar later dat gymnastieklokaal er
staan? Het is haar nog steeds een doorn in het oog dat
genoemde school nog grotendeels van de mogelijkheid
gymnastiekles te geven, is verstoken.
Wethouder DIJKSTRA kan deze vraag op dit moment
niet met stelligheid beantwoorden, want alles hangt af
van het ter beschikking krijgen van de Koningin Em-
maschool. Het complex van de Koningin Emmaschool
en de Van der Huchtschool wordt in zijn geheel be
zien. Met het bestuur van de Van der Huchtschool
wordt overleg gepleegd over een sanering van die
school door alle noodgebouwen weg te halen. Dit kan
gemakkelijk wanneer de dubbel-mavo op 1 september
van het volgend jaar open gaat; het grootste gedeelte
van de noodgebouwen zal dan verdwijnen. Pas als de
gemeente tegen die tijd de beschikking heeft over de
Koningin Emmaschool, kan het gehele complex wor
den gesaneerd. Spreker kan nu dus nog niet zeggen of
en wanneer het gymnastieklokaal er zal komen.
De heer HOEKSTRA begrijpt het antwoord van de
wethouder niet helemaal. Wat heeft dit met de Konin
gin Emma-huishoudschool te maken? Indertijd is be
sloten een gymnastiekzaal niet aan de Beetzlaan,
maar aan de Ossendamweg te bouwen en dit tot spre
kers bijzonder grote genoegen, maar dit betekent wel
dat de scholen in Soestdijk, de Da Costaschool en de
Van der Huchtschool geheel van gymnastiekonder
wijs zijn verstoken Als men nu nog moet wachten tot
dat de Koningin Emma-huishoudschool leeg is
De heer OLDENBOOM: De wethouder heeft zelf ge
zegd dat dit een zaak van jaren is!
Dé heer HOEKSTRA heeft al eens bepleit in die buurt
zo snel mogelijk een gymnastiekzaal te bouwen. Het
college heeft daar toen ijverig naar grond gezocht,
maar die was daar niet te vinden. Toch zal er zeker
iets in deze buurt moeten gebeuren, ook ten behoeve
van de rooms-katholieke scholen, want de rooms-ka-
tholiekemavoschool moet nu helemaal naar de sport
hal. Spreker wil de bouw van een gymnastiekzaal dan
ook niet ophangen aan de Koningin Emma-huishoud
school. Als straks de ivo-mavo-school verdwenen is,
zal daar in de buurt toch wel iets tot stand moeten
komen.
Wethouder DIJKSTRA gelooft dat dit stedebouwkun
dig niet zo eenvoudig is Het gehele terrein moet her-
verkaveld worden.
De heer HOEKSTRA: Dat moeten wij dan doen!
Wethouder DIJKSTRA vervolgt dat men daarmede
thans in overleg met het schoolbestuur van de Van der
Huchtschool bezig is. Er mag geen gymnastieklokaal
worden gebouwd op het sportterrein tegenover de wit-
220