wijze van de P.P.C. Wanneer het advies op 29 de
cember 1971 binnenkomt en de gemeente in een
maand - inclusief oudejaarsavond en nieuwjaarsdag! -
een en ander bestudeerd en verwerkt heeft, kan
toch niet worden gezegd dat de gemeente daar lang
over heeft gedaan. Bepaald niet!
Doordat de hoogbouw diende te vervallen, moest
eigenlijk een geheel ander plan worden gemaakt.
Daarvoor moesten de kaarten opnieuw worden gete
kend en moest de exploitatie-opzet veranderd wor
den. Op 22 april 1971 waren al deze werkzaamheden
verricht. Dat is dus geschied in een periode van 214
maand. Dat kan men toch niet lang noemen!
Van 28 april - het moet nl. een week eerder in de
pers worden gepubliceerd - tot 28 mei 1971 heeft het
nieuwe plan ter visie gelegen.
Er werden bezwaarschriften ingediend. Het apparaat
van de gemeente Soest heeft vanaf 28 mei 1971 een
tiental dagen nodig gehad om zijn werk met betrek
king tot die bezwaarschriften te doen, want op
17 juni 1971 heeft de raad het plan vastgesteld.
Men kan toch niet zeggen dat hierin iets voorkomt,
ten opzichte waarvan de gemeente Soest niet juist zat.
Op 28 juni 1971 komt de tweede tervisielegging. Dat
kon niet eerder. Wanneer de raad het plan heeft vast
gesteld, moet het worden gepubliceerd en pas daarna
kan het ter visie worden gelegd. Je zou je natuurlijk
kunnen afvragen of je de publicatie niet van te voren
in de krant kan zetten. Dat is echter niet elegant te
genover de raad, die het plan nog moet vaststellen.
Je verliest dus een week in verband met de publicatie
in de krant.
Op 5 juli 1971 - tijdens de tervisielegging - heeft nog
een bespreking met de bewoners van de Kampweg
plaatsgevonden.
De heer PIEREN: Mag ik daar even op inhaken? Bij
de tweede tervisielegging hebben de bewoners van de
Kampweg storm gelopen. Ik heb toen direct contact
met het gemeentehuis opgenomen en gezegd: Laten
wij op zeer korte termijn een bijeenkomst beleggen,
want anders krijgt u van alle bewoners van de Kamp-
weg - gezien het feit dat dezen het plan niet konden
lezen zoals het gelezen moest worden - bezwaarschrif
ten. Ik moet het gemeentelijk apparaat nu nog een
groot compliment maken in verband met het feit dat
het direct (op 5 juli 1971) naar Soesterberg is geko
men om de zaak toe te lichten. Dat is op zeer korte
termijn gebeurd.
De VOORZITTER: Ik dank u zeer voor deze aanvul
ling.
Voortgaande zegt zij dat op 28 juli 1971 de periode
voor de tweede tervisielegging beëindigd was.
Het plan is op 3 augustus 1971 ter goedkeuring aan
gedeputeerde staten gezonden. Wanneer het tot 28 ju
li ter visie moet liggen en het wordt op 3 augustus
verzonden - daar zullen ook nog wel een zaterdag en
een zondag tussen gezeten hebben -, dan moet men
toch zeggen dat het ambtelijk apparaat en het college
van Soest bijzonder hard hebben gewerkt.
Op 7 januari 1972 dat is een halfjaar later - komt
de mededeling van gedeputeerde staten, dat zij de be
slissing hebben verdaagd. Gedeputeerde staten heb
ben nl. een halfjaar de tijd om een beslissing te ne
men. Zij kunnen hun beslissing echter met nog een
halfjaar opschorten. In het algemeen nemen gedepu
teerde staten ongeveer een jaar voor de goedkeuring
van een bestemmingsplan. Spreekster gelooft dat nog
nimmer een plan binnen zes maanden is goedgekeurd.
Zij neemt aan dat burgemeester en wethouders over
het verdagingsbesluit enige tijd hebben gepiekerd. Op
11 februari 1972 hebben zij gedeputeerde staten een
brief geschreven met de mededeling dat zij met enige
ontsteltenis van het verdagingsbesluit hebben kennis
genomen.
Op 3 maart 1972 komt er dan een brief van gedepu
teerde staten, waarin zij motiveren waarom het ver
dagingsbesluit moest worden genomen. Het hoofd
motief was dat er bezwaren tegen het plan waren in
gediend en dat de behandeling daarvan tijd vergt Dat
is natuurlijk waar. Maar spreekster vermoedt dat tegen
de meeste plannen die gedeputeerde staten hebben
goed te keuren, bezwaarschriften worden ingediend.
In feite was er tegen het onderhavige plan overigens
slechts één bezwaarschrift ingediend - de andere wa
ren niet zo belangrijk -, nl. dat van de eigenaar van
de grond.
Het feit dat bezwaren tegen het plan waren inge
diend, gebruikten gedeputeerde staten echter om aan
te tonen waarom de procedure zo lang moest duren.
Zonder zich te realiseren dat de gemeente geplaatst
was voor de behandeling van vier bezwaarschriften,
zeggen gedeputeerde staten een termijn van zes maan
den voor de vaststelling van het plan lang te vinden.
Gedeputeerde staten schrijven nl. in hun antwoord
aan de heer De Wilde - niet helemaal aardig - dat
Soest ongeveer een half jaar nodig had nadat de
P.P.C. had geadviseerd. Zoals hiervoor medegedeeld,
heeft de P.P.C. geadviseerd op 17 november 1970.
Maar op 29 december 1970 kwam het advies pas bij
de gemeente binnen. Toen moest het plan grondig
worden gewijzigd, omdat de hoogbouw diende te
vervallen. Uit de zojuist weergegeven data blijkt, dat
men niet kan zeggen dat college en raad de zaken
spoediger hadden kunnen afdoen dan het geval is ge
weest. En dat terwijl je daartegenover kan stellen, dat
gedeputeerde staten eigenlijk slechts één bezwaar
schrift grondig te behandelen hadden en daarvoor al
met al tien maanden hebben genomen.
Verder schrijven gedeputeerde staten in hun brief van
3 maart 1972 dat er nog geen goede exploitatiereke
ning van de gemeente was. Het gemeentebestuur
heeft altijd aangenomen, dat door middel van de
eerste exploitatie-opzet de economische haalbaarheid
van het plan was aangetoond. Het was nl, een globaal
bestemmingsplan. Daarbij kan men natuurlijk nooit
een heel exacte grondprijsberekening overleggen
Daarvoor moet men immers een uitgewerkt plan heb
ben.
Op 9 juni 1972 wordt het plan door gedeputeerde
staten gedeeltelijk goedgekeurd. Aan een paar voor
schriften hebben zij goedkeuring onthouden.
Op 4 juli 1972 hebben burgemeester en wethouders
besloten de raad niet voor te stellen tegen de ge
deeltelijke onthouding van de goedkeuring in beroep
te gaan. De raad heeft zich daarmede verenigd. Men
heeft dus gezegd: Laten wij over de paar zaken waar
aan de goedkeuring is onthouden, maar niet verder
praten, want anders duurt het te lang.
Op 11 juli 1972 is de zaak gepubliceerd
Het plan heeft daarna weer ter visie gelegen van 17 ju
li tot 17 augustus 1972.
Op 15 augustus 1972 heeft de Kroon het bezwaar
schrift van de heer Tetrode ontvangen.
Op 28 augustus 1972 verzoeken gedeputeerde staten