De heer VAN EE blijft van mening dat men er goed
aan zal doen dit voorstel nog een maand aan te hou
den om precies te weten te komen waaraan het geld is
uitgegeven.
De heer SMITS sluit zich aan bij de woorden van de
heer Van Ee. Ook hij meent dat het juister is dit voor
stel een maand aan te houden. Het is toch een eigen
aardige zaak dat gevraagd wordt een extra krediet van
f. 100.000,- te verstrekken, terwijl men niet eens
weet of voor het oorspronkelijke krediet goed werk is
geleverd. Laat het samenwerkingsorgaan eerst duide
lijk maken dat er werk is verricht; het bijvoeglijk
naamwoord „goed" zal men er zo langzamerhand wel
af moeten laten. Als men nu het werk, waar men al
f. 350.000,- in heeft gestopt, gaat afmaken, mag men
dan weten wat het vervolg is? Dit materiaal is over
twee jaar nl. beslist verouderd. Als men er over een
paar jaar toch niets meer mee kan doen, moet men nu
die f. 75.000,— er ook maar niet meer in steken.
De VOORZITTER wil eerst ingaan op vragen van de
heer Joosten. De verschillende gemeenten hebben een
gemeenschappelijke regeling aangegaan. Deze regeling
wordt, zoals in artikel 2 daarvan staat, getroffen ter
behartiging van de volgende belangen: de coördinatie
van het beleid van de gemeenten met betrekking tot
de daarvoor in aanmerking komende bestuurstaken,
waaronder de ruimtelijke ordening binnen het gebied,
alsmede de inventarisatie en de coördinatie van de be
staande vormen van samenwerking. Het orgaan zal
trachten dat doel te bereiken door het verzamelen
van gegevens over maatregelen van meer dan plaatse
lijke betekenis, het instellen van onderzoeken en het
uitbrengen van adviezen aan gemeenten. Dit is nu
exact wat er is gebeurd, nl. het verzamelen van gege
vens, het instellen van onderzoeken en het uitbrengen
van adviezen. De regeling is getroffen voor de coördi
natie van het beleid. Hierover kan men echter lang en
breed van mening verschillen zo lang in de gemeen
schappelijke regeling niet staat dat zij is aangegaan om
te komen tot een gezamenlijk structuurplan voor de
regio Eemland, waaraan de gemeenten zich dan die
nen te houden. De gemeenten zouden dus eigenlijk
een deel van de gemeentelijke autonomie aan Eem
land moeten overdragen. Als voor Eemland dan een
structuurplan is gemaakt - waar men met zijn allen
levend bij gezeten heeft -, moet dat voor de gemeen
ten een hard gegeven zijn. Op het ogenblik is het dat
niet en dat heeft spreekster bedoeld toen zij zei dat
zij, zo lang de gemeenschappelijke regeling niet wordt
gewijzigd, niet zo veel behoefte heeft aan hoofdstuk
IV,
De heer Smits zei dat, als men het werk nu laag liggen,
dit over twee jaar verouderd zal zijn. Hoe men de
f. 100.000,- beschikbaar moet stellen en hoe dat juri
disch moet, is vers twee, want er staan in de wet niet
zulke stringente bepalingen als in de gemeentewet, die
zegt dat, als er geld uitgegeven is zonder dat de raad
zijn fiat daaraan heeft gegeven, de leden van het colle
ge daarvoor hoofdelijk aansprakelijk zijn, Het dage
lijks bestuur van Eemland voelt zich in dezen wat vei
liger dan wanneer het een college van burgemeester
en wethouders zou zijn, Hoe het nu precies moet,
weet spreekster niet, maar de coördinatoren hebben
wel hun declaraties ingediend en hebben nu recht op
betaling. Persoonlijk zou zij het jammer vinden wan
neer men die laatste f. 75.000,- niet meer beschikbaar
zou willen stellen, omdat men, als men dat wel doet,
een afgerond stuk werk kan krijgen. Het is waarschijn
lijk een heel goed idee om dit voorstel een maand aan
te houden, want spreekster zou er achterheen kunnen
zitten om de notulen van de vergadering van het sa
menwerkingsorgaan beschikbaar te krijgen. Verder
kan zij niets beloven, want zij zal eerst overleg moeten
plegen met de werkgroep structuurbeleid en met het
dagelijks bestuur. Van allerlei hoofdstukken zijn ge
deelten gereed, die echter nog niet alle geheel in de
werkgroep structuurbeleid zijn besproken en die dus
nog onrijp zijn. Zij zal zich nu met het dagelijks be
stuur beraden over de vraag of de raad wat meer in
formatie kan worden verschaft over wat er voor die
f. 250,000,- is gedaan. Men moet niet vergeten dat er
bij de coördinatoren nog veel in de la ligt, werk dat zij
nu hebben moeten stoppen en dat nog niet af was.
Met het niet inschakelen van de heer Schaechterle is
naar spreekster meent het volgende bedoeld geweest.
Als men alles zou hebben gedaan wat naar de mening
van de heer Schaechterle allemaal zou moeten wor
den onderzocht, was het wel heel veel geworden. Het
verkeer en het vervoer krijgen in het structuurplan wel
100% aandacht, maar niet zo intens als de bedoeling
van de heer Schaecherle was, omdat een en ander in
de provincie Utrecht misschien nog op een andere ma
nier zal moeten worden verwerkt. Wat in het struc
tuurplan over het verkeer en vervoer zal komen, zal
dus niet zo verschrikkelijk veel zijn. Voorts is de heer
Schaechterle niet altijd ingeschakeld, omdat dit direct
zo kostenverhogend werkte.
De heer SMITS heeft de voorzitter horen zeggen dat
men, als men die f. 75.000,— nog beschikbaar stelt,
een afgerond geheel zal krijgen. Hij is echter van me
ning dat, als dit dan een tijd blijft liggen, dit toch
weer helemaal opnieuw zal moeten worden doorge
spit; daarom meent hij dat men beter een onafgerond
geheel kan hebben, om dat aan te passen aan de situa
tie van het moment waarop het werk weer wordt op
genomen.
De VOORZITTER is dit niet geheel met de heer Smits
eens. Als men alle facetten en dergelijke op een rijtje
heeft staan, kan men die door middel van moderne
ingewikkelde technieken aanpassen aan nieuwe om
standigheden. Als men nu de hoofdstukken II en III
zou laten afmaken, heeft men tenminste iets dat han
den en voeten heeft.
De heer SMITS zou de voorzitter hierin wel kunnen
volgen, mits het gewest Eemland al zijn volledige
vorm zou hebben bereikt. Hij is echter bang dat hier
voor nog zovele moeilijkheden moeten worden over
wonnen dat hij zich afvraagt of die f. 75.000,- nu
wel moet worden gevoteerd.
De VOORZITTER meent dat men dan misschien te
vroeg is begonnen met het verlenen van een opdracht
tot het ontwerpen van een structuurplan. Tot die
overtuiging zou men misschien thans kunnen komen,
maar zij vindt dit toch niet geheel eerlijk, want ook
het samenwerkingsorgaan heeft op een gegeven mo
ment gezegd dat er een structuurplan moest komen.
De heer DE GROOT heeft waardering voor het feit
dat de voorzitter zo spontaan de verantwoordelijk
heid voor deze onjuiste gang van zaken bij het dage
lijks bestuur van Eemland heeft willen leggen, een be
stuur waarvan de voorzitter ook zelf deel uitmaakt.
Hij heeft ook erg veel waardering voor de korte en za
kelijke manier waarop de voorzitter de zaak heeft uit-
72