eengezet. Zonder aan die waardering enige afbreuk te
doen, wil hij echter wel stellen dat dit door hem niet
kan worden beschouwd als een soort tussentijds rap
port. Hij voelt dan ook veel voor het voorstel van de
heer Van Ee om dit voorstel aan te houden en alsnog
via het dagelijks bestuur van het samenwerkingsorgaan
aan de deskundigen te verzoeken in elk geval over de
verrichte werkzaamheden te rapporteren. Zodra men
dat rapport heeft ontvangen en heeft kunnen bestu
deren, zal men opnieuw de vraag aan de orde kunnen
stellen of men al of niet het gevraagde krediet moet
voteren.
Mevrouw KORTHUIS-ELION informeert of er enig
vooruitzicht bestaat dat de samenwerking binnen
Eemland inderdaad op korte termijn „hard" zal kun
nen worden gemaakt. Of blijft het maar sudderen,
omdat de grote stad het afhoudt?
De VOORZITTER antwoordt dat er een concept-
gemeenschappelijke regeling is opgesteld, die aan de
verschillende colleges van burgemeester en wethouders
is toegezonden met de vraag of de colleges bereid wa
ren dit zo aan hun raden voor te stellen, want die
moeten uiteindelijk beslissen. Vijf van de negen colle
ges hebben gezegd daartoe bereid te zijn, maar vier
waren dat nog niet. Met die gemeenten en natuurlijk
ook met de andere wordt nog overleg gepleegd hoe
men tot een voor alle gemeenten bevredigend concept
zal kunnen komen. Er wordt dus aan gewerkt.
Spreekster neemt aan dat een ieder het voorstel van
de heer Van Ee zal willen volgen.
De heer VAN POPPELEN merkt op dat hij er per
soonlijk geheel voor is om het voorstel een maand aan
te houden, want dan zal iedereen weten wat er in de
vergadering van het samenwerkingsorgaan is bespro
ken.
De VOORZITTER: Dat hoop ik; ik zal vragen of de
notulen al zijn uitgewerkt.
De heer VAN POPPELEN meent dat men als gemeen
teraad van Soest duidelijk de voorwaarde moet stellen
dat de raad vóór de volgende raadsvergadering de be-
schikking moet hebben over het verslag van de laatst
vergadering van het samenwerkingsorgaan.
Spreker wil nog graag weten of, als de f. 75.000,—
niet beschikbaar wordt gesteld, dit betekent dat men
geen rapport zal krijgen over wat er tot dusverre is ge
daan. Of moeten de coördinatoren verder gaan met
kredietoverschrijdingen
De VOORZITTER wijst er op dat dit niet mogelijk
is. De werkzaamheden van de werkgroep structuur
beleid en dus ook die van de drie „betaalde werkers"
zijn op dit moment stopgezet, in afwachting van de
besluiten van de negen gemeenten. Wanneer nu die
75.000,- om verder te werken niet beschikbaar
wordt gesteld, kan men zich met de werkgroep struc
tuurbeleid beraden over de vraag wat te doen met het
tot dusverre bijeengebrachte materiaal. Misschien zal
iemand ertoe veroordeeld moeten worden om zijn
zomervakantie daaraan op te offeren, teneinde te be
kijken wat voor zinnigs toch nog met dat materiaal
kan worden gedaan.
De heer VAN POPPELEN: Het wordt dan dus een
verschuiving van kosten, want als ik het goed begrijp,
gaan er gemeente-ambtenaren aan werken.
De VOORZITTER vreest dat wel, tenzij het samen
werkingsorgaan anders zou besluiten. In het samen
werkingsorgaan zal de vraag aan de orde moeten ko
men wat men met het stuk onafgemaakt werk gaat
doen. Men kan het natuurlijk bewaren, want men
kan er dan altijd wel wat uit halen, maar men kan
ook proberen het af te krijgen. Dit laatste zal echter
nooit zonder kosten gaan. Er is ook veel meer uitge
geven dan de overschrijding van een ton, want als de
werkgroep structuurbeleid vergadert en door de des
kundigen wordt gevraagd of de negen gemeenten dit
of dat kunnen geven, terwijl in die werkgroep een
aantal ambtenaren van gemeenten plus enkele exter
ne deskundigen van sommige gemeenten zitten, kan
men rustig stellen dat het geheel wel het een en ander
kost.
Spreekster constateert dat het voorstel van de heer
Van Ee tot aanhouding wordt ondersteund. Zij stelt
nu voor het voorstel aan te houden totdat het college
de raad wat meer informatie kan verschaffen. Het af
geronde rapport waar de heer De Groot om heeft ge
vraagd, kan zij niet verschaffen, want het coördinatie
team heeft op het ogenblik geen werkopdracht. Er
liggen wel stukken klaar, maar die zijn bijna onlees
baar, omdat ze nog allemaal in elkaar moeten worden
gepast. Men krijgt dus geen afgerond rapport. Wel wil
spreekster een tussentijdse rapportage over wat er is
gebeurd op papier doen zetten; dit betekent dus
eigenlijk een wat uitgebreider verslag dan wat zij zo
juist heeft gegeven.
Het voorstel wordt aangehouden.
De VOORZITTER sluit hierna te 21.56 uur de verga
dering.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de
raad der gemeente Soest d.d. 21 juni 1973.
cretaris,
De voorzitter,
73