kelijk wel de bedoeling was. Men moet, wanneer men op het ogenblik in Overhees loopt, laarzen aantrekken om niet m de prut te geraken. Het is erg moeilijk om te voorspel len, wanneer er in Overhees woningen zullen gereedkomen De nutsbedrijven zouden eigenlijk al aan het werk moeten voor een aantal woningen, maar dat is gewoon niet mogelijk, omdat een opengegraven sleuf onmiddellijk volloopt met water. Geprobeerd wordt de oplevering van de woningen gelijk op te laten lopen met het centraal antennesysteem. De begroting van het woningbedrijf wordt zonder hoofde lijke stemming voorlopig vastgesteld. 3. het bedrijf Gemeentewerken De heer VAN EE: Mevrouw de vootzitter! Ik heb u een grafiek overhandigd, waardoor het wellicht gemakkelijker is mijn betoog te volgen In die grafiek heb ik de rekeninguit komsten van de jaren 1969 tot en met 1973 vermeld (De rekeningcijfers zijn niet de begrotingscijfeis; een voiige keer heeft de burgemeester reeds terecht gezegd dat een tekening in feite veel belangrijker is dan een begroting). De gestippel de rode lijn geeft aan dat de uitgaven zijn opgelopen van ongeveer f. 8 miljoen (1969) tot bijna f. 14,5 miljoen in 1973. De zwarte lijn geeft de salariskosten inclusief sociale premies aan. In de rekening is één post - de post levering door derden - die iedet jaar een beetje fluctueert. Ik heb de totaalpost geno men; ik heb hem gedeeld door het gemiddelde en ik heb aangenomen dat wij een jaarlijkse gtoei hebben van ongeveer 8%. Ik heb geprobeerd van die nogal springerige traplijn (in blauw aangegeven) een regelmatige lijn te maken. Na correc tie van de totaalrekening krijgt men de op de grafiek aange geven dikke rode lijn. Daaruit blijkt dat in 1969 de uitga ven voor salarissen van ambtenaren A en B plus sociale las ten 37% bedroegen en in 1973 reeds 45%. Het salatisbe- standdeel van onze omzet wordt daardoor steeds groter- De sociale lasten zijn van 53,5 naar 55,3 opgelopen. Daaruit blijkt dat ook dit pakket niet mag worden verwaarloosd. Ik heb de overgelegde grafiek gemaakt om te laten zien dat de salariskosten te veel toenemen Bij dat feit moet worden stilgestaan en nagegaan moet worden wat die toename voor de gemeente betekent. Allereerst is het mogelijk dat wij minder omzetten, dat wil zeggen wij investeren met voldoen de en wij doen niet voldoende aan materiële zaken: wegen- onderhoud etc. Daaraan kunnen wij niets doen, omdat wij met ons allen beslissen om meer geld uit te geven aan ande re dmgen, waaronder sociale en culturele zaken. Er vindt derhalve een verschuiving plaats, Wanneer ik naar onze toe komstige maatschappij kijk, dan zie ik die verschuiving ge woon doorzetten. Dat betekent dat de tendens van dat ho gere percentage zal doorzetten. Wanneer wij straks hele maal geen kapitaalwerken meer gaan uitvoeren (dat punt zullen wij over een jaar of vier a vijf hebben bereikt), dan zou ik wel eens willen zien waar wij dan terechtkomen. Alles bij elkaar meen ik te moeten concluderen, dat wij nu al zitten met een te groot relatief bestanddeel van salarissen en sociale lasten; wij zullen ons terdege moeten afvragen wat wij gaan doen. In verband met het vorenstaande wil ik verwijzen naar een concrete zaak. In antwoord 2.03 (bladzijde 18) zegt het col lege onder meer: „De afdeling boekhouding heeft reeds enkele jaren een on derbezetting De hoeveelheid werk is in de loop der jaren toegenomen, onder meer ten gevolge van het onderbrengen van een deel van de administratie van de Stichting Samen werking Woningbouwcorporaties." Gelukkig stelt het college in zijn antwoord ook, dat er nog geen nieuw personeelslid is aangetrokken; dat zal pas gebeu ren, wanneer het nieuwe kantoor van gemeentewerken ge reed is. Wij mogen derhalve aannemen dat die nieuwe admi nistratieve kracht er nog niet is. Het college schrijft hele boeken vol over salarissen A en B, omslag, materialen etc. De VOORZITTER: Dat moet. De heer VAN EE: Dat moet het college doen. De gemeente beschikt over een hele kaartenbak waarin meer dan duizend posten worden geadministreerd. Is dat werkelijk nodig? Wat wordt er met die arbitraire cijfers gedaan?Die cijfers worden niet meer gebruikt, omdat zij niet hanteerbaar zijn in de nacalculatie om te zien wat er moet worden gedaan. Het enige dat moet gebeuren is aan het begin of het einde van het jaar langs gaan met de vraag wat er nodig is. Het col lege heeft zelf gezegd vijf potjes te hebben. Al hetgeen be schikbaar is kan dan ook gewoon in die vijf potjes worden gegooid. Die kaartenbak kan dan ook helemaal weg. Ook de tijdschrijverij kan weg (al die mensen moeten tijd schrijven); er is mijns inziens sprake van een volkomen ach terhaalde zaak. In een maatschappij waarin wij inspraak en medezeggenschap en medeverantwoordelijkheid van mede werkers hebben is het begrip tijdschrijverij mijis inziens een volkomen achterhaalde zaak. Ook de 75 man van de secre tarie behoeven immers geen tijd te schrijven? Ik kan mij voorstellen dat tijd schrijven ergens wel nodig is, omdat er rekeningen voor derden moeten worden geschreven. Tijd schrijven is dan ook zinvol, wanneer er werk wordt gedaan voor derden en er derhalve een rekening moet worden doorgestuurd. Ik meen dat de huidige administratie sterk moet worden vereenvoudigd, mede omdat de wet niet voorschrijft hetgeen in Soest gebeurt Ik bepleit een sterke vereenvoudiging. Wan neer dat gebeurt vraag ik mij af of er nog een nieuwe admi nistratieve kracht nodig is; wellicht zal er nog werk moeten worden gezocht voor de aanwezige man. Ik meen dat er verandering moet worden gebracht in de huidige situatie en daarvoor is op het ogenblik een duidelijke gelegenheid aan wezig. Het is mij dit jaar bijzonder opgevallen dat de vuilnisop haaldienst en in het bijzonder de plantsoenendienst ervoor hebben gezorgd, dat onze gemeente er bijzonder plezierig en verzorgd uitziet. Ik acht een woord van dank aan de be trokkenen op zijn plaats. Ik hoop dat mijn verhaal een verdere contributie is voor een onderzoek naar efficiency. De heer VAN DEN BRAKEL: Mevrouw de voorzitter! Ongetwijfeld is de begroting van de dienst gemeentewerken bij iedere begrotingsbehandeling een zaak waarover veel vragen worden gesteld. Dat is vooral een gevolg van het feit dat wij pas sinds korte tijd met deze materie worden gecon fronteerd. Als gevolg van de groei van de gemeente en de omvang van het verrichte werk zijn de bedragen belangrijk gestegen. In verband daarmede valt het ook te begrijpen, dat er bij de dienst die direct met de bevolking in aanraking komt, wel eens terecht (maar ook wel eens ten onrechte) de vraag wordt gesteld „moet dit nu allemaal zo? Grote bestuurs kwaliteiten en inzicht in de problemen zijn bepalend voor de manier waarop een en ander bij de burgerij overkomt. Juist in deze afdeling van onze samenleving is de manier van aanpak en uitspraak een belangrijk element in de waar dering voor eikaars standpunten. Reeds in voorgaande jaren zijn er vragen gesteld naar de verhouding tussen in uitvoering zijnde werken en aflopende werken en de bezetting ten aanzien van het personeel. 242

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1974 | | pagina 243