jaar als de nieuwe bijdrageregeling bekend is, meteen
kan gaan bouwen. Wat de woningen in Overhees be
treft is gepland, dat met de bouw in september a.s. zal
worden aangevangen. Dan heeft men al te maken met
de bouwkostenstijging van februari tot september
zonder dat men er iets aan gehad heeft.
Vraag 3 luidt:
„Is aannemelijk dat voornoemde huurprijzen in Soest
dezelfde of misschien nog lager zullen zijn in verband
met de lagere grondkosten? Kan uitgifte van de bouw
grond in erfpacht de huurprijzen misschien ook nog
gunstig beihvloeden?
De grondkosten van de woningen in Soest zijn onge
veer f. 900,- hoger dan die in Baarn. Derhalve moet
helaas ook het eerste deel van deze vraag met nee
worden beantwoord. Ook op het tweede deel van de
ze vraag moet helaas met nee worden geantwoord,
want wanneer de canon van de erfpacht wordt vastge
steld naar rato van de grondkosten en van de kosten
van het bouwrijpmaken, dan zal de canon eruit moe
ten komen. De erfpacht is niet interessant voor de
huurder, ze is alleen interessant in verband met de
eigendom van de grond.
Vraag 4 luidt:
„Mogen wij verwachten dat de huren van andere
woningen in „Overhees" ook aanzienlijk lager zullen
worden dan de reeds bekende huren van f. 347,- en
f. 478,- per maand?
Wat deze vraag betreft heeft spreekster behoefte aan
een zekere toelichting van de heer Levinga. Het colle
ge heeft ook wel aanbiedingen van huizen met een
maandhuur van f. 600,- ontvangen. Het kan best zijn
dat de heer Levinga ergens via inside information
eens iets heeft opgevangen over bij het college binnen
gekomen aanbiedingen die uiteindelijk op de in vraag
4 genoemde prijzen zouden uitkomen, maar dit zijn
geen prijzen die ergens als hard genoemd zijn. Spreek
ster hoopt dat er voor de andere huizen in Overhees,
waarover op het ogenblik onderhandelingen gaande
zijn, geheel andere dan de in vraag 4 genoemde huur
prijzen uit de bus zullen komen.
Vraag 5 luidt:
„Wie gaat de te bouwen woningen exploiteren: de
S.S.W., de gemeente of de drie woningbouwverenigin
gen apart of gezamenlijk?
De S.S.W. in oprichting is een stichting die is gedacht
om, zoals ook in de statuten staat, het beheer en het
onderhoud van de woningen van het woningbedrijf en
van de drie bouwverenigingen te hebben. Ze gaat geen
woningen exploiteren. De gemeente kan de woningen
exploiteren. De woningen zouden ook kunnen worden
geëxploiteerd door de drie woningbouwverenigingen
apart. Uit deze mogelijkheden zal nog een keuze wor
den gedaan. De drie woningbouwverenigingen geza
menlijk kunnen geen huizen exploiteren, want dan
zouden zij moeten besluiten om samen te smelten tot
één woningbouwvereniging en dat zijn ze voor zover
spreeksters informaties reiken vooralsnog niet van
plan.
Spreekster zal graag vernemen wat de heer Levinga
bedoelt met vraag 6, die luidt als volgt:
„Kunt u ons verzekeren dat alle leden van uw college
zich in de toekomst volledig zullen inzetten om tot
de bouw van betaalbare woningen voor de lagere in
komensgroepen te komen?
De heer LEVINGA zegt dat hij hiermede in ieder ge
val geen huizen bedoelt die f. 329,- per maand gaan
kosten. Als een vrachtautochauffeur f. 235,- netto
per week ontvangt (dan heeft hij een goede baas), kan
hij geen f. 329,- per maand gaan verwonen. Wonin
gen met een dergelijke huur behoren niet tot de socia
le woningbouw. Als men naar zulke huren toe moet,
hoeft het voor spreker niet meer.
De VOORZITTER vreest toch dat men langzamer
hand in Nederland naar dergelijke huren voor nieuw
bouwwoningen toe gaat. Blijkens kranteberichten zou
de regering van plan zijn om extra subsidie te geven
voor woningwetbouwcomplexen van 100 woningen.
Een aantal gemeenten is uitgenodigd om aan een des
betreffend gesprek in het Utrechtse deel te nemen;
de gemeente Soest, die zich wel had gemeld, is daar
voor niet uitgenodigd. Er worden dus nog wel eens
pogingen gedaan om juist door extra subsidie-injec
ties nog wat te doen, maar als spreekster bekijkt wat
er momenteel in Nederland zoal wordt gebouwd,
vreest zij met de heer Levinga, dat huizen met een
huur van minder dan f. 200,- per maand niet meer
van de grond zullen komen, tenzij er gebouwd zou
kunnen worden met geweldige extra subsidies. Zij
meent dat een gemeentebestuur toch moet blijven
proberen goedkope woningen te bouwen, maar er
tegelijkertijd naar moet streven een gedifferentieerde
bouw in de gemeente te hebben, om aldus gelegen
heid tot doorstroming te bieden. Uit de in Soester-
berg gehouden enquete met betrekking tot de vraag
wat men daar voor woningen wil hebben is duidelijk
gebleken, dat er wat Soesterberg betreft niet meer
moet worden gemikt op goedkope woningwetwonin
gen, maar dat er een ander aanbod zal moeten zijn
om aldus de doorstroming te bevorderen, zodat de
huizen die nog een lage huur doen, beschikbaar zou
den kunnen komen voor de laagst betaalden.
De heer LEVINGA zegt dat de in vraag 4 genoemde
huren van f. 347,— en f. 478,- per maand betrekking
hebben op de huizen die volgens hem aan de dames
van de vrouwenadviescommissie zijn getoond.
De VOORZITTER merkt op dat als er op een goed
moment woningen worden getoond om erachter te
komen of ze als aardige woningen worden aange
merkt, dat natuurlijk nog iets geheel anders is dan
het accepteren van huurprijzen.
Wanneer de dames van de vrouwenadviescommissie
worden ingeschakeld in de voorbereiding van plannen,
vindt spreekster het niet elegant dat daardoor bepaal
de huurprijzen, die niet reëel zijn en door niemand
geaccepteerd, in de openbaarheid komen. Zij neemt
aan dat het hier een slippertje van iemand betreft.
Hoe dit ook zij, de genoemde huurprijzen zijn geen
huurprijzen waarmede iemand heeft gespeeld.
De heer LEVINGA zou graag horen welke huurprijzen
er dan wel genoemd of bekend zijn.
De VOORZITTER zegt dat zij dit de heer Levinga op
dit moment niet zal zeggen. Er blijft in de hele mate
rie een stuk koffiedik zitten. Wanneer de volgende
huizen in Overhees worden gebouwd, zal de huurprijs
er ook een beetje van afhankelijk zijn of men al bezig
is met de rijkspremieregeling van 1975, die voordeli
ger kan zijn dan die van 1974. Het college is nog druk
in onderhandeling en kan vanavond niet zeggen welke
huurprijzen er uit de bus zullen komen. De raad
hoort wat dit betreft meer op het moment waarop
hem het voorstel tot het aanvragen van de rijksbijdra
gen wordt voorgelegd, want bij zo'n voorstel zit altijd
40