r het h met ïchter en; wat punten olken iet de reten et in eerste loekstra van de :bied is :iet niet wer- .g dat de iet dan lerheid nen et voor- jk te Voor hebben gestemd de leden: Gerth, Jonker, me vrouw Oranje-Entink en De Groot. De VOORZITTER constateert dat hiermede het voor stel van de commissie voor de beroepschriften is ge accepteerd. 102 Voorstel tot het wijzigen en in verband daarmede op nieuw vaststellen van de „Wijkraadverordening Soes- terberg". De heer VERHEUS gelooft dat het een goede zaak is dat deze wijziging thans aan de orde is, omdat de wijk raad thans een jaar of vijf fungeert. Hij wil voorstellen nog één wijziging in dit voorstel aan te brengen. Arti kel 22, lid 3, zegt: „De buiten de leden van de wijkraad benoemde voor zitter heeft bij stemmingen een adviserende stem." Spreker zou na „voorzitter" een komma willen plaat sen en daarachter toegevoegd willen zien: „die even eens woonachtig moet zijn in het in artikel 17 be doelde gebiedsdeel,". Misschien is dit overbodig, maar zoals de tekst nu luidt, zou het kunnen voorkomen - het lijkt overigens vrij onlogisch - dat door de wijkraad een voorzitter zou worden voorgedragen die niet woonachtig zou zijn in het gebied van de wijkraad. De heer VAN EE leest in het begin van het voorstel: „In overleg met het seniorenconvent werd een com missie ingesteld met de opdracht hieromtrent te advi seren." Spreker heeft van bepaalde zijden beluisterd dat men suggereerde dat het seniorenconvent in Soest bepaalde dingen beslist. Hij wil er op wijzen dat het senioren convent hooguit adviseert en dat de leden daarvan, in dien zich problemen voordoen, eerst nog met hun achterban overleg plegen. Mevrouw KORTHUIS-ELION heeft het advies van de commissie met veel belangstelling tegemoet gezien. Bij het lezen daarvan, viel het haar op dat wel hier en daar wat puntjes op de i's zijn gezet, maar dat in we zen geen nieuwe taken of bevoegdheden aan de wijk raad zijn toegekend. Misschien hadden sommigen ge dacht dat dit wel zou gebeuren, te meer daar de com missie vrij lang aan het werk is geweest. Zij kan begrij pen dat de commissie, behalve ten aanzien van de voorzitter van de wijkraad, niet met wezenlijk nieuwe voorstellen is gekomen, omdat in de oude wijkraad verordening en ook in de gewijzigde verordening al veel mogelijkheden zijn aangegeven om zelfstandig aan het werk te gaan, eigenlijk meer dan tbt nu toe zijn benut. Juist omdat op korte termijn een nieuwe wijkraad zal optreden, wil zij er met nadruk op wijzen dat de nieuwe wijkraadsleden goed moeten worden ingewerkt door de oude wijkraadsleden. Met name moet worden gewezen op de mogelijkheden van arti kel 2, dat inhoudt dat men zelfstandig over allerlei zaken rechtstreeks aan de gemeenteraad en burgemees ter en wethouders kan adviseren, alsmede op artikel 8 - daarvan is wel eens gebruik gemaakt, maar toch te weinig -, dat inhoudt dat men zelf allerlei initiatieven kan nemen op sociaal en cultureel terrein. De nieuwe wijkraadsleden zullen meteen dienen te weten waar zij aan toe zijn en moeten niet pas na een aantal jaren bemerken dat zij eigenlijk meer hadden kunnen doen dan zij hebben gedaan. De heer GERTH merkt op dat artikel 15 voor hem een wat moeilijk punt vormt. Daarin staat dat de wijk raadsleden moeten behoren tot politieke groeperingen die bij de verkiezingen tenminste 1/11 gedeelte van de totaal in de wijk uitgebrachte geldige stemmen heb ben verkregen. Spreker kan zich voorstellen dat er in Soesterberg groepen bewoners zijn die zich door dit artikel niet in de wijkraad kunnen doen vertegenwoor digen. Is het nu mogelijk aan dit artikel toe te voegen dat ook personen die geen deel uitmaken van een poli tieke groepering in de wijkraad kunnen worden be noemd? De heer VAN EE: Ik meen dat wij in Nederland zo veel politieke partijen hebben dat het niet moeilijk is om, als men wil meepraten, zich bij één daarvan aan te sluiten. De heer VAN POPPELEN ondersteunt de opmerking van de heer Van Ee, want in wezen heeft de wijkraad nauw met politiek te maken. Als iemand zo geihteres- seerd is in de gemeentepolitiek, moet er toch wel een politieke partij zijn waarbij men zich kan aansluiten. De VOORZITTER zou de heer Verheus een tegen vraag willen stellen, nl. of deze bang is voor import. De heer VERHEUS: Ik niet! De VOORZITTER meent dat, als Soesterbergers daar wel bang voor zijn, het tijd wordt dat er eens import komt, opdat men daaraan kan gaan wennen. Import is nl. niet altijd slecht. Vanuit het standpunt van ge boren Soesters bekeken, is bijna de gehele gemeente raad import. Spreker heeft niet de indruk dat dit voor de wijze van werken zo veel verschil maakt, zeker niet wat de voorzitter van de wijkraad uitmaakt, want het kan zelfs een voordeel zijn dat een import-voorzitter geen - heel vriendelijk bedoeld - verleden heeft, zodat deze de zaken wellicht wat objectiever zou kunnen benaderen. Anderzijds hoopt spreker dat men er in zal slagen voldoende kandidaten in Soesterberg zelf te vinden, want het meest praktisch is natuurlijk dat zo'n voorzitter in dat gebied woont Het gaat er niet om dat men als het ware met een buitenlander als voorzit ter moet beginnen, maar indien er bijvoorbeeld een impasse zou ontstaan doordat de één niet wil en de ander niet kan, moet het mogelijk zijn een ander te benoemen. Het college hoopt echter dat dit artikel niet in deze zin zal behoeven te worden gebruikt. De opmerkingen van de heer Van Ee over het senio renconvent laat spreker voor diens rekening, hoewel hij het ermee eens is. Voorts heeft mevrouw Korthuis terecht gezegd dat de wijkraad tot nu toe niet de in de verordening aangegeven mogelijkheden optimaal heeft benut. Het zal dan ook goed zijn dat de nieuwe wijkraad begint met alle mogelijkheden te benutten. Hiermede is haar opmerking dat de oude wijkraadsle den de nieuwe moeten inwerken, een klein beetje in strijd, want het zijn immers juist die oude leden die niet voldoende van de mogelijkheden gebruik hebben gemaakt. Spreker kan namens de burgemeester mede delen dat zij zich voorstelt om voor de wijkraad in nieuwe samenstelling een soort van causerie te houden om duidelijk te maken welke mogelijkheden de veror dening biedt. De gedachtengang van de heer Gerth is in Soesterberg merkwaardigerwijs al een paar keer in praktijk ge bracht, want er is een paar maal een wijkraadslid op getreden voor een politieke partij waarvan deze geen lid was. Omdat de betrokkene belangstellend was en de politieke partij in kwestie vooral belangstellende mensen in de wijkraad wilde hebben, is hem gevraagd voor die partij in de wijkraad te gaan zitten. Wat de heer Gerth nu voorstelt, kan echter niet in dit kader worden opgenomen, want men moet uitgaan van gege vens en zo'n „loslopende" mijnheer of mevrouw heeft 95

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1974 | | pagina 96