vier maanden van 1975 moet worden ingebracht, zodat
in januari 1976 het transformatorstation in feite gaat
draaien. Wij hebben in de vergadering van 21 november
1974 het gevoel gekregen, dat naar de indrukken van
burgemeester en wethouders al in januari 1975 de toe
stand dreigde te ontstaan, dat er mensen zonder licht
zouden komen te zitten omdat het transformatorstation
niet op tijd gereed zou zijn.
Mijn voorstel van 21 november 1974 om de zaak op te
houden, heb ik gedaan met de bedoeling om het college
een afwijzing van het voorstel te besparen, omdat ik voel
de dat zo'n afwijzing erin zat. Ik had bovendien het ge
voel dat raadsleden, die geen technici zijn en de zaken
met een beetje gewetensvolle aanpak willen behandelen,
er, tenzij het absoluut onmogelijk is, recht op hebben om
op een gegeven moment te zeggen: Wij willen er toch nog
eens een aantal dagen over prakkezeren en ermee rondlo
pen, Ik zou nu graag van het college horen hoe het toch
kan zijn, dat het zich op 21 november 1974 in die zin heeft
uitgesproken, dat dat respijt voor nader beraad er eigen
lijk niet in kon zitten gezien de noodtoestand die er dreig
de te ontstaan Is dat een kwestie van misverstand? Had
den burgemeester en wethouders wellicht onjuiste infor
matie? Ik meen dat enige opheldering op dit punt ge
woon op prijs zou worden gesteld ook vanwege de werk
verhouding tussen burgemeester en wethouders en de
raad. Ik heb er geen behoefte aan om de zaken erg scherp
te stellen, ik kan mij heel goed voorstellen dat ook burge
meester en wethouders zich moeten verlaten op een grote
mate van informatie die zij van vele mensen krijgen, dat
die informatie misschien niet altijd doorkomt en dat er
daardoor toestanden gaan ontstaan als die waarop ik zo
even doelde. Maar het is natuurlijk een beetje een vreemd
punt gebleven.
Ik heb tot mijn spijt de vergadering van de commissie
ruimtelijke ordening niet kunnen bijwonen. Ik heb dat
niet kunnen voorzien; ik zat in het oosten van het land en
ik was te laat hier om er bij te kunnen zijn. Ik ben wel in
de op 2 januari jl. gehouden vergadering van de financiële
commissie geweest. Daar heb ik een aantal punten naar
voren gebracht met het verzoek om daarover nadere inlich
tingen te vragen. Ik ben het college er dankbaar voor, dat
het zich zoveel moeite heeft getroost om te proberen on
ze vragen en bezwaren zo diepgaand mogelijk te behan
delen Dit wil niet zeggen dat ik al volledig overtuigd ben.
Ik wil er nog een aantal vragen bij stellen en ook een paar
suggesties doen en het dan van het antwoord van het
college laten afhangen wat wij als fractie uiteindelijk voor
standpunt zullen innemen.
Over de omvangrijkheid van de bebouwing hoef ik niet
meer te praten. Het gaat over 10 x 16 x 6,5 meter en ik
heb geen neiging om een dergelijke bebouwing een huisje
te noemen, hoe huiselijk het ook is om sommige dingen
erg gezellig te zeggen Als de uitbreiding van de sportvel
den niet doorgaat - ik zou het zo gek niet vinden als
daarover een nadere bezinning zou plaatsvinden, want op
zich zelf is de Wieksloterweg O.Z, doorgetrokken naar
de Zoom een bijzonder fraaie mogelijkheid om in de dui
nen te komen en ik zou het uit een oogpunt van toe
gankelijkheid van die gebieden wel wat jammer vinden
als die teloor zou gaan - is de geplande plaats naar de me
ning van het college van burgemeester en wethouders
dan nog, zoals de commissie ruimtelijke ordening het
heeft genoemd, de minst kwade plaats? Als de uitbrei
ding wel doorgaat, is het dan niet verstandiger om in
plaats van aan de Zoom aan de Bosstraat te gaan zitten?
Ik ben volstrekt niet overtuigd door de argumenten die
de P U E.M hiertegen heeft ingebracht Mijn indruk van
de hele zaak is, dat de P.U.E M zich van meet af aan voor
ogen heeft gesteld: Wij moeten een oliedrukkabel van de
150 Kv-lijn naar een transformatorstation brengen; hoe
korter wij die kabel kunnen maken, hoe liever het ons is.
Ze heeft dit ook keihard gezegd in de brief van 24 de
cember jl.: technisch-economisch is er maar één plaats
optimaal, de plaats aan de Zoom. Alle pogingen die zijn
gedaan om de P.U.E M tot andere gedachten te brengen,
zijn afwijzend benaderd. Bijvoorbeeld het feit dat de
commissie ruimtelijke ordening heeft gedacht aan een
punt aan de andere kant van de aan te leggen atletiek
baan, is benaderd in die zin, dat men heeft gezegd: Er
komt een oliedrukkabel te liggen in een terrein waarop
nog een atletiekbaan moet worden gelegd, dat betekent
dat je een paar honderd meter verder moet dan de
Zoom. Dat betekent 200 strekkende meter x f 350,-
per strekkende meter dubbel aangelegd, het betekent
wat meer geld. Je kunt natuurlijk zo'n kabel ook buiten
de atletiekbaan, langs de rand van een dergelijk sport
veld aanleggen. Dit soort argumenten maakt dan ook op
mij gewoon niet de minste indruk
Uit technisch-economisch oogpunt is de P U E.M. de
door haar zelf gekozen plaats blijven verdedigen ondanks
het feit dat de planologische voorschriften, althans naar
mijn interpretatie, de bouw op de gekozen plaats niet
toelaten en alleen op grond van artikel 19 van de Wet op
de Ruimtelijke Ordening een bouw daar mogelijk is Wij
zijn nu zo ver, dat men zegt: Esthetisch willen wij het
aanpassen, maar wij blijven aan de Zoom.
Het in het voorstel onder 1 gestelde is bij ons nooit in
discussie geweest. Als de P U E M zegt dat ze een trans
formatorstation nodig heeft wegens de groei van de in
dustrie en de woningen, dan nemen wij dat aan Ik con
stateer alleen wel, dat er meer nadruk ligt op de industrie
dan op de worringen
Met betrekking tot het gestelde onder 2 constateer ik,
dat het technisch blijkbaar wel mogelijk is om het trans
formatorstation in te graven, maar dat men zegt: Be
spaar ons dit alstublieft, want bij ingraven is er een hel-
lingbaan nodig alsmede een specifieke methodiek bij de
installatie. Ik constateer ook dat er in het voorstel niet
over desbetreffende meerkosten wordt gesproken. Heeft
het college aan de P U.E M gevraagd wat het meer kost
indien het gebouw bijvoorbeeld twee meter de grond in
gaat? Enkele meters zakken zou betekenen datje 4,5
meter boven het maaiveld blijft en dat is winst. Ik wil
graag gewoon zakelijk weten wat zo iets kost. Dat het
technisch niet wenselijk is, is een andere zaak, maar het
wordt technisch niet als onmogelijk aangemerkt. In de
vorige bespreking is ons hier medegedeeld, dat het tech
nisch niet zou kunnen; in het nu voorliggende voorstel
wordt dat niet meer gezegd.
Wat het gestelde onder 4 betreft heb ik al opgemerkt,
dat naar mijn mening de plaats bij de sportvelden nog
niet als optimaal is aan te merken en dat er een onze
kerheid is over de aanleg van de sportvelden
Mijn grootste bezwaar richt zich tegen het gestelde on
der 2. Het is natuurlijk met deze zaken verschrikkelijk
moeilijk, omdat je over dingen moet praten en oordelen
waar je eigenlijk technisch gesproken verschrikkelijk wei
nig verstand van hebt. Je moet dus proberen om je licht
op te steken. Welnu, mij is gezegd dat hetgeen er
wordt opgemerkt in de eerste zinnen van het gestelde
onder 2 niet waar is Want als het enigszins kan, zo is mij
medegedeeld, probeert men een transformatorstation te
plaatst
moet j
om on
transft
20