218 De heer VISSER: Nogmaals De heer DE WILDE: Ik wil graag antwoord op mijn vraag hebben. Er is sprake van een insinuatie en daar mede moet u ophouden. De heer VISSER: Het gaat erom dat de gemeente Soest nooit zo grif geld heeft gegeven voor restaura ties. De heer DE WILDE: Het gaat erom dat de heer Visser beweert dat er hier met twee maten wordt gemeten. Dat moet hij waarmaken. Hij moet, indien hij dat niet kan, zijn mond houden. Ik neem aan dat ik geen antwoord krijg. De VOORZITTER: Ik constateer dat de heer Visser aan de heer De Wilde geen antwoord kan geven en dat zijn opmerkingen over dit onderwerp nergens op slaan. De heer VISSER: Ik ben het met de gehele gang van zaken niet eens. De heer DE WILDE: Ik heb nu gevraagd of u kunt aantonen, dat er in Soest met twee maten wordt ge meten. De heer VISSER: Dat kan ik op dit moment natuur lijk niet aantonen, want daarvoor heb ik de stukken niet. De VOORZITTER: Dan moet u het ook niet zeggen! De heer DE WILDE: Dan is het een schandelijk ver haal. De heer VISSER: Het is geen essentieel verhaal. Het gaat erom dat ik het er niet mee eens ben, dat er zo maar geld wordt uitgegeven, terwijl er zo veel geld voor andere dingen nodig is. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Voor alle duidelijkheid: Wanneer de minister besluit dat een op de monumentenlijst staand pand in aanmerking komt voor subsidie, dan is het in de re geling opgenomen, dat ook de gemeente subsidie ver leent. De gemeente betaalt altijd haar aandeel, wan neer de gemeente subsidie verleent. Bewijst u nu eens, dat dat niet zo is. De heer VISSER: Ik hoop dat inderdaad een keer te kunnen bewijzen. De heer DE WILDE: Ik vind het verhaal en de houding van de heer Visser ver onder de maat. Dat wil ik heel duidelijk zeggen. De heer VAN POPPELEN: Deze opmerking van de heer De Wilde onderschrijven wij graag. Wij moeten met dergelijke opmerkingen voorzichtig zijn. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Dat is, met uitzonde ring van de heer Visser, ook namens de gehele raad gezegd! De VOORZITTER: Het college heeft nota genomen van de reacties van de andere raadsleden. Wij vinden dat het hoog tijd wordt dat er op een behoorlijke ma nier - zoals vroeger ook altijd gebeurde - wordt gedis cussieerd in de raad van Soest en niet op een onbe hoorlijke manier. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor het aansluiten van de club- en kleedgebouwen van de sportverenigingen aan de Bosstraat op de riolering. De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! Ik meen dat er in dit voorstel een vreemde zin staat. De derde alinea begint aldus: „Omdat in het deel van het Soesterveen, gelegen ten 219 220 221 westen van de Koningsweg is gekozen voor een ge scheiden stelsel, moeten de aansluitleidingen als af zonderlijke leidingen voor huishoud-, c.q. -regenwa ter worden uitgevoerd". Ik meen dat er niet kan worden gesproken van goed Nederlands. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Ik meen dat „c.q." moet worden vervangen door „en". De heer VERHEUS: Dat dacht ik ook. Mevrouw KORTHUIS-ELrON: Mevrouw de voorzit ter! In het voorstel staat dat het nu gaat om de aan sluiting van de club- en kleedgebouwen van de sport verenigingen aan de Bosstraat op de riolering en dat in de toekomst ook een drietal woningen aan de Bos straat op de riolering zal worden aangesloten. Ik heb inmiddels vernomen dat er in vele huizen aan de Bos straat sprake is van een schrijnende situatie, omdat er geen aansluiting op de riolering is. Is het mogelijk dat er op korte termijn een einde wordt gemaakt aan die schrijnende situatie? Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! De riolering zal lopen van de clubgebouwen van de voet balverenigingen naar het 2e Heeserlaantje. De drie ten zuiden van de aangesloten leiding liggende huizen zullen kunnen worden meegenomen. De mogelijkhe den worden op dit moment onderzocht. De huizen ten noorden van de aansluitleiding worden meegeno men bij de aanleg van de riolering in de Insingerstraat en de Den Blieklaan. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Wanneer kan die aan leg worden gerealiseerd? Wethouder HOEKSTRA: Dat kan ik niet helemaal precies zeggen. Voor de riolering in de Den Blieklaan en de Insingerstraat is een krediet beschikbaar gesteld en goedgekeurd. Dat werk zal binnenkort worden aanbesteed. Dan zullen wij bekijken hoe wij verder kunnen komen. Het is ons bekend dat er aan de Bosstraat sprake is van een moeilijke situatie; daarom proberen wij die drie huizen mee te nemen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Voorstel tot verpachting van gronden in het jaar 1976. Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Voorstel tot het aanschaffen van drie extra page-boys (pieper) ten behoeve van leden van de brandweer en 30 nieuwe stoelzittingen. De VOORZITTER: Dames en heren! Die dertig stoelzittingen zijn voor de stoelen waarop wij tijdens de raadsvergadering zitten. Daarom menen wij dat de kosten niet ten laste van de brandweer moeten komen. Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Voorstel tot het vaststellen van de „Verordening be treffende de organisatie en het beheer van de brand weer". De VOORZITTER: Dames en heren! Hoofdstuk IV, artikel 5 begint aldus: „Tot het personeel van de Brandweer Soest en de Brandweer Soesterberg behoren respectievelijk: 307

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 308