W/ft
Vorig jaar zijn wij op het gemeentehuis druk bezig ge
weest met het maken van tekeningen voor het nieuwe
gemeentehuis. Na het vooroverleg is het plan Zuider-
eng met praktisch geen aanmerkingen teruggekomen
uit Utrecht en dat gaf de burger moed. Wij hebben ge
zegd, dat wij, nu bekend was dat ook gedeputeerde
staten vonden dat wij in de nesten zaten, snel voort
moesten. Inmiddels is deze zaak echter niet doorge
gaan. Daarop hebben wij ons afgevraagd wat er diende
te gebeuren. Er heeft veel inspraak plaats gevonden
onder de mensen die moeten meeverhuizen. Het eerst
hebben wij ons beziggehouden met de meest onhoud
bare situatie, nl. de toestand bij de g.s.d.
De heer LANGE: Dit achterstallige onderhoud was
derhalve toch gekomen?
De VOORZITTER: Ja, ook wanneer de spade volgend
voorjaar in de grond was gegaan.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Mevrouw de voorzitter! Degenen die menen
dit voorstel op financieel-principiële gronden te moe
ten afwijzen, wijs ik erop, dat wij bij de gemeentelijke
sociale dienst in een onhoudbare situatie verkeren. De
ze dienst wordt bezocht door mensen met zeer grote
persoonlijke noden. Er moet met deze mensen worden
gesproken, terwijl er niet één spreekkamer is. De men
sen moeten hun problemen bespreken in een kamer
waarin vijf ambtenaren zitten; of die vijf ambtenaren
moeten verhuizen of de ambtenaar moet met de cliënt
naar de gang verhuizen. Op die wijze moeten de pro
blemen worden afgedaan.
Mevrouw KORTHUIS-ELION: Juist daarom is het
onbegrijpelijk, dat die cijfers niet eerder op tafel zijn
gekomen!
De heer VAN EE: Dan had u er drie maanden geleden
mee moeten komen!
De VOORZITTER: Op 22 augustus jl. is ons duide
lijk geworden dat het plan Zuidereng werd verschoven
tot na het ontwikkelingsplan.
De heer VAN EE: U hebt net gezegd dat hetgeen thans
voorligt toch aan de orde zou zijn gesteld. Waarom is
ons dit voorstel niet twee maanden eerder aangebo
den? Waarom moet het nu als een vluggertje worden
behandeld zonder dat wij enige achtergrondinforma
tie kunnen krijgen? Ik vind de procedure dermate
slecht, dat ik neen zeg tegen het voorstel.
De heer DE WILDE: Ik vrees dan toch dat de voor
lichting onvoldoende is geweest. In een vorige fase
hebben wij bekeken of de gehele welzijnsvoorziening
in het gemeentehuis zou kunnen blijven; wij hebben
verschillende alternatieven bekeken. Pas gisteren zijn
wij tot de overtuiging gekomen, dat dat beslist niet
kon en dat het het beste was om de gehele welzijns
voorziening en de gemeentelijke sociale dienst in het
gebouw van gemeentewerken te huisvesten. Daarop^/
hebben wij besloten om de raad meteen te vragen het
daarvoor benodigde geld ter beschikking te stellen,
opdat wij aan de slag kunnen. Ik meen dat deze zaak
bij een goede voorlichting aanvaardbaar is.
De VOORZITTER: Het is natuurlijk helemaal niet
ideaal om de zaken uit elkaar te rukken. Wij hebben
dan ook eerst bekeken of wij de sector welzijn in het
gemeentehuis zouden kunnen handhaven. Ik heb ge
zegd dat dit voorstel in ieder geval zou zijn gekomen,
maar ik had dat wat voorzichtiger moeten stellen. Wij
hadden, wanneer wij het oude gebouw van de Neder-
landsche Middenstandsbank hadden genomen voor de
afdeling bevolking en wanneer de spade volgend jaar
wel in de grond was gegaan, ook kunnen overwegen
de afdeling welzijn thuis te houden. Met dat alterna
tief hebben wij gewerkt.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Mevrouw de voorzitter! Ik geloof dat het over
bodig is om verdere uitleg te geven over het personeels-
overleg. Alle facetten zijn grondig doorgesproken met
het personeel en iedereen is het eens met de verhuizing.
De heer VAN EE: Ik kan niet met het voorstel instem
men, omdat ik niet tijdig en voldoende ben geinfor-
meerd door het college.
De VOORZITTER: Wij accepteren alles, wanneer de
g.s.d. maar wordt geholpen.
De heer VAN POPPELEN: Ik wil het college wel in
bescherming nemen nu de heer Van Ee het college de
schuld geeft. Het seniorenconvent heeft er bij het col
lege op aangedrongen om dit voorstel vandaag in de
raad te brengen. Dat verzoek is ondersteund door de
fractievoorzitter van de V.V.D.
De VOORZITTER: Zo staat het ook in het verslag
van de vergadering van het seniorenconvent in de
krant van vanavond.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Ik
zou willen dat de heer Van Ee wist hoe wij achter de
ze zaak hebben aangerend. Ik ben nu sinds zes weken
full-time wethouder en ik heb praktisch niet anders
gedaan dan achter deze zaak aan rennen.
Ik kan mij best voorstellen dat hij liever een andere
oplossing had gezien, maar dat geldt ook voor ons. Het
geen thans voorligt, is echter de enige mogelijkheid.
Wij hebben geprobeerd het seniorenconvent zo veel
mogelijk in te lichten.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
De heren Van Ee en Visser krijgen op hun verzoek aan
tekening in de notulen, dat zij zich met de genomen
beslissing niet hebben verenigd.
De VOORZITTER sluit hierna, te 22.05 uur, de verga
dering.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de
raad der gemeente Soest d.d. 20 november 1975.
e secretaris, De voorzitter,
311