De heer VISSER: Zo brutaal ben ik niet! De VOORZITTER: Dan belt u even op. Wenst men nog hoofdelijke stemming over de con cept-antwoordbrief? De heer DE WILDE: Wat ons betreft, kan worden vol staan met de aantekening dat wij tegen het verzenden van deze brief zijn. De heer VISSER: Ook ik kan met die aantekening vol staan. Ik zou dan graag zien dat de betrokken heren werd medegedeeld, dat wij tegen deze brief hebben ge stemd. De VOORZITTER: Een raadsbesluit is een raadsbe sluit. De heer VISSER: Ook de vorige keer heeft u dat toe gezegd. De VOORZITTER: Neen. De heer VISSER: Het staat in de notulen. De VOORZITTER: Neen, dat kan niet. Het staat in de notulen. U kunt mij vragen om, zodra de notulen zijn goedgekeurd, een exemplaar van de notulen aan de heren Walter en Eggink te zenden. Maar een raadsbe sluit is een raadsbesluit - of het nu aangenomen is met één stem meerderheid dan wel in unanimiteit. De heer VISSER: O.K., stuurt u ze dan de notulen toe. De VOORZITTER: Wij sturen ze nu de brief. Daarbij delen wij de heren mede, dat zij een exemplaar van de notulen zullen krijgen als die door de raad zijn goed gekeurd. Met betrekking tot het stuk wordt besloten overeen komstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en wethouders is voorgesteld. De heren Van den Brakel, Goote, mevrouw Van Stip- hout-Croonenberg en de heren Visser en De Wilde krijgen op hun verzoek aantekening in de notulen, dat zij zich met de genomen beslissing niet hebben vere nigd. 228 Vragenhalfuurtje. De VOORZITTER deelt mede dat de heer Goote na mens de fractie van de P. v.d. A. de volgende vragen heeft ingediend: „In de raadsvergadering van 16 oktober 1975 is een krediet beschikbaar gesteld voor het geschikt maken van het oude kantoor van de dienst gemeentewerken voor de gemeentelijke sociale dienst. Naar aanleiding hiervan de volgende vragen: 1. Hebben gedeputeerde staten dit besluit reeds goed gekeurd Zo neen, 2. Willen B. en W. dan in verband met de urgentie van deze zaak stappen ondernemen om deze goedkeuring te bespoedigen? Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Met betrekking tot de eerste vraag kan ik mededelen, dat ons telefonisch is medegedeeld dat gedeputeerde staten het betrokken raadsbesluit hebben goedge keurd. Dit houdt in dat vraag 2 vervalt. Onmiddellijk na de telefonische mededeling - de ont vangst van de schriftelijke bevestiging zal nog wel even duren - hebben wij de directeur van gemeente werken opgedragen met betrekking tot de zaak spoed te betrachten. De heer DE WILDE: Wanneer kan de gemeentelijke sociale dienst het gebouw betrekken? Wethouder HOEKSTRA: Dat is niet zo een, twee, drie te zeggen. Gemeentewerken is echter met de zaak begonnen. Het gehele dak moet eraf. Wanneer de aan nemer is uitgezocht om dit werk uit te voeren, hangt de tijd die met een en ander is gemoeid, af van de weersomstandigheden die zich zullen voordoen. Bij erg slecht weer zal het werk in gedeelten moeten wor den uitgevoerd. Zou zich gedurende een week prachtig weer voordoen, dan zou de zaak in een week zijn ge beurd. Maar als het aan ons ligt, zouden wij liever gis teren dan vandaag de sociale dienst het gebouw laten betrekken. De VOORZITTER verklaart het vragenhalfuurtje voor geëindigd. 229 Voorstel tot het garanderen van rente en aflossing van leningen voor de bouw of aankoop van eigen wo ningen. Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde lijke stemming aangenomen. 230 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor het treffen van bijzondere voorzieningen aan de 240 galerij woningen van complex VI, De heer HILHORST: Mevrouw de voorzitter! Uit de stukken is mij niet gebleken of dit soort werkzaamhe den wordt uitbesteed dan wel in regie gebeurt. Hoe is geregeld het toezicht dat door de gemeente wordt uitgeoefend? Waar bestaat dat toezicht uit? Weten wij nu zeker voor een aantal jaren van dit on derhoud af te zijn? Ik vind het nl. erg moeilijke her stelwerkzaamheden. De heer VAN DEN BRAKEL: Mevrouw de voorzit ter! Dit voorstel is een gevolg van in het verleden ge maakte fouten. Ik meen dat de raad in vorige samen stelling al eens heel uitgebreid op deze materie is in gegaan. Ik wil daarop thans dan ook niet verder in gaan. Wij zitten hier niet om in het verleden te den ken. De heer VAN POPPELEN: Vijf minuten geleden ove rigens nog wel! De heer DE WILDE: Terecht. Als je het er naar maakt! De heer Van Poppelen is nog steeds met zijn verleden bezig, merk ik! De heer VAN POPPELEN: Ik zou niets hebben ge zegd als de heer Van den Brakel niets had gezegd. Maar hiermede waren wij acht jaar terug al bezig. De heer VAN DEN BRAKEL: Ik zit niet over acht jaar terug te praten. Ik praat nu over de f. 400.000,- die de gemeenschap thans moet opbrengen ten gevol ge van de fouten die door de toenmalige aannemer zijn gemaakt. Wij zullen er in het vervolg dan ook voor moeten zorgen, dat het toezicht op de door an deren uit te voeren werkzaamheden optimaal is, op dat dergelijke dingen niet meer kunnen voorkomen. De onderhavige woningen zijn ongeveer tien jaar oud. Wij kunnen geen verhaal meer op de betrokken aanne mer toepassen. Resumerend: onze fractie steunt het voorstel, omdat de betrokken werkzaamheden noodzakelijk zijn, maar zij vraagt wel een optimaal toezicht op de werk zaamheden die voor de gemeenschap worden ver richt. De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! In het voorstel staat dat, „ondanks het feit dat door de be trokken buitenlandse firma geen b.t.w. in rekening wordt gebracht, deze belasting wel moet worden afge- 318

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 319