andere fracties, in feite afgewezen. Gezien de vele bezwaren (ook landelijk) zal dit concept-ontwerp van wet wel in de ijskast verdwijnen. Regionale samenwerking. Over de samenwerking in het Samenwerkingsorgaan Eem- land kan ik kort zijn. Ook vorig jaar heeft onze fractie dien aangaande reeds haar bedenkingen geuit. Wij onderschrijven de stelling van het college dat „versterking" van Eemland noodzakelijk is, want de huidige gang van zaken is beperkt tot wat ambtelijke contacten, weinig vergaderingen en nog veel minder besluitvorming. Bij de huidige opzet zien wij weinig mogelijkheden om het orgaan meer bestuurlijke kracht te geven Bestuurlijke aspecten. Nu de wijkraad in Soesterberg ruim één jaar in zijn nieuwe samenstelling onder leiding van een neutrale voorzitter functioneert, menen wij te mogen constateren, dat diverse initiatieven zijn genomen en dat er zeer actief wordt gewerkt aan de begeleiding en ondersteuning van de plaatselijke sa menleving. De fracties van het C.D.A. in de gemeenteraad en de wijkraad onderhouden nauwe contacten met elkaar om mede op deze wijze de belangen van Soesterberg zo goed mogelijk tot hun recht te doen komen. Wij achten het mede daarom van groot belang dat de wijkraad in nauw over leg met de gemeenteraad en met het college zodanig kan functioneren, dat het gevoel dat dit deel van de gemeente een soort achtergebleven gebied is, wordt weggenomen. (Dit gevoel leeft toch nog bij velen in Soesterberg). Wel zouden wij nog graag van het college vernemen wat er wordt be doeld met de zinsnede in de nota van aanbieding, dat er bin nen de wijkraad wordt gezocht naar oplossingen om te ko men tot een enigszins andere wijze van verkiezing van leden van de wijkraad. Gemeentebeleid. Ik zal thans het gemeentelijk beleid, zoals dat in de begro ting tot uitdrukking wordt gebracht, aan een nadere be schouwing onderwerpen. Het spreekt daarbij vanzelf dat wij ons ten opzichte van het huidige college anders hebben opgesteld dan ten opzichte van het vorige. De omstandigheden, ten gevolge waarvan het college van drie tot vier personen is uitgebreid, waren uiteraard bijzon der tragisch. Het plotselinge overlijden van wethouder De Haan heeft ons allen diep geschokt. U, mevrouw de voorzit ter, hebt dit in de bijzondere raadsvergadering en tijdens de uitvaartplechtigheid treffend onder woorden gebracht. Niettemin heeft de fractie van het C.D.A, er toch behoefte aan om nogmaals de grote verdiensten van wijlen de heer De Haan voor de Soester samenleving te memoreren. Wij achten een goed samenspel binnen het college van bij zonder veel belang. U, mevrouw de voorzitter, hebt eens ge steld, dat elk lid van het college namens het college spreekt; met andere woorden: Wanneer één der leden een andere me ning is toegedaan zal hij of zij die mening dienen te moti veren. Het is nl. al een paar maal voorgevallen, dat een in stemming gebracht voorstel van het college door het colle ge werd ondersteund, echter met de tegenstem van één der leden. Moet daaruit worden afgeleid, dat er binnen het col lege in die gevallen al verschil van mening was of acht de be trokken wethouder de binding aan de fractie in die gevallen groter dan de binding aan het college? Het lijkt mij elegan ter (zeker tegenover de overige leden van het college, maar ook tegenover de raad), wanneer dat betrokken lid van het college een stemverklaring aflegt. Het is opvallend dat de raadsvergaderingen het laatste jaar wel eens wat uit de hand lopen wat de tijdsduur betreft. In dit verband willen wij er eens aan herinneren, dat er een aantal jaren geleden een voorstel is aangenomen om uiter lijk tot 22,30 uur te vergaderen. Dit besluit is nog steeds van kracht Wij hebben de indruk dat u, mevrouw de voor zitter, de teugels van uw aanvankelijk straffe leiding wat hebt laten vieren. Alvorens een raadsbesluit wordt genomen, dient het voorstel goed te worden doorgesproken. Dit bete kent echter niet dat er veel en bij herhaling lange verhalen moeten worden gehouden. De raadsleden zullen zich met u moeten bezinnen op een zo efficiënt mogelijke vergader- wijze. Door een straffe leiding - en dat is u, mevrouw de voorzitter, zeker toevertrouwd - is dit ongetwijfeld mogelijk. Personeelsbeleid, Aangezien het personeelsbeleid - mede door het functie- waarderingsonderzoek dat thans achter ons ligt - zeker één der belangrijkste peilers is waarop ons gemeentelijk appa raat moet rusten, ligt het voor de hand, dat de C.D.A.-frac- tie ook daarover graag een paar opmerkingen wil maken. Ik wil beginnen met het betuigen van onze erkentelijkheid voor de inzet en de bereidwilligheid van het gehele perso neel. Wij dienen daarbij te bedenken dat de werkomstandig heden, gelet op de miserabele huisvestingssituatie, verre van ideaal zijn. Wij moeten er dan ook bewondering voor op brengen, dat in deze situatie toch nog behoorlijk wordt ge werkt. Het is vanzelfsprekend dat het functiewaarderingsonderzoek een zekere onrust heeft teweeggebracht. Dat is bij elk on derzoek van een dergelijke omvang onvermijdelijk. Ik wil een paar kanttekeningen maken naar aanleiding van de re sultaten. Is er nu ook nog een vervolg op het functiewaarde ringsonderzoek in de maak, bijvoorbeeld in de vorm van een zo objectief mogelijk beoordelingssysteem? Wij lopen het gevaar dat er, wanneer wij alleen de „stoelen" waarde ren, verstarring gaat optreden in die zin, dat niet de man (of de vrouw), maar de „stoel" doorslaggevend is voor de car rièregang. Verder zijn wij benieuwd van het college te ver nemen hoe de bezwarenprocedure is geregeld en of er veel bezwaren tegen de functiewaardering zijn ingebracht. Hoe denkt het college verder te gaan? Met andere woorden: Heeft het functiewaarderingsonderzoek ook aangetoond dat er efficiënter (dus met minder personeel) zou kunnen worden gewerkt? Is het juist dat niet alle functies zijn ge waardeerd? Wij zullen, indien deze vraag bevestigend moet worden beantwoord, graag vernemen hoeveel, welke en waarom. Al met al menen wij te mogen constateren, dat thans een eerste aanzet is gegeven, maar dat wij er nog lang niet zijn. Wij hebben ons afgevraagd of het functiewaarde ringsonderzoek ergens geen kans loopt om averechts te werken. Zeker wanneer er binnen het eigen bedrijf niet voldoende doorstromingsmogelijkheden zijn is de kans groot, dat wij een groot verloop krijgen van ambtenaren, hetgeen het geheel zeker niet ten goede komt. Openbare veiligheid. Het heeft ons bevreemd dat er in Soest eigenlijk helemaal geen wijkagent dienst doet, ondanks het feit dat dit insti tuut van de wijkagent vorig jaar bij het afdelingsonderzoek met verve werd verdedigd. Is dit hele instituut nu in de ijs kast gezet of kunnen wij alsnog reorganisatieplannen in die richting tegemoet zien? Wij zouden graag vernemen of er, vooruitlopende op de re organisatie van het binnenlands bestuur, nu al vastomlijnde plannen zijn tot reorganisatie en/of regionalisatie van de di verse rijks- en gemeentepolitiekorpsen. Gelet op de vaak moeilijke en ondankbare taak van de politie, waardoor vaak de meest ongenuanceerde kritiek losbarst, meent de C.D.A.- fractie, dat wij als raad de verplichting hebben om de werk-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 333