Het verheugt mij dat het college als eerste in de rij zal staan voor de op 1 augustus 1976 te starten bij scholingscursussen voor onderwijzend personeel. Ik zal dit punt in de gaten houden. Ik heb in eerste instantie de suggestie gedaan om een commissie of een stuurgroep in het leven te roepen om te praten over het onderwijsbeleid. Die suggestie moet worden gezien naar analogie van de stuurgroep welzijn. Deze stuurgroep heeft een beleidsnota op ta fel gebracht. In die sfeer moet mijn opmerking worden gezien. Ik heb begrepen dat wethouder Plomp mijn suggestie terzake wil bespreken in het college. Ik hoop dat wij alsnog antwoord zullen krijgen in de onder wijscommissie, want dan kan dit punt nog eens wor den besproken in de onderwijscommissie. Ik heb geen antwoord gekregen op mijn vraag of er in het vervolg notulen (of een besluitenlijst) kunnen worden gemaakt van een vergadering van de onder wijscommissie. De heer SMIT: Mevrouw de voorzitter! Wij blijven, wanneer de noodzakelijkheid en de mogelijkheid zijn aangetoond, onverkort voorstander van een l.o.m.- school, hoewel ik persoonlijk meen dat niet achter ieder kind een begeleidingsfiguur behoeft te staan. Ik meen dat wij met betrekking tot de l.o.m.-school zeer voorzichtig te werk moeten gaan, want opleiding in een „normale school" zal zo mogelijk altijd moeten prevaleren. Ik een ander verband heb ik persoonlijke ervaringen. Ik heb nooit problemen gehad met de kin deren van de scholen die ik bezocht en ik heb ook nooit problemen gehad met de werkers in het veld. Ik heb alleen maar enorm veel steun ondervonden.! Enige vorru>van mentaliteitsverbetering is wellicht wel op haar plaats, want het leunen op de overheid voor alle bijzondere gevallen gaat zo zoetjes aan een klein beetje de perken te buiten. Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzit ter! Op een paar vragen heb ik geen antwoord gekre gen. Op welke wijze acht het college het mogelijk aan kinderen van buitenlandse werknemers in eigen taal en cultuur les te geven? Heb ik goed verstaan dat 699 jonge mensen onder de partiële leerplicht vallen? Heeft het Samenwerkingsorgaan Eemland reeds gerea geerd op onze brief inzake de controle op de partiële leerplicht Met zeer veel genoegen heb ik vernomen dat nog eens zal worden bekeken of het mogelijk is de bus niet meer over de Smitsweg te laten rijden. In dit verband zij opgemerkt, dat er wijken zijn die geen verbinding hebben met het gemeentehuis, het postkantoor en de V.V.V. Het is dan ook misschien wel mogelijk om de bus een andere route te laten rijden. De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Ik blijf volhouden dat een l.o.m.-school een bijzonder belang rijke en gelukkige oplossing is voor kinderen die een dergelijke school nodig hebben. Ik heb de woorden „stigmatisering" en „gettovorming" niet gebruikt; die woorden worden gebruikt door mensen die kennelijk niet goed op de hoogte zijn van het feit hoe belangrijk een dergelijke school voor bepaalde kinderen is. ik ken die gevallen. De heer DE WILDE: Dat moet u zo niet zeggen „niet op de hoogte zijn". U kent de literatuur van dit mo ment De heer VISSER: Precies; die ken ik heel goed. De heer DE WILDE: Ik ook. Vroeger was het buiten gewoon onderwijs regel, maar nu wordt ervoor ge waarschuwd om kinderen te snel naar het buitenge woon onderwijs te sturen. De heer VISSER: Randgevallen daargelaten mis schien, maar er blijft een heel grote groep die erg veel baat bij een l.o.m.-school heeft. Ik heb niet uit de nota van aanbieding geciteerd; met hetgeen daarin staat over de l.o.m.-school ben ik het roerend eens. Ik heb geciteerd het antwoord op vraag 57. Op hetgeen ik terzake heb gesteld heb ik nog steeds geen duidelijke reactie gekregen. Wethouder PLOMP: Mevrouw de voorzitter! Terecht heeft de heer Goote erop gewezen dat er ook een eigen verantwoordelijkheid van het college is. Een van de taken van het college is het stimuleren en het geven van impulsen in welke richting dan ook. Dat geldt derhalve ook voor het onderwijs. Dit gebeurt bijvoorbeeld tijdens de maandelijkse vergaderingen met de schoolhoofden; tijdens die vergaderingen is er van een tweezijdige communicatie sprake, In eerste instantie heb ik met betrekking tot de schooltijden gezegd dat deze kwestie zal worden on derzocht. Van de vergaderingen van de onderwijscommissie zal een besluitenlijst worden gemaakt. Dit punt zal nog in de onderwijscommissie aan de orde worden gesteld. Ik ben zeer blij met de getuigenis van de heer Smit. De heer Visser heeft gesteld dat er een hele groep kinderen is die bij het l.o.m.-onderwijs baat zal heb ben. Die stelling durf ik niet zonder meer voor mijn rekening te nemen, want ik vind dat deskundigen - des kundiger dan de heer Visser en ik - dat moeten uitzoe ken. ik kan onmogelijk zeggen waar precies de grens ligt. Ik vind dat op dit vlak een taak voor de schoolad viesdienst is weggelegd. Daarin zitten de specialisten die een oordeel kunnen uitspreken. Dat kunnen wij niet doen, want daarvoor zijn wij gewoon te beperkt. Het antwoord op vraag 57 is het antwoord dat het college moest geven, ik zie geen kans om een beter antwoord te geven. Het is moeilijk om onderwijs in de eigen taal voor de kinderen van buitenlandse werknemers te organise ren, maar in samenwerking met Hilversum, Amers foort, Huizen en Harderwijk en de Stichting buiten landse werknemers wordt bekeken of een Turkse on derwijsassistent kan worden aangetrokken. Deze Turk se onderwijsassistent zou dan in Soest twee dagen werkzaam kunnen zijn. Een verzoek aan het ministe rie is reeds onderweg. Een combinatie met andere steden is noodzakelijk, want anders is iets dergelijks niet mogelijk. Het is zeer moeilijk om part-timers aan te trekken. Deze zaak dient regionaal te worden be keken. Van de partieel leerplichtigen zitten er 29 op een vormingsinstituut. Ik zal mevrouw Oranje het lijstje waarop alle gegevens staan, straks overhandigen. Er is sprake van een heterogeen gezelschap. Het antwoord op de brief aan het Samenwerkingsor gaan Eemland is onlangs behandeld. Dat antwoord was niet zo veelzeggend. De oplossing is intern gevon den door degene die ook de leerplichtigen controleert. De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! De onderwijscommissie ziet uiteraard goed toe op het wel en wee op de scholen, maar somtijds krijg ik de indruk dat er materialen worden aangeschaft die niet

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 404