Wij zullen graag vernemen of de toegezegde subsidie aanvraag voor de bestrijding van de vogelkers is uitge gaan. Wij willen bij het college aandringen op het nemen van maatregelen die kunnen leiden tot een veel betere discipline bij de ruiters die nogal eens de neiging hebben om buiten de ruiterpaden te gaan. Bovendien zal er iets moeten worden gedaan aan de bestrijding van het vandalisme dat de laatste jaren in de bossen hand over hand toeneemt. Ik kan daarvoor geen bepaal de schuldige aanwijzen, maar er is sprake van een sterke verslechtering van de toestand van de afbakening van bijvoorbeeld de trimbaan Daaraan zullen wij op zijn minst wat moeten doen. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Mevrouw de voorzitter! Wij menen dat wat het bosbezit betreft het accent van onderhoud moet worden verlegd naar beheer. Nu lijkt dat misschien stoeien met woorden, maar dat is toch beslist niet mijn bedoeling. Wanneer wij praten over onderhoud, bedoelen wij daarmede allerlei activiteiten die tot doel hebben om de bestaande situatie zo goed mogelijk te handhaven. Het resultaat hiervan zal dan zijn, dat daarmede het gebruiksdoel waarvoor onze bossen in het verleden waren bestemd, het beste wordt gediend. Wanneer wij praten over be heer, gaan er heel andere dingen een rol spelen. Met name de vraag: Hoe zien wij op langere termijn het gebruiksdoel van het gemeentelijk bosbezit? Het is duidelijk dat het bosbestand in de gemeente nog wordt gekenmerkt door de zgn. exploitatiebouw ten behoeve van de houtproduktie. Twee ontwikkelingen doen de vraag rijzen of dit gebruiksdoel nog wel geldig is, namelijk 1. de kwaliteit van het geproduceerde hout is matig en 2. de behoefte aan het hier geproduceerde hout is sterk afgenomen. Daarnaast geven moderne in zichten (vanuit het oogpunt van natuurbescherming) aan, dat de primaire waarde van ons bosbezit hoofdza kelijk van natuurwetenschappelijke aard is. In het door Staatsbosbeheer uitgebrachte beheersadvies wordt een en ander nogmaals onderstreept en toegespitst op de situatie in onze gemeente. Namens mijn fractie wil ik er dan ook mijn waardering voor uitspreken, dat burgemeester en wethouders het initiatief hebben genomen om een advies door Staats bosbeheer te laten uitbrengen. Ik ben overigens om nog een andere reden gelukkig met het door Staatsbosbe heer uitgebrachte beheersadvies. Hetgeen door Staats bosbeheer wordt geadviseerd ten aanzien van de heide velden bij het Berkenlaantje is door mij namelijk reeds tijdens de begrotingsbehandeling in december 1974 naar voren gebracht. Ik wil er met nadruk bij het college op aandringen, dat in het komende jaar de uitgangspunten voor het beheer van de gemeentelijke bossen expliciet worden gefor muleerd. In dit verband wil ik enige aandacht schenken aan de procedure die hierbij zou kunnen worden ge volgd. Als eerste stap dient de door Staatsbosbeheer uitge brachte nota te worden besproken in de boscommissie. (Dit is reeds binnen de boscommissie afgesproken). Ver volgens wordt aan de hand van de resultaten een con cept-beheersplan opgesteld waarin met name de gebruiks- doelen op langere termijnen voorkomen. Daarna wordt dit concept-beheersplan in een raadsvergadering aan de orde gesteld en bekrachtigd. (Een zo belangrijk be leidsstuk kan uiteraard niet binnen het kader van een raadscommissie worden vastgesteld.) Als vierde stap worden, uitgaande van de geformuleer de doelstellingen, door burgemeester en wethouders een aantal alternatieven opgesteld voor de uitvoering van het beheer. Hierin zal onder andere de vraag worden beantwoord door wie het beheer wordt uitgevoerd en in welke fase dat zal worden gerealiseerd. Gedurende deze procedure zou een aantal spelregels moeten gelden en wel de volgende: - alle vergaderingen van de boscommissie die be trekking hebben op het herwaarderen van het gebruik van ons gemeenschappelijk bosbezit, dienen openbaar te zijn. Het is onaanvaardbaar dat de bevolking van Soest pas op een zeer laat tijdstip kennis zou kunnen nemen van de voornemens die het gemeentebestuur heeft ten aanzien van een zo belangrijk deel van het grondgebied van de gemeente; - op korte termijn zullen geen acties worden onderno men die strijdig zijn met de adviezen in het rapport van Staatsbosbeheer. Dit betekent met name, dat met her- beplanten wordt gestopt voor de percelen bij het Berken laantje. Dit zijn perceel nummer 9c en 9e van de be- drijfskaart Op zo kort mogelijke termijn vraagt het col lege voor deze percelen (en andere percelen die daar voor in aanmerking komen) dispensatie aan voor de plicht tot herbeplanting bij Staatsbosbeheer. Het lijkt mij dat het slechts een simpele administratieve procedure is, aangezien Staatsbosbeheer zelf adviseert tot ontbos sing over te gaan. Gezien hetgeen ik tot nu toe heb gezegd zou ik van het college de toezegging willen hebben, dat het bedrag genoemd onder volgnummer 7.12 van de begroting (kosten van verzorging en instandhouding van het ge meentelijk bosbezit) niet als aangegeven wordt besteed. Met name de post onder c (herbebossing) a f. 1.242,- zou ik graag niet besteed willen zien voor de percelen 9c en 9e. Mijn fractie meent dat in de onderhavige begroting on voldoende aandacht wordt besteed aan onder meer het verwijderen van de Amerikaanse vogelkers. Wij betuigen onze instemming met de subsidie die het college hier voor heeft aangevraagd. Het bedrag is echter erg laag voor een goede bestrijding. Mijn voorlaatste opmerking betreft de huidige opdracht aan de Heidemij. Deze opdracht voldoet niet aan de eisen die daaraan mijns inziens moeten worden gesteld. Deze opdracht gaat impliciet uit van het onderhoud van het bos als exploitatiebos. Van herdefiniëring van het gebruiksdoel van ons bosbezit kan binnen de huidige opdracht geen sprake zijn. Sturing is alleen mogelijk via het door de Heidemij jaarlijks bij de begroting in te dienen werkplan, maar dan slechts ten aanzien van de uitvoeringsaspecten Ik dring er bij het college op aan actief te streven naar de privaatrechtelijke verwerving van bossen in eigendom. Alleen dan is de bestemming op lange termijn veilig ge steld en heeft de gemeenschap voldoende speelruimte bij de vaststelling van de gebruiksdoelen en de realise ring hiervan. Ik spreek er mijn voldoening over uit dat door de plantsoe nendienst chemische bestrijdingsmiddelen voorzichtig worden gebruikt. Ik spreek de wens uit dat dit beleid in de toekomst ongewijzigd zal blijven. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Terecht heeft de heer Van Logtenstein vastgesteld, dat voor het bosonderhoud (en misschien een heel klein beetje beheer) een bedrag van f. 100.000,- beschikbaar is. 106

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1975 | | pagina 407