De VOORZITTER: Als het amendement besproken
is, stel ik voor dat erover wordt gestemd.
De heer BLAAUWDe mogelijkheid tot stallen is er
dus wel?
De VOORZITTER: Ja, de melkstallen.
De heer BLAAUW: Wat bedoelt de heer Van Poppe-
len dan?
De VOORZITTER: De heer Van Poppelen bedoelt
niet de melkstallen die met een vrijstelling van burge
meester en wethouders kunnen worden gebouwd,
maar grote veeschuren.
De heer HOEKSTRA: Is er in het amendement niet
een bepaalde beperkende regel aan te brengen, me
vrouw de voorzitter, die voorkomt dat als iemand
een perceeltje grond koopt, hij daarop dan zo'n schuur
mag bouwen? Ik zie die regel op dit moment niet
De VOORZITTER: Ik ook niet.
De heer HOEKSTRA: Ik bedoel een regel die bepaalt
dat men een zekere hoeveelheid grond aan de over
kant van de weg moet hebben, wil men er een schuur
kunnen bouwen. Daar moet toch een formule voor te
vinden zijn.
De heer BLAAUW: Als er zo'n regel kan worden ge
vonden, wil ik wel voor het amendement stemmen.
De heer VAN POPPELEN: Ik ben er helemaal niet
tegen. Men spit op het ogenblik veel dieper dan ik
wil, mevrouw de voorzitter.
De heer HOEKSTRA: Neen, dat is niet waar.
De VOORZITTER: Neen. Laten wij nu even goed
stellen waarmede wij bezig zijn. Als wij bepaalde
amendementen aannemen, doen wij soms iets voor
een aantal mensen in het algemeen, maar bezwaar
schriften zijn zaken die zijn gericht op één persoon.
Wanneer het amendement wordt aangenomen zoals
het nu voor ons ligt, zie ik theoretisch mogelijkheden,
dat er een aantal bedrijfsgebouwen met een maxima
le oppervlakte van 600 m2 aan de noordzijde van de
Birkstraat verrijst. Als de raad dat wil, moet hij het
amendement aannemen; als hij het niet wil, moet hij
het amendement niet aannemen. Wij moeten hier nu
niet gaan praten over allerlei namen. Een amende
ment is iets algemeens dat wij in het plan opnemen.
Het amendement wordt hierna in stemming gebracht
en verworpen met 15 tegen 8 stemmen.
Tegen gestemd hebben de leden: mevrouw Van Stip-
hout-Croonenberg, De Wilde, Storimans, Plomp,
Stam, mevrouw Alting-Ambrosius, De Haan, Ebbers,
mevrouw Oranje-Entink, mevrouw Korthuis-Elion,
Van Aalst, Van den Brakel, Visser, Blaauw en me
vrouw Van Gelder-Cornelissen.
Voor hebben gestemd de leden: Verheus, Smit, Van
Logtenstein, Van Poppelen, Hilhorst, mevrouw Greef-
horst-Van Overdam, Hoekstra en Oldenboom.
Nadat zij heeft geconstateerd dat over de artikelen 5
tot en met 9 door geen der leden het woord wordt
verlangd, deelt de VOORZITTER mede, dat mevrouw
Korthuis-Elion en de heer Hilhorst een amendement
hebben ingediend dat luidt als volgt:
„Ondergetekenden,
E. Korthuis-Elion en J.W. Hilhorst,
overwegende, dat
a) de stelling dat voor verblijfsrecreatie in het bos- en
natuurgebied van Soest voor zover deze zich afspeelt
op kampeer-, caravan- en zomerhuisjesterrein geen
plaats meer zou zijn, een egoïstische luxe is die wij
afkeuren;
b) de natuur meer te lijden heeft van dagrecreanten
dan van verblijfsrecreanten;
c) indien de kampeerbedrijven slechts volgens over
gangsrecht kunnen worden gehandhaafd, deze bedrij
ven geen enkele uitbreidingsmogelijkheid hebben en
een redelijke exploitatie, zeker bij hogere door de
kampeerraad e.a. te stellen eisen, uitgesloten is;
d) derhalve, mede met het oog op de rechtszekerheid,
inpassing van de bestaande kampeerbedrijven in het
bestemmingsplan „Landelijk Gebied" wenselijk is;
gelet op artikel 20 van het Reglement van orde voor
de vergaderingen van de raad;
dienen het volgende AMENDEMENT in op het ont-
werp-besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan
„Landelijk Gebied";
A. het dictum bij sub I onder „bestemmingsplan-
kaart" als volgt aan te vullen:
- het wijzigen van de bestemming: natuurgebied, in:
recreatieve doeleinden-C (kampeerterreinen) op een
vijftal terreinen, gelegen nabij de Zoom, de Soester-
bergsestraat en de Birkstraat, zoals zijn aangegeven op
de hierbij behorende kaart;
- het in het renvooi van de kaart aanbrengen van een
bestemmingssymbool met de verklaring: recreatieve
doeleinden-C (kampeerterreinen).
B. het dictum bij sub I onder „voorschriften" als
volgt aan te vullen en te wijzigen:
- na artikel 9 (recreatieve doeleinden-B-natuurbad e.d.)
tussen te voegen een nieuw artikel aan te duiden als
nummer 10, luidend als volgt:
„Artikel 10. Recreatieve doeleinden-C (kampeerter
reinen).
1. De op de kaart voor recreatieve doeleinden-C (kam
peerterreinen) aangewezen gronden zijn bestemd voor
standplaats voor zomerhuisjes ten dienste van het ge
nieten van recreatief buitenverblijf en voor livingvans,
caravans, tenten en naar de aard daarmee gelijk te
stellen onderkomens, alsmede voor de daarbij beho
rende en daartoe nodige kinderspeelterreinen, par
keerplaats, toegangswegen, paden en groenvoorzienin
gen en zijn tevens gedeeltelijk bestemd voor tweede
beschermingsgebied waterwinplaats, waarvoor boven
dien het bepaalde in artikel 29 van deze voorschriften
van toepassing is, met dien verstande, dat:
a. op deze gronden mogen worden gebouwd de voor
het daarop aanwezige kampeerterrein nodige gebou
wen, bestaande uit een kampwinkel, berg- en werk
ruimtes, toiletten, wasgelegenheden en naar de aard
daarmee gelijk te stellen voorzieningen, alsmede per
kampeerterrein één al dan niet vrijstaande dienstwo
ning met een inhoud van maximaal 400 m3;
b. op deze gronden mogen worden gebouwd „bouw
werken geen gebouwen zijnde", welke noodzakelijk
zijn voor:
le. de inrichting tot een speelterrein bestaande uit
een klimtoren en naar de aard daarmee gelijk te stel
len voorzieningen;
2e. openbare nutsvoorzieningen;
3e. erfscheidingen;
c. op deze gronden mogen worden geplaatst zomer
huisjes en livingvans met een goothoogte van maxi
maal 2,5 m voor zomerhuisjes, met eën hoogte van
71
