105 dient met betrekking tot het verschil te worden be dacht, dat in de financiële commissie de sportzaal buiten het geheel is gehouden. Wat de inspraak van de bevolking betreft is het zo dat de bewonerscommissies vertegenwoordigd blijven in het stichtingsbestuur. Het stichtingsbestuur is gister avond in grote trekken tot stand gekomen. De raad zal in zijn volgende vergadering het verzoek worden gedaan om twee raadsleden te benoemen in het voor lopige stichtingsbestuur, dat zal blijven functioneren totdat de bouw is gerealiseerd, de participanten het ge bouw in gebruik hebben genomen en in een volledig democratische procedure een nieuw bestuur gekozen kan worden. Het eisenpakket is gisteravond door de werkgroep goedgekeurd in overleg met de architect en zal vóór de volgende raadsvergadering en de volgende commis sievergadering ter inzage worden gelegd. De raadsleden hebben vanavond op hun tafel het faseringsschema aangetroffen. Ook dit schema is gis teravond goedgekeurd in de werkgroep. Men ziet dat wij snel werken. De bekendheid ten opzichte van de bevolking willen wij in de eerste plaats toch laten verlopen via de ver tegenwoordigers van de bewoners die in het stich tingsbestuur zitten. Op de tweede plaats zal in het eerstkomende nummer van Op 't Hoogt een artikel over het wijk(diensten)centrum Soesterveen worden opgenomen. Het rooms-katholieke pastoraat betaalt zijn dagkerk volledig zelf. Van zijn hogere overheden zal het daar toe de desbetreffende grond in eigendom moeten hebben. Het zal inderdaad een stuk eigen grond krij gen in het wijk(diensten)centrum. Zijn grote kerk ruimte zal het huren van het stichtingsbestuur. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mijnheer de voorzit ter! Het is voor het eerst dat het wijk(diensten) centrum in de raad aan de orde is. ik zou van deze gelegenheid gebruik willen maken om verheugenis over dit begin uit te spreken, maar vooral ook om erop te wijzen dat de realisering van een dergelijk centrum geen sinecure zal zijn. Als straks het voorlo pige stichtingsbestuur het plan moet gaan verwerke lijken, zal daar enorm veel energie en tijd van de be trokkenen voor nodig zijn. Ik hoop dat er genoeg bewoners van de betrokken wijk zullen komen die zich ten volle hiervoor beschikbaar kunnen stellen. Ik wens het voorlopige stichtingsbestuur erg veel sterkte toe, want het zal een enorme vracht werk te verzet ten krijgen om straks een ieder die gebruik van het centrum zal maken, het plezier ervan te kunnen bie den. De VOORZITTER: Dat het voorlopige stichtingsbe stuur veel werk krijgt te verzetten, kan ik vanuit een praktijkervaring volledig onderschrijven. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Voorstel tot het nemen van een beslissing op een door mevrouw H.M. Loeven ingesteld beroep tegen het verlenen van vrijstelling van de voorschriften van het bestemmingsplan „Lazarusberg" aan de heer A.J. Tieland. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik verleen aller eerst het woord aan de heer Van Logtenstein, die met betrekking tot het voorstel het woord zal voeren namens de commissie voor de beroepschriften. De heer VAN LOGTENSTEIN: Mijnheer de voorzit ter! Wij hebben het besluit van burgemeester en wet houders tot het verlenen van een vergunning voor de verbouwing getoetst aan de geldende voorschriften. Wij hebben geen redenen gevonden om het beroep schrift van mevrouw Loeven ontvankelijk te verkla ren. Er zijn andere redenen geweest die zijn opge bracht door de heer Knoppers en die meer verband hielden met het Burgerlijk Wetboek. De commissie voor de beroepschriften heeft zich daarmede niet be ziggehouden, omdat ze niet van invloed konden zijn op de verlening van de bouwvergunning. De heer DE WILDE: Mijnheer de voorzitter! Ik heb best begrepen, dat juridisch gesproken er eigenlijk geen invalshoek is. Toch blijft er, althans bij mij, een gevoel van bijzonder grote onbevrediging. Ik heb pas vanavond de uitspraak van de president van de ar rondissementsrechtbank in Utrecht gevonden en gele zen. Door deze uitspraak is het bij mij al bestaande gevoel dat hier in ieder geval een opmerking over de onderhavige aangelegenheid moest worden gemaakt, versterkt. Ik kan op grond van de duidelijk alleen ju ridische benadering van het vraagstuk, waarbij het er slechts om gaat of iemand al dan niet ontvankelijk is, niet anders doen dan menen dat de commissie voor de beroepschriften terecht stelt, dat toepassing van artikel 20 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening geen mogelijkheid laat dat derden in beroep gaan. Op grond van dat artikel kan alleen de betrokkene zelf in beroep gaan wanneer de voorwaarden die aan de vrijstelling verbonden zijn door het college, hem niet zinnen. Toch blijft erg boeiend de vraag of burgemeester en wethouders bij het verlenen van een bouwvergunning zich niet moeten bezighouden met de vraag of door het verlenen van die vergunning schade wordt berok kend aan derden of te wel, zoals in het voorstel van de commissie voor de beroepschriften staat, met de vraag „of de gemeente bij het verlenen van een bouw vergunning geen rekening moet houden met bijvoor beeld belemmeringen van civiel-rechtelijke aard." Er is hier sprake van een artikel 19-vergunning. Gede puteerde staten hebben de verklaring van geen be zwaar gegeven. Er is sprake van overeenstemming met de voorschriften van het ontwerp-bestemmingsplan Soestdijk. Wat dat betreft is er geen speld tussen te krijgen. Toch is het zo dat een deel van de bezwaren van mevrouw Loeven door de president van de ar rondissementsrechtbank zijn gehonoreerd, niet wat de uitbouw van de muur betreft, maar wel wat het bal kon betreft. Haar stelling dat door de uitbouw van de woning naast haar woning vanaf dat balkon een be perking van de privacy van de bewoners van haar wo ning wordt teweeggebracht is door de president van de arrondissementsrechtbank gehonoreerd. Het vonnis van de president van de arrondissements rechtbank is hier binnengekomen op 14 mei jl. Toch hebben wij dit zeer belangrijke stuk pas vanavond ontvangen. Ik had mij kunnen voorstellen dat de ge meenteraadsleden het vonnis, dat voor hen toch een erg belangrijk stuk is, hadden ontvangen onmiddellijk nadat het bij de gemeente was binnengekomen. De VOORZITTER: Ik mag u erop attenderen, dat het eerst in het college van burgemeester en wethou ders is behandeld. Dat is pas zeer recentelijk gebeurd. Bij die gelegenheid hebben wij gezegd: Het is toch .wel noodzakelijk, dat het ook bij de raadsledenkomt. 80

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 81