De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzitter!
Ik vind, zoals ik ook al in de commissie ruimtelijke orde
ning heb opgemerkt, de locatie van de vulput bij de heer
v d Lee bijzonder onveilig. Ik zou de put dan ook liever
op een andere plaats zien, Het is niet mijn bedoeling om
de betrokkene op kosten te jagen, maar ik geloof dat een
andere plaats gewoon wat veiliger zou zijn.
De heer HILHORST: Mevrouw de voorzitter! Het door
de heer Van Logtenstein aangevoerde bezwaar is ook in
onze fractie een punt van bespreking geweest. Wij advise
ren het college graag om bij de hinderwetvergunning deze
zaak toch eens te bekijken. Wij gaan uiteraard wel met
het voorstel mee.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Gezien
de opmerkingen van de commissies hebben wij het ook
in het college bekeken. Wij kunnen ons het door de heer
Van Logtenstein aangevoerde bezwaar wel voorstellen.
Wij zullen het dan ook betrekken bij het vaststellen van
de bepalingen van de hinderwetvergunning.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
c. een onderhoudsgarage c.q. werkplaats op/in het perceel
Batenburgweg 1 te Soesterberg.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelij
ke stemming aangenomen
14 Voorstel tot het maken van een keuze voor een kunst
werk ten behoeve van de kruising van de Centrumweg en
de spoorlijn Den Dolder-Baarn en het beschikbaar stellen
van een krediet voor het maken van een plan.
j De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitterWij zijn het
eens met de keuze van een onderdoorgang Een alterna
tief in de vorm van een viaduct is voor ons zo ondenk
baar, dat ik er verder niet over behoef te spreken. Dat
wij akkoord gaan met het voorstel, is mede bepaald door
het feit dat de plaats van de onderdoorgang onafhanke
lijk is van het tracé van de Centrumweg, waardoor ook
het kiezen van een ander dan het in juni 1976 door de
raad gekozen tracé geen repercussies voor de plaats van
de onderdoorgang zou hebben.
Als argument voor het nu vragen van het krediet noemt
het college: Voorkoming van vertraging in de uitvoerings
fase Ik kan mij dat wel voorstellen Maar als er duide
lijk haast bij deze zaak is, zal er toch ook een tijdplanning
dienen te zijn, dan zal ook duidelijk dienen te zijn wan
neer de tekeningen klaar zijn, wanneer de hele administra
tieve procedure klaar is en wanneer er eventueel met de
bouw zou kunnen worden begonnen Kan het college op
dit punt enig licht verschaffen?
De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Ik heb gemerkt
dat de inspraakgroep ontwikkelingsplan zich hiermede
heeft beziggehouden en er nog wat ideeën over heeft. Ik
hoop dat wanneer de tekeningen en de plannen gereed
zijn, ze ook nog met deze groep kunnen worden bespro
ken, zodat haar ideeën er eventueel in kunnen worden
verwerkt.
De VOORZITTER: Dames en heren! Een bespreking met
de inspraakgroep ontwikkelingsplan zoals door de heer
Visser bedoeld wordt natuurlijk ingebouwd. Wanneer
men op het ogenblik bezig is in het kader van de uitwer
king van de raamstructuur en dus met het mede bepalen
van het ontwikkelingsplan, dan praat men ook over de
verkeersafwikkeling en daarbij komt uiteraard de Cen
trumweg aan de orde.
Wij hopen in maart te starten met het vooroverleg en de
inspraak ten aanzien van het eerste concept van het ont-
wer p-bestemmingsplan Daarvan wordt uitgegaan in een
schema dat ik op dit moment voor mij heb liggen en dat
pas vandaag is gereedgekomen Ik kan er een paar punten
uit noemen. Ik zou het dan verder graag dinsdagavond in
de openbare vergadering van de commissie ruimtelijke or
dening exacter aan de orde stellen, want bij deze grove
planning behoort ook nog een papier waar een veel gede
tailleerder planning op staat.
De behandeling van het ontwerp-bestemmingsplan Cen
trumweg zou volgens deze planning, die is opgesteld door
onze project-coördinator kunnen plaats vinden in maart
1978. Dan gaan wij met alles door, waarbij wij de raad
ook een vervroegde onteigeningsprocedure zullen voor
stellen. En als dan alles overeenkomstig deze planning
zou verlopen en er niets zou tegenzitten, zou de Cen
trumweg op z'n vroegst geheel gerealiseerd kunnen zijn
in januari 1982. Ik zou nog meer tijdstippen kunnen
noemen, maar het is misschien handiger dat wij deze gro
ve planning met het meer gedetailleerde tijdschema in de
commissie ruimtelijke ordening behandelen en dan voor
de raadsleden ter inzage leggen. Ik wil nog wel zeggen,
dat wij bij een en ander natuurlijk helemaal geen reke
ning hebben gehouden met de Kroonprocedure. Want
als wij daarmede rekening gaan houden, komen wij ge
heel anders uit. Wij komen nu wat de goedkeuring van
gedeputeerde staten betreft uit in mei 1979.
Het is belangrijk dat het onderhavige voorstel zo spoedig
mogelijk wordt uitgevoerd, omdat een zaak als deze na
tuurlijk bij de Nederlandse Spoorwegen in een landelijke
planning moet worden opgenomen.
De heer OLDENBOOM: En ook tijd nodig heeft.
De VOORZITTER: En inderdaad ook tijd nodig heeft.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
15 Voorstel, betrekking hebbende op het voorstel van gede
puteerde staten ten aanzien van de verwerking van huis
vuil in de provincie Utrecht
en
16 Voorstel, betrekking hebbende op het rapport van het
Samenwerkingsorgaan Eemland inzake de vuilverwer
king in de deelnemende gemeenten.
De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Ik
wil in de eerste plaats een compliment maken voor de bij
voorstel 14 behorende concept-brief, die een knap stukje
werk is, waarin het in Soest levende standpunt duidelijk
is verwoord.
Kan het college mededelen waarop gedeputeerde staten
hun stelling baseren, dat een provinciale aanpak van de
vuilverwerking sneller tot een oplossing leidt dan een ge
meentelijke aanpak?
Op pagina 2 van de concept-brief staat:
„In het voorjaar van 1975 was het door de werkgroep
opgestelde rapport in concept gereed, doch om niet dui
delijke redenen werd een voor 20 juni 1975 belegde bij
eenkomst ter behandeling van dit concept afgezegd."
Kan het college ons er meer achtergrondinformatie over
verstrekken waarom de bijeenkomst is uitgesteld?
Op pagina 2 staat ook:
„Het moet mogelijk zijn in regionaal verband binnen af
zienbare tijd een sluitende regeling te maken,"
Hiermede ben ik het helemaal eens. Als wij het hier ge
meenschappelijk regionaal kunnen, moeten gedeputeerde
staten eerst maar eens duidelijk aantonen dat zij het be
ter kunnen doen. Als zij dat niet kunnen aantonen, ge
loof ik dat wij onze poot maar eens goed strak moeten
houden in ons verzet tegen wat de provincie in dezen
voorstaat.
In de concept-brief is duidelijk gesteld dat wij het er per
se niet mee eens zijn, dat wanneer de provincie het aan
pakt het sneller gaat. Verder is hierin duidelijk verwoord,
dat het Samenwerkingsverband Eemland het even goed