recht is geweigerd. Alle motieven zijn duidelijk her haald. Het college zou het betreuren wanneer de raad het advies van de commissie voor de beroepschriften volgt. De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Ik ken de oude situatie en ik ken de nieuwe situatie. Ik weet dat er veel minder is komen te staan, Ik sta dan ook achter de mening van de commissie voor de be roepschriften. De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Evenals de heer Van Aalst sta ik achter de mening van de commissie voor de beroepschriften. De VOORZITTER: Ik constateer dat de raad wil in stemmen met het advies van de commissie voor de beroepschriften om het beroep gegrond te verklaren. Het college zal het besluit van de raad niet ter vernie tiging voordragen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. 118 Voorstel van de commissie voot de beroepschriften tot het nemen van een beslissing op een door de heer H.C. van Dongen ingesteld beroep tegen de weigering van een bouwvergunning, Mevrouw ORANJE-ENTINK (commissie voor de be roepschriften): Mevrouw de voorzitter! Ik meen dat de toelichting van de commissie duidelijk is De ar gumenten die door de heer Van Dongen zijn inge bracht zijn uitgebreid beschreven en hetzelfde geldt voor de door de gemeente ingebrachte argumenten. Helaas staan de standpunten tegenover elkaar. Aan de ene kant staat de wens tot openheid van de wijk en aan de andere kant staat de wens tot privacy van het individu. De commissie heeft gemeend deze laatste wens wat zwaarder te moeten laten wegen, mede met het oog op het feit dat de uitlaatgassen ter plaatse een .ol kunr.en spelen. Wij vinden dan ook dat een schut ting van 1.80 meter noodzakelijk is. De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Ik kan in dit geval niet instemmen met de mening van de commissie voor de beroepschriften. Als lid van het bestuur van een woningbouwvereniging heb ik al zo het een en ander meegemaakt over erfafscheidin- gen, Ik kan het door het college ingenomen stand punt dan ook volledig waarderen. De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Ik ben het niet eens met de heer Van Aalst; ik ben het van harte eens met het standpunt van de commissie voor de beroepschriften. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Me vrouw de voorzitter! Ik kan nergens vinden of de buurtbewoners zijn gehoord. Gaan die met een ho gere schutting akkoord? Mevrouw ORANJE-ENTINK: Ter zitting is ons ver zekerd dat de buurtbewoners geen bezwaar hadden. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Er zijn enkele onduidelijkheden in deze zaak. De Brik ligt in de nieuwe wijk Egghermonde. Aldaar is een bewonerscommissie. Met deze commissie heb ben wij herhaaldelijk overleg gepleegd en wij zijn met deze commissie nog steeds in onderhandeling over za ken als de onderhavige Wij hebben met de bewo nerscommissie afgesproken dat de schuttingen 1 me ter hoog zouden mogen worden en dat het college geen gebruik zou maken van de vrijstellingsbevoegd heid om hogere schuttingen op te richten Die over eenkomst is met warm applaus ontvangen Met de be wonerscommissie is afgesproken dat wij de hoogte van de schuttingen nog eens zouden bekijken en dat wij een volgende keer de zaak van de schuttingen op nieuw in bespreking zouden brengen. Dat betekent dat deze aangelegenheid nog in bespreking is. Er liggen nog een paar aanvragen (onder andere betrekking heb bend op kleine gebouwtjes). Op verzoek van de bewo nerscommissie zijn deze zaken nog in behandeling; er wordt gezocht naar een gezamenlijke oplossing. Straks zal er samen met de bewonerscommissie wor den gewerkt aan een nadere uitwerking. Bovendien staat de schutting van de heer Van Don gen verkeerd, want zij staat op gemeentegrond. Daar over hebben wij de heer Van Dongen aangeschreven. De schutting staat tegen de parkeerplaats aan en van een overstek is op dit moment geen sprake. Wij zou den deze hele zaak graag betrekken in het overleg met de bewonerscommissie. Misschien levert dat over leg wel de conclusie op dat ter plaatse een schutting van 1.80 meter mag worden gebouwd. Wellicht zal uit dat overleg blijken dat ook voor andere plaatsen een vrijstelling van het college kan worden ver leend. Het college heeft de bouwvergunning in overleg met de bewonerscommissie geweigerd. Ik wil er ernstig voor pleiten om akkoord te gaan met de weigering door het college, opdat er niet door het overleg met de bewonerscommissie wordt heengebroken. De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Dat zijn nieuwe gezichtspunten die niet in het stuk staan. Ik vraag mij dan ook af of het niet verstandiger is dit voorstel aan te houden; de volgende keer kun nen wij het dan opnieuw aan de orde krijgen. De VOORZITTER: Toch staat een en ander reeds in de toelichting van de zijde van burgemeester en wet houders heel duidelijk. De eerste alinea van deze toe lichting luidt nl. „Namens het college wordt gesteld dat indertijd nauw overleg Ts gevoera met de Bewonerscommissie Egghermonde over zaken die betrekking hebben op de leefbaarheid van de wijk. Eén van die zaken is de hoogte van de erfafscheidin- gen i.c. schuttingen." De heer VANROPPELEN: Ik bedoel dat die gezichts punten niet staan vermeld in het advies van de com missie voor de beroepschriften. De VOORZITTER: Een en ander staat in de toelich ting van de zijde van burgemeester en wethouders. De heer VAN POPPELEN: Heeft de commissie voor de beroepschriften daarmede rekening gehouden? De heer VAN LOGTENSTEIN: Hetgeen zojuist is gezegd is toch wel nieuw. In de toelichting van het college staat „dat indertijd nauw overleg is gevoerd" en dat is ook medegedeeld tijdens de zitting. Op dat moment is het de commissie voor de beroepschrif ten niet duidelijk geworden, dat het overleg nog gaan de is en dat het ook voor een veel wijder aspect (klei ne gebouwtjes e.d.) van toepassing zou zijn. Nu dat zo is, lijkt het mij verstandig om op dit moment geen beslissing te nemen. Het stuk kan dan in de volgende raadsvergadering opnieuw aan de orde worden ge steld. Wellicht is in die tussentijd het overleg met de bewonerscommissie afgerond. Ik meen wel dat, wan neer dat overleg volgende maand nog niet is afge rond, een beslissing moet worden genomen in de zin als door de commissie voor de beroepschriften wordt voorgesteld. De VOORZITTER: Ik stel dan toch voor om de ge vraagde bouwvergunning nu te weigeren. Wanneer het 212

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 275