ningsverschil hierover, maar dat zal ook wel worden bepaald door de verschillende rolverdeling van u en mij. Ik heb het gevoel dat u aan de ondergrond van de ze onlustgevoelens met betrekking tot de communica tie tussen burger en overheid iets minder zwaar tilt dan wij doen. Daarom zegt u bijvoorbeeld ook dat de stroeve gang van zaken niet alleen is veroorzaakt door het niet beschikken over inlichtingen. Wij hebben in deze zaal, als commissie ruimtelijke ordening, gespro ken met de inspraakgroep voor het Centrumplan, waar voor ik zeer veel waardering heb Ik heb dit in eerste termijn niet genoemd, omdat het niet de bedoeling is dat wij hier spreken over zaken die goed lopen; wij moeten ons vooral richten op zaken die tot zorg aan leiding geven, hetgeen op zichzelf al beroerd genoeg is. Vooral echter uit die bijeenkomst heb ik de indruk ge kregen dat er een soepeler communicatie moet zijn tussen het college en de inspraakgroepen en dat toch te veel een wissel wordt getrokken op de ambtelijke medewerkers. De positie van deze medewerkers wordt in zo'n situatie te moeilijk, Zij komen met de inspre kers in aanraking en worden geconfronteerd met de problemen die eigenlijk alleen op collegeniveau met de inspraakgroepen kunnen worden behandeld. Dit heb ik ook op het oog gehad toen ik mij afvroeg of het college wellicht spoedig zou kunnen begin nen - waarbij ik overigens best begrijp dat de leden van het college het allemaal druk hebben en dat hier voor ook tijd aanwezig moet zijn - met een iets per soonlijker, menselijke: communicatie De mensen van de inspraakgroepen ervaren het nu anders; of het waar is is een tweede, maar het is belangrijk genoeg dat zij die indruk hebben, Bij een dergelijke communi catie wordt een en ander meer bespreekbaar. De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Gister avond ben ik toch wel zeer geschokt - en ongetwijfeld velen met mij - dooi het voorstel van de heer De Wil de om volgend jaar de burgemeester te betrekken bij het opstellen van een program voor het beleid van het afspiegelingscollege in deze gemeente, Nog vóór mijn vertwijfelde poging om de drie grootste partijen in de ze raad uit te dagen eens te gaan staan voor de belang rijke politieke portefeuilles ruimtelijke ordening en voorlichting, vliegt de P v d, A. regelrecht in de ar men van de burgemeester Uw reactie gisteravond was blij verrast, begrijpelijk en uiteraard toeschietelijk, Dit alles is niet op uw persoon bedoeld, mevrouw de voorzitter, maar op uw politieke functie U probeert al jarenlang Soest omhoog te stuwen in de vaart der volkeren, maar dat is nu precies wat Soest met wil Ik neem niet aan dat u uw politieke denkbeelden vastlegt in een verkiezingsprogramma en in mei 1978 uitkomt met een lijst mevrouw Coiver-van Haaften, maar ik verlang wel van de politieke partijen in deze raad dat zij vóór de raadsverkiezingen publiceren wat dat colle geprogram met u samen inhoudt, zodat de kiezers we ten wat ze te wachten staat als ze dat al niet weten. In 1974 is ook in Haarlem, voorafgaand aan de raads verkiezingen, zo'n collegeprogramma met een hon derdtal beleidsuitgangspunten gepubliceerd. Het dien de ook elk jaar als leidraad en controlemiddel voor de gemeenteraad en de honderd punten hebben voortdu rend een rol gespeeld bij het bestuurlijk handelen. De heer STORIMANS: Wij komen nog niet aan zéven toe! De heer VISSER: In Haarlem waren het er in ieder geval honderd. Als moest worden afgeweken van het programma werd de beslissing daarover steeds geno men na inschakeling van de gemeenteraad. Hier in Soest gebeuren dat soort dingen per ingezonden brief die de drie fractievoorzitters bij elkaar thuis gezamen lijk schrijven. Uit „Geknipt voor het raadslid" waarin ik dit alles over Haarlem vanmiddag las, bleek niet dat de burge meester hierbij betrokken was. Volgens mij is dat po litiek ook een onding. De burgemeester coördineert de bestuurszaken, is hoofd van de politie en zit de ge meenteraad voor, verder niet. Ik was ook wat teleurgesteld toen u gisteravond niet inging op de opmerkingen van mevrouw Korthuis over het spanningsveld van ontkoppeling of koppe ling bestuurscentrum/winkelcentrum. De VOORZITTER: Dat komt nog bij het onderdeel ruimtelijke ordening, De heer VISSER: Ik ben altijd bang dat dit soort za ken dan na twee dagen tussen de wal en het schip ra ken Mevrouw KORTHUIS-ELION: Nee hoor, daar zorgen wij wel voor. De heer VISSER: Toch wil ik dan graag morgen van u horen, mevrouw de voorzitter, wat u denkt te doen, nu gisteravond het bestuur van de Soester Onderne mer, de belangrijkste gesprekspartner van M.B.O. en de gemeente, door de leden naar huis is gestuurd. Dat was het mooiste bericht dat ik vandaag las! De ogen van de raadsleden moeten nu toch langzamerhand wel opengaan en men moet toch langzamerhand willen gaan zien dat behalve de bevolking ook de winkeliers helemaal geen nieuw centrum willen hebben. Uw re actie als voorzitter van de commissie ruimtelijke orde ning hierop zal ik zeer op prijs stellen. De heer DE WILDE: Wat hebben wij hier eigenlijk met de Soester Ondernemer te maken? De heer VISSER: Dat is toch wel vreselijk belangrijk bij de besluitvorming of er al dan niet een centrum moet komen. De heer DE WILDE: Ja, natuurlijk, maar wij moeten hier toch niet het beleid van de vereniging de Soester Ondernemer gaan bespreken? De heer VISSER: Neen, dat is ook helemaal niet mijn bedoeling. Ik zeg alleen maar dat een belangrijke ge sprekspartner voor M.B.O. en de gemeente is wegge vallen. De heer DE WILDE: Er komt natuurlijk weer een an der bestuur. De heer VISSER: Dat nieuwe bestuur zal, denk ik, een heel ander standpunt innemen. De heer DE WILDE: Dat zal wel blijken. In ieder geval is dit niet een onderwerp dat wij hier behoeven te be spreken. De heer VISSER: Ik heb in ieder geval graag uw ogen willen openen. Mevrouw de voorzitter Ik vind het ook jammer dat u met geen woord hebt gerept over de uitspraken van de P. v.d, A.-spijtoptant die het achteraf betreurt het ont wikkelingsplan te hebben goedgekeurd. Overigens vol gens puur emotionele, teleurstellende motieven die ik hem van te voren had kunnen voorspellen en helaas niet op zakelijke gronden, nl. dat dit ontwikkelingsplan geen structuurplan is volgens de wet op de ruimtelijke ordening, hetgeen ons wél was toegezegd. Verder vind ik het jammer dat u niet bent ingegaan op

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 406