kan worden door de eigen bevolking en de regionaal ge- bondenen krachtens de door de provinciale staten op gelegde regels, vastgelegd in de beruchte vijfvingertheo- rie. Wij nemen in deze geen uitzonderingspositie in. In het plangebied Utrecht-oost zijn er slechts drie gemeen ten - naast Amersfoort ook Leusden en Veenendaal - die zijn aangewezen als gemeenten met een opvang- functie. Voor een stabiele woningmarkt in de regio is het van uitermate groot belang of en hoe de gemeen teraad van Amersfoort zal beslissen, deze functie te willen vervullen. Weigert Amersfoort om zich tot groei stad te laten promoveren, dan zal de geconcentreerde pressie op Amersfoort gefragmenteerd worden afge wenteld op de omliggende gemeenten, waarbij Soest als laatste zich neutraal afwerend kan opstellen en wij gedwongen kunnen worden om ons beleid inzake onze visie op de groei van onze gemeente te herzien. Amersfoort is, wat ons betreft, dus de spil van het streekplan, Het is onvoorstelbaar dat in deze tijd van geregistreerde, onbekende en verborgen werkloosheid de relatief gunstige ontwikkelingsmogelijkheden op de arbeidsmarkt in deze regio bewust worden afgeremd. Ook dat achten wij een essentieel hoofdstuk van het streekplan. Door de gunstige ontwikkeling van de werkgelegenheid, voornamehjk in de dienstensector, zal de vraag naar woningen het aanbod overtreffen, ook wanneer Amersfoort bereid zal zijn de groeistad functies optimaal te realiseren. Ik noem dit even omdat wij duidelijk willen stellen dat wij niet verwachten dat de druk op de woning markt in Soest ooit zal afnemen en dat toekomstige gemeentebesturen wellicht genoodzaakt zullen worden de door ons vastgestelde grenzen te overschrijden. U kunt zich ook voorstellen dat wij ons bewust zijn van het dilemma dat ontstaat doordat wij het eigen woningbezit stimuleren. Ook in sociahstische kring is het besef doorgedrongen dat de minder vermogenden recht hebben op bezitsvorming. Het past in het sprei dingsplan en wij voegen eraan toe dat hierdoor ook een betere spreiding van verantwoordelijkheid ont staat. De kwahteit en de ligging van de premiekoop woningen zijn echter zo goed dat de reële marktwaar de ervan verkoop bóven de stichtingskosten garandeert. De nog te bouwen woningen in Overhees II zullen bij oplevering gemakkelijk méér dan f. 160.000,- opbren gen en bij ongewijzigd beleid in deze zal het vrije ves tigingsgat in Soest bijzonder groot worden. Soest komt over tien jaar wagenwijd open voor ongecontro leerde vestigingen. Wij kunnen hiervoor vooralsnog geen oplossing bie den, maar wij denken wel dat hierover in de nabije toekomst zal moeten worden gesproken. De beperkin gen die worden gesteld aan vrije verkoop van deze wo ningen zullen geen blijvende oplossing kunnen bie den. Veel zal ook afhangen van landehjke beleidsont wikkelingen en van de vraag of de druk op de woning markt in de sociale gesubsidieerde sector inderdaad zo zal toenemen als ik eerder heb geschetst. Uit hetgeen ik reeds heb gezegd zal het duidelijk zijn dat wij groot belang hechten aan een actieve rol on zerzijds in het Eemlandoverleg. Ook andere ontwikke lingen in wetgeving - kaderwet, wet voorzieningen ge zondheidszorg, de rampenregeling enz, - vragen om een hechte regionale samenwerking, niet alleen maar om weerstand te bieden tegen de gevolgen van de pro vinciale interpretatie van decentralisatie. Het beleid met betrekking tot de ruimtelijke ontwik keling van Soest culmineerde in de behandeling en aanname, onder voorbehoud, van het ontwikkelings plan. Gisteren was ik dan ook nogal verbaasd van de heer De Wilde te moeten vernemen dat bij de aanname van dat ontwikkelingsplan onder enige voorbehouden hij steeds heeft gemeend dat het ging om een structuur plan m de zin van de wet en dat de voorbehouden on der andere inhielden dat het plan zou worden behan deld alsof het een structuurplan zou zijn, met name dat de resultaten van de inspraakprocedure verwerkt zouden worden in een eventuele revisie. Er wordt ver der niet gesproken van een tervisielegging en het wet telijk verplichte overleg. Ik vraag mij af of dit dan ook nog noodzakehjk zal zijn en of dit dan geldt voor het huidige ontwikkelingsplan, dan wel voor het eerste herziene ontwikkelingsplan Wij hebben altijd gemeend dat het niet is gegaan om een structuurplan; het ont wikkelingsplan is ook nooit als zodanig aangekondigd. Dat de tervisielegging zou resulteren in een behande ling van de reacties op die tervisielegging stond vast en was ook aangekondigd, terwijl de andere voorbehou den ook al bekend waren, waarbij ik maar behoef te verwijzen naar de perspubhcatie die door drie politieke partijen is uitgegeven. Ons standpunt is dus duidelijk. Ook kan ons niet onwil worden verweten om via overleg tot uitspraken te ko men. Ten aanzien van het centrum handhaven wij onze visie over een gecombineerd centrum, op de plaats die in het plan is beschreven. Uitgangspunt voor dit beleid is de verwachting dat concentratie van gespreide win kelvoorzieningen tot kwahteitsverbetering kan leiden. Een uitdaging voor de ondernemers in Soest die door hen moet en ook kan worden waargemaakt, wanneer de condities waaronder het moet geschieden, aangepast kunnen worden aan de dimensionering van het project. Wanneer bij een florerende middenstand centrale be stuurlijke en misschien sociaal-culturele voorzieningen worden gerealiseerd, verwachten wij dat het centrum de functie van ontmoetingspunt zal krijgen. Ook hier zien wij ons voor een dilemma geplaatst, want hetgeen wij trachten tot stand te brengen is geen ab- stract-theoretisch model dat moet resulteren in verbe terde communicatiepatronen. Het heeft wel degelijk directe relaties met gebrekkige voorzieningen elders in ons dorp. Met andere woorden: Wij kunnen ons niet veroorloven dat langdurige vertragingen ontstaan. Met name is de vervanging van het gemeentehuis en het pohtiebureau langzamerhand zo urgent geworden dat vertraging onherroepelijk zal leiden tot noodzake lijke en misschien kostbare noodvoorzieningen. Het dilemma is nu dat wij enerzijds groot belang hechten aan de uitvoering van het voorgenomen beleid en be reid zijn om hiertoe de lange weg te volgen die ons waarschijnlijk wordt opgedrongen, tot de Kroon aan toe, terwijl wij anderzijds inzien dat de bestaande si tuatie in het gemeentehuis en de dependances en het pohtiebureau door deze lange weg onhoudbaar wordt. Wij vragen ons af of de bewindsman van volkshuisves ting en ruimtehjke ordening op het allerlaatste mo ment ook voor deze zaak erin geslaagd is, de procedu re te verkorten, hoewel ik mij wel afvraag of recht spraak een Rroonberoep kan vervangen. Onze fractie dringt er bij het college op aan alle we gen te bewandelen en alle registers van vindingrijkheid te openen om te bevorderen dat de provinciale over heid zich kan verenigen met het door dit gemeentebe stuur gekozen beleid inzake de bouw van een gecom bineerd centrum binnen het aangegeven plangebied. 402

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 467