n. Brief d.d. mei 1978 van een aantal bewoners van de Weegbreestraat, alhier, inzake bezwaren tegen de hoog te van de servicekosten, met voorstel deze brief om ad vies in handen te stellen van burgemeester en wethou ders. De heer VISSER: Hebben wij daarvan al een tekst? De VOORZITTER: Neen, want van de later ingekomen stukken hebt u nog geen tekst. Het stuk wordt gesteld in handen van burgemeester en wethouders om advies. 0. Brief d.d. 9 mei 1978 van de Buurgemeenschap Steenberghe I, alhier, inzake het treffen van maatrege len ter beveiliging van kinderen. Dit schrijven wordt gesteld in handen van burgemees ter en wethouders om advies. De VOORZITTER: Dames en heren' De heer Visser heeft verzocht om een interpellatie te mogen houden over de behandeling van de tegen het ontwerp-bestem- mingsplan Centrum ingekomen bezwaarschriften. Ik stel voor om verlof te geven tot het houden van deze interpellatie aan het einde van deze vergadering. Het voorstel van de voorzitter wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Vragenhalfuurtje. De VOORZITTER: Dames en heren! Van de C.D.A.- fractie is de volgende vraag binnengekomen: „Is het College van Burgemeester en Wethouders bereid om op korte termijn maatregelen te treffen, c.q. voorstellen aan de Raad ter goedkeuring voor te leggen, die zullen leiden tot snelle realisering van een veilige voetgangers-oversteekplaats op de Koningsweg 1.v.m. de veiligheid van de bewoners van Overhees?" Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw de voorzitter' Wij weten allen, dat de Koningsweg een verschrikkelijk drukke weg is en dat op die weg veel te hard wordt gereden. Overhees II is in augustus a.s. klaar. Het is vrijwel zeker dat kinderen die nu in ande re wijken wonen, alvast met ingang van het nieuwe schooljaar naar de nieuwe school gaan. Mede daarom verzoeken wij om met spoed een veilige oversteek plaats te creëren. Wij weten dat er plannen zijn, maar wij verzoeken die plannen snel te realiseren. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! De oversteekplaatsen staan in het ontwikkelingsplan. En kele weken geleden is de directeur gemeentewerken opgedragen deze zaak te bekijken voor dit jaar. Ik heb vernomen dat het niet meer mogelijk is om een voor stel te behandelen in de commissievergadering van maandag a.s., want het plan is nog niet helemaal klaar. Dat is erg jammer, want nu kan het plan pas worden besproken in de commissievergadering van eind juli en in de raadsvergadering van augustus. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Kan een en ander niet wat worden bespoedigd? Je moet er ook nog drie maanden bijtellen. Is er in juli wel een commissievergadering? Wethouder HOEKSTRA: Eind juli. Er is natuurlijk wel een oplossing. Het is mogelijk dat de commissies, nadat zij zijn gehoord, zeggen, dat er wel alvast mag worden begonnen. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Ik zou mij kunnen voorstellen dat de raad ermede akkoord gaat dat u het voorstel reeds maandag a.s. in de com missie bespreekt. Wethouder HOEKSTRA: Dat kan niet, want ik heb maandag geen concreet plan en geen begroting. De VOORZITTER: Tenzij de commissie het college dan een bepaalde machtiging geeft. Wethouder HOEKSTRA: Dat de commissie zegt „de wethouder is helemaal alleen baas in dit geval"? De VOORZITTER: Daarover moeten wij maandag nog maar eens nadenken. Daarover moet u maandag dan nog maar eens praten in de commissie. Wethouder HOEKSTRA: De zaak kan eind juli in de commissies klaar zijn. Tegen gemeentewerken zou dan kunnen worden gezegd dat er rekening mede moet worden gehouden dat het plan per 1 augustus moet worden uitgevoerd. De scholen beginnen niet precies op 1 augustus. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Het moet toch niet zo zijn, dat er eerst een goed ongeluk moet gebeuren Wethouder HOEKSTRA: Dat is echt niet de bedoe ling. De VOORZITTER: Ik meen dat mevrouw Greefhorst niet helemaal gelukkig is met deze gang van zaken, maar wij zullen ons best doen om te bezien wat kan worden gedaan om de zaak te bespoedigen. De heer LANGE: Er kunnen toch, wanneer die kin deren straks in grote getalen de Koningsweg moeten oversteken, tijdelijk simpele oplossingen ter beveili ging worden aangebracht? De VOORZITTER: Wij zullen deze zaak nog eens be kijken. Van de heer Van Aalst zijn de volgende vragen binnen gekomen: „lste Bent U bereid om aan de heer Kok mededeling te doen van hetgeen is medegedeeld aan en besproken met de fractie-voorzitters, opdat de heer Kok deze in formatie kan aanwenden bij zijn proces 2<ie Bent U tevens bereid om alsnog te verklaren dat gewraakte vulling van het kozijn inderdaad glas moet zijn? 3^e Kunt U dan nu aangeven waarom U niet hebt in gegrepen toen bleek dat er zonder Directie van de ar chitect werd gebouwd (zie notulen Gemeenteraad dec. '75 en jan. '76)." De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Ik heb vanavond kennis genomen van de inhoud van een brief aan de heer Kok, waarvan een afschrift is ge stuurd aan de fractievoorzitters. Naar aanleiding van die brief wil ik de vragen 1 en 2 intrekken; ik hand haaf alleen vraag 3. De VOORZITTER: De strekking van vraag 3 ontgaat het college. Wij hebben de notulen van de gemeente raadsvergaderingen van december 1975 en januari 1976 geraadpleegd, maar toen is deze kwestie hele maal niet ter sprake geweest. De heer VAN AALST: Jawel, nl. naar aanleiding van vragen van de heer Van den Brakel. De betrokken wet houder heeft toen opgemerkt dat door bouw- en wo ningtoezicht is geconstateerd, dat er in strijd met de vergunning werd gebouwd. Daarop heb ik gevraagd wat er zou gebeuren wanneer niet tot een vergelijk zou worden gekomen. U hebt toen, mevrouw de voorzitter, geantwoord: „Dan stop ik de bouw". U hebt echter tevens de hoop uitgesproken, dat de zaak door bemiddeling alsnog goed zou komen. Wethouder HOEKSTRA: Met de bewonerscommissie. De heer VAN AALST: U had geconstateerd dat er in strijd met de bouwvergunning werd gebouwd

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1978 | | pagina 108