Nr. 6 Soest, 15 juni 1978
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad
der gemeente Soest op donderdag 15 juni 1978 te 19.30
uur,
VOORZITTER de burgemeester, mevrouw mr. J.M.
Corver-van Haaften.
SECRETARIS de heer mr. J.M. Kruitwagen.
Tegenwoordig de leden: G.M.J. van Aalst, E.A. Banki, W.A.
Blaauw, J.J. Ebbers, M.A. van Ee, mevrouw J.W.D.P. van
Gelder-Cornelissen, H.J. Goote, mevrouw J. Greefhorst-Van
Overdam, D. Hoekstra, mevrouw E. Korthuis-Elion, P.C.
Lange, R.A. van Logtenstein, G.J. Oldenboom, G.A.W.G.A.
Plomp, J.R. van Poppelen, G. Stam, mevrouw M.F. van Stip-
hout-Croonenberg, P.L.J.M. Storimans, C. Verheus, J. Vis
ser en K. de Wilde.
Afwezig met kennisgeving de leden: J.W. Hilhorst, mevrouw
P.J. Oranje-Entink en de heer J.L. Menne.
Afwezig zonder kennisgeving het lid: J.J. van den Brakel.
De VOORZITTER opent de vergadering en stelt voor met
gebed te beginnen. Hierna vindt voorlezing van het gebed
door de voorzitter plaats.
Vervolgens deelt zij mede dat bericht van verhindering is
ontvangen van mevrouw Oranje-Entink en de heren Hil
horst en Menne.
99 Notulen van de openbare vergaderingen van 8 en 9 de
cember 1977 en 20 april 1978.
De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Ik heb
een opmerking over de inhoud van de notulen. Er
wordt op bijvoorbeeld bladzijde 355, rechter kolom,
van de notulen van 8 december 1977, door wethouder
Hoekstra een toezegging gedaan, in dit geval ten aan
zien van de reinigingspolitie.
Hij zegt daar:
„wij hopen, hierover binnenkort met nadere voorstel
len bij de raad te komen".
Heeft het college er enig idee van wanneer deze toe
zegging, waarbij het woord „binnenkort" is gebruikt,
zal worden gehonoreerd?
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Het
betreft hier een tijdens een begrotingsbehandeling ge
dane toezegging. Ik dacht datje daar de tijd voor hebt.
Wij hebben niet concreet een termijn genoemd. Wij
zijn wel over deze dingen bezig, maar het is er nog niet
uit. Ik kan de heer Van Aalst niet beloven dat hij de
honorering van de toezegging nog zal beleven als raads
lid.
De VOORZITTER: Ik denk dat de heer Van Aalst niet
is tevredengesteld, maar dat er nu wel tot vaststelling
van de notulen kan worden overgegaan.
De notulen worden zonder hoofdelijke stemming on
gewijzigd vastgesteld.
100 Ingekomen stukken.
a. Controlerapporten van het centraal bureau voor veri
ficatie en financiële adviezen van de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten, met voorstel deze voor ken
nisgeving aan te nemen,
b. Brief d.d. 2 mei 1978 van het Intergemeentelijk
Automatiseringscentrum Midden-Nederland met de
tweede wijziging van de begroting 1978, met voorstel
tegen deze wijziging geen bezwaren te hebben.
Met betrekking tot deze beide stukken wordt besloten
overeenkomstig hetgeen daaromtrent door burgemees
ter en wethouders is voorgesteld.
c. Brief d.d. 2 mei 1978 van het Intergemeentelijk
Automatiseringscentrum Midden-Nederland, waarbij
de jaarrekening 1977 wordt toegezonden, met voor
stel tegen deze jaarrekening geen bezwaren te hebben
en aan het bestuur van het I.A.M. een brief te richten,
waarin de verontrusting van de gemeenteraad wordt
uitgesproken over de stijgende nadelige saldi. Het ont
werp van dit schrijven ligt bij de raadsstukken ter inza
ge-
De heer STORIMANS: Mevrouw de voorzitter! Ik
wil niet alles herhalen wat wij in de financiële commis
sie hebben gezegd. Wel stel ik namens mijn fractie
voor aan de antwoordbrief na de tweede alina toe te
voegen:
De gemeenteraad is van mening dat behalve de gemeen
ten die van aanvang af kostendragers waren, ook de
nieuwkomers die straks meeprofiteren van de I.A.M.-
diensten, moeten delen in de initiële extra kosten.
Daarom geeft de gemeenteraad u in overweging na te
gaan of er geen methode is waarmee een eerlijker kos
tenverdeling kan worden verkregen. Zo'n methode
zou kunnen zijn de kosten te activeren en de aldus ont
stane vordering van het automatiseringscentrum op
zijn oude en nieuwe leden volgens bepaalde sleutels
te verhalen gedurende de eerstkomende vijfjaar.
Voorts stel ik namens mijn fractie voor de laatste twee
zinnen van de antwoordbrief te vervangen door de
volgende zin:
De gemeenteraad kan alleen akkoord gaan met de jaar
rekening 1977 en de 2e wijziging 1978, indien u aan
zijn eerder genoemde verzoeken voldoet.
De heer BLAAUW: Mevrouw de voorzitter! Wij zou
den willen vragen of de antwoordbrief zodanig kan
worden aangepast, dat ons in de toekomst wat garan
ties kunnen worden gegeven, opdat hetgeen waarmede
wij nu zijn geconfronteerd niet weer gebeurt.
Ik dacht dat wij in de brief ook zouden mogen eisen
dat wij van de ontwikkelingen op de hoogte worden
gehouden en vroegtijdig worden gei'nformeerd.
De VOORZITTER: Ik vraag mij af of dit niet wordt
gedekt door hetgeen de heer Storimans heeft voorge
steld.
De heer BLAAUW: Ongeveer wel. Wanneer er iets
fout gaat willen wij dat graag vroegtijdig en dus niet
pas een jaar nadien weten. Ook willen wij weten wan
neer men uit de rode cijfers denkt te komen en of er
een garantie voor de toekomst kan worden ingebouwd.
Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! In de
financiële commissie heb ik uitvoerig gesteld dat het
geen het I.A.M. wil inhoudt, dat de nieuwkomers en
degenen die nog niet helemaal deelnemen aan hetgeen
het I.A.M. kan bieden, meebetalen voor diensten waar
van zij geen gebruik maken. Vanuit het algemeen be
stuur van het I.A.M. is voorgesteld het jaar 1977 af te
wikkelen zoals nu aan de deelnemers aan de gemeen
schappelijke regeling wordt voorgesteld. Door deze
oplossing ontstaat er min of meer een drang om meer
te gaan deelnemen aan hetgeen het I.A.M. kan bieden.
Eventuele nieuwkomers komen niet meer uit de pro
vincie Utrecht, doch van buiten deze provincie. Ik
vind dat zij niet kunnen worden belast met de kosten
van diensten waarvan zij geen gebruik maken, maar
hierover kun je natuurlijk van mening verschillen.
Ik heb wel enige bezwaren tegen de door de heer Sto
rimans voorgestelde toevoeging, omdat hetgeen daar
in wordt gevraagd op dit moment eigenlijk reeds ge-
139
