De VOORZITTER: Het woord „bestemmingsplan" is dus nu gewijzigd in „ontwerp-bestemrningsplan" en meer eraan veranderen doen wij niet. De heer VISSER: O, dat doet u niet? Ondanks de in spraakcommissie die nu aan het werk is? Hier speelt dus kennelijk ook weer de filosofie die de heer De Wilde al bij agendapunt 6 ten toon stelde, nl. dat wij gewoon plannen moeten maken en wel zien of er bezwaren ko men. De mensen die bezwaar hebben, kunnen dan altijd nog naar de provincie en zelfs naar de Kroon met hun bezwaren. Ik meen dat dit toch geen goede manier is om plannen op tafel te brengen. De VOORZITTER: Hebt u die opmerking ook gemaakt toen het eerste krediet van f. 30.000,-- beschikbaar werd gesteld in de vergadering van 16 december 1976? De heer VISSER: Dat zou ik moeten nakijken in de no tulen. De VOORZITTER: Nu, volgens mij hebt u die opmer king toen niet gemaakt en er is dan geen reden om die opmerking nu wél naar voren te brengen. De heer VISSER: Ik wil alleen spreken over het voor stel dat nu voor ons ligt. Daarin staat iets over een poli tiebureau en een bestemmingsplan Centrum. Officieel weten wij daar niets van. Ik heb bovendien in de stukken gelezen dat u het bureau wilt neerzetten aan de Bosstraat en ik vrees dan dat de politie die dit nieuwe gebouw zo hard nodig heeft, nog wel zo'n zeven jaar zal moeten wachten op dit gebouw, terwijl morgen al op een ander plekje in Soest kan worden begonnen, waar alles veel sneller kan gaan. De VOORZITTER: Wilt u dat plekje dan even aange ven? De heer VISSER: Bijvoorbeeld de plaats waar nu het slachthuis staat, of langs de Dalweg. Er zijn nog wel meer plekjes in Soest. De heer Adema zegt altijd dat het politiebureau helemaal niet in het centrum hoeft te staan; dat gebouw kan overal in Soest worden neergezet, bij voorkeur op een plaats waar snel kan worden gebouwd. Als dit politiebureau wordt gepland in een zogenaamd bestemmingsplan Centrum, zullen wij hierop nog wel even moeten wachten. Mijn tweede opmerking betreft het geld. De heer Van der Dussen schrijft - u ziet hoe goed ik de stukken lees - dat dit aanvullende krediet helemaal geen f. 70.000,- hoeft te zijn; f. 40.000,- is yolgens hem meer dan ge noeg, want voor de te verrichten werkzaamheden staan allerlei vaste bedragen. Nu kijkt deze gemeente natuur lijk niet op f. 30.000,—, maar ik vind deze opmerking van de heer Van der Dussen toch wel belangrijk, want een be drag van f. 30.000,- is volgens mij toch nog heel wat. In het voorstel wordt echter ook gesproken over externe adviseurs en de heer Adema schrijft weer dat dit nodig is; zo moet de P.T.T. allerlei zaken bekijken. Volgens de heer Van der Dussen is dat echter helemaal nog niet no dig, zolang nog niet precies bekend is waar het gebouw komt te staan, waarop de heer Adema weer komt met het argument dat het nodig is voor de interne aanleg van leidingen en technische voorzieningen in het politiebu reau. Voor zover ik heb begrepen zijn daar echter specia le ambtenaren voor op het ministerie van binnenlandse zaken, waarvoor geen aparte bedragen behoeven te wor den uitgetrokken. Ik ben dan ook geneigd te geloven dat de heer Van der Dussen gelijk heeft als hij stelt dat het bedrag van f. 70.000,- zo'n f. 30.000,- te veel is. Ik zal hierop graag uw antwoord krijgen. De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! Toen ik het stuk las, dacht ik eerst dat er een rekenfout was ge weest. Er wordt immers een aanvullend krediet van f. 70.000,- gevraagd en ik hield toen eerst alleen reke ning met een bedrag van f. 40.000,-, omdat indertijd al een krediet van f. 30.000,-- is verleend. Later werd mij duidelijk dat het totale bedrag f. 100.000,- zou moeten zijn. Ik kan op dit punt dan ook wel met de heer Visser meegaan (dat gebeurt niet altijd, maar in dit geval wel) vooral ook omdat de directeur van gemeentewerken het totale bedrag nauwkeurig specificeert en uitgaat van de zelfde berekening die indertijd, bij het eerste krediet, ook is gebruikt, nl. een bepaald percentage van het ho norarium, uitgaande van de geschatte bouwkosten die neerkomen op ongeveer f. 4 miljoen, waarbij op een be drag van f. 40.000,— wordt uitgekomen. In plaats van f. 40.000,- aanvullend krediet vraagt het college echter een aanvullend krediet van f. 70.000,—. Ook ik meen echter dat wij met die f. 40.000,- wel uitkomen bij het verder uitwerken van een en ander en het opmaken van het definitieve schetsplan. Daarnaast merk ik op dat in het voorstel ook staat dat de financiële commissie met het voorstel akkoord gaat. Ik heb begrepen dat dit voorstel ook in de politiecom- missie is geweest, waarbij echter maar één lid aanwezig was. Is die vergadering van de politiecommissie toen toch doorgegaan, of komt dit voorstel alsnog in de po litiecommissie? Het ene aanwezige lid heeft zich toen geen oordeel kunnen vormen op grond van de beschik bare gegevens. De heer BLAAUWMevrouw de voorzitter! Wij waren al bang dat niet iedereen in de raad gelukkig zou zijn met dit voorstel. Wij zijn echter wél bijzonder blij dat dit voorstel nu, na zoveel jaren, op tafel ligt. Gezien de woorden van de vorige sprekers zijn er wellicht nog eni ge interne misverstandjes gerezen, waardoor nog enig geld zou kunnen worden bespaard, maar wij hopen dat het college nu snel met het definitieve schetsplan zal komen, opdat wij ook binnen niet al te lange termijn re sultaten kunnen zien. Het heeft ons wel enigszins bevreemd dat rekening wordt gehouden met een wat kleiner gebouw, omdat kennelijk het aantal politiemensen dat wij in de toe komst in onze gemeente denken te krijgen, minder is dan het aantal waarover toch al enkele jaren wordt ge sproken De minister van binnenlandse zaken is boven dien de laatste jaren toch sterk voor uitbreiding van het pohtie-apparaat. De heer VISSER: Ook Wiegel? De heer BLAAUW: Ik heb vooral het oog op de vorige minister van binnenlandse zaken; de heer Wiegel is pas begonnen als minister en heeft hierover nog niet veel ge zegd. Als de regering in de toekomst toch meer politie mensen toewijst aan onze gemeente, is het dan mogelijk om de architect alsnog opdracht te geven tot uitbreiding van het gebouw, zonder allerlei puisten en bulten aan het gebouw? De VOORZITTER: Dames en heren! Ik heb al gezegd dat het woord „bestemmingsplan" in het stuk moet worden gewijzigd in „ontwerp-bestemrningsplan". Iedereen, ook de heer Visser, zal dan zeker begrijpen waar dat op slaat. Daarnaast is gesproken over het bedrag van het aanvul lend krediet. Via de commissaris van politie heeft de ar chitect verzocht om een aanvullend krediet van f. 70.000,-. Dit verzoek is om advies naar de directeur gemeentewerken gezonden, die meent dat een bepaald percentage van het architectenhonorarium voldoende is, zoals de heer Verheus al uiteen heeft gezet. In de brief 13

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1978 | | pagina 14