In de periode dat door de werkzaamheden aan de Dal-
weg-Beukenlaan de route moest worden omgelegd,
bleek er voor Honsbergen sprake te zijn van een goede
oplossing. Wel moet ik toegeven, dat verschillende lus
sen voor de grote bussen niet gemakkelijk waren te
nemen. Nu men zich beroept op de omloopsnelheid
van de bussen (volgens het boekje dan) vraag ik mij af
bij welke weersomstandigheden de vermelde tijden
zijn berekend. Het behoeft maar eens lekker door te
regenen - doet het dat soms zelden? - en aan elke halte
stappen passagiers in en uit. Vertragingen van meer dan
tien minuten zijn dan zeker niet zeldzaam; helaas weet
ik dat maar al te goed uit eigen ervaring.
Ik heb begrepen dat in september a.s. nieuw overleg
zal plaatsvinden. Misschien kunnen dan alle lijnen bin
nen de gemeente nog eens nader worden bekeken en
worden aangepast aan de gebruikers die op het open
baar vervoer zijn aangewezen: de zeer jeugdigen, de
ouderen en de buitenlandse werknemersgezinnen.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw
de voorzitter! In grote lijnen kunnen wij thans ak
koord gaan met het concept-antwoord. Wij blijven de
situatie voor de bewoners van Honsbergen betreuren,
maar de argumenten van het college zijn dusdanig, dat
wij ons bij het antwoord neerleggen.
In september a.s. vindt er nieuw overleg plaats. De Dal-
weg is dan doorgetrokken en Overhees 2 is bewoon
baar geworden. Misschien moet er dan toch wel een
omleiding komen. Ik hoop dat het college Honsber
gen dan niet zal vergeten.
De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! De vorige
keer heb ik in de raad gevraagd om het advies van de
rijksinspectie. Van dat (negatieve) advies hebben wij
inmiddels kennis kunnen nemen. Er valt dan ook, hoe
spijtig dat ook is, niets aan deze zaak te doen op dit
moment.
Ik wil het college nog een andere suggestie meegeven;
wellicht kan soelaas worden gevonden door het creë
ren van een soort taxiregeling. Ik denk daarbij aan een
overeenkomst met taxi-ondernemers, waardoor de
ouderen in onze gemeente tegen gereduceerd tarief
van de taxi's gebruik kunnen maken.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Het
geen door de verschillende woordvoerders is gezegd,
kunnen wij volkomen beamen. Wij vinden het ook
ontzettend jammer dat niet kan worden voldaan aan
het gedane verzoek. Op aandrang van de raad heeft er
een gesprek plaatsgevonden met de rijksverkeersin
spectie. Er heeft een langdurig gesprek plaatsgevon
den; het resultaat van dat gesprek blijkt uit het con
cept-antwoord. Afgesproken is dat er in september
a.s. nieuw overleg zal plaatsvinden. Op dat moment is
de Dalweg klaar.
De rijksverkeersinspectie rekent alles precies uit. Deze
dienst stelt onder meer dat het gaat om doorgaande
lijnen. Hoe meer lussen een buslijn maakt, hoe minder
aantrekkelijk het vervoer voor doorgaande passagiers
is. Het gaat niet om uitsluitend stadsdiensten.
De gedane suggesties zullen wij meenemen. De raad
kan ervan verzekerd zijn dat wij,mede met het oog op
de belangen van de bejaarden, zullen streven naar een
zo goed mogelijk busvervoer in Soest.
De rijksverkeersinspectie heeft ons gezegd dat een lijn
te veel vervoersafval krijgt, wanneer de bussen te veel
lussen maken.
Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzitter!
Ik begrijp dat het probleem op het ogenblik niet he
lemaal oplosbaar is. Ik meen dat het gemeentebestuur
attent moet blijven op de te bieden service. Er wordt
altijd gezegd dat de oudere mens service moet worden
geboden en die uitspraak moet dan ook in de praktijk
worden gebracht.
Met betrekking tot het stuk wordt hierna besloten
overeenkomstig hetgeen daaromtrent door burgemees
ter en wethouders is voorgesteld,
p. Brief d.d. 28 juni 1978 van het bestuur van het
Woonwagenschap Regio Amersfoort met toezending
van de voorlopig vastgestelde aanvrage rijksbijdrage
1979.
q. Brief d.d. 16 mei 1978 van burgemeester en wet
houders van Leusden inzake fractievorming in het
Eemlandorgaan op politieke grondslag,
r. Brief d.d. 28 juni 1978 van het bestuur van het
Woonwagenschap Regio Amersfoort betreffende toe
zending van de voorlopig vastgestelde rekening 1977.
Deze stukken worden aangenomen voor kennisgeving,
s. Brief d.d. 25 april 1978 van bewoners van de Peter
van den Breemerweg met het verzoek over te gaan tot
het aanbrengen van enige straatverlichting met het
voorstel te antwoorden overeenkomstig de ter inzage
gelegde ontwerp-brief.
De heer HILHORST: Mevrouw de voorzitter! Uit de
stukken is mij gebleken dat het college door de dienst
gemeentewerken heeft laten onderzoeken of het mo
gelijk is de werkzaamheden van de P.U.E.M. te combi
neren met de aanleg van de c.a.i. Dat vind ik erg attent
van het college. Het valt te betreuren dat die mogelijk
heid niet aanwezig is voor het laatste stuk van de Pe
ter van den Breemerweg. Het college moet zijn eigen
suggestie niet vergeten, want wellicht is een en ander
in de toekomst wel mogelijk.
Met het concept-antwoord kan ik akkoord gaan.
De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter!
Het door de heer Hilhorst aangesneden punt is reeds
uitvoerig ter sprake geweest bij de behandeling van het
voorstel inzake de c.a.i. Ik wil die suggestie graag on
dersteunen. Het gaat niet alleen om de Peter van den
Breemerweg, maar ook om een aantal wegen die op
dit moment nog niet kunnen worden aangesloten op
de c.a.i. Wellicht is het mogelijk om na te gaan of de
door mij bedoelde straten alsnog op de c.a.i. kunnen
worden aangesloten, want nu is men nog in Soest aan
het werk.
Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Ik kan
op dit moment niet veel over de c.a.i. zeggen. Er is
destijds uitvoerig over de c.a.i. gediscussieerd. Het
gaat om een investering in de kapitaalssfeer. Het groot
ste deel van de c.a.i.-investering ligt in de grond. Ik
geloof dan ook niet dat thans een twee drie een uit
spraak kan worden gedaan naar aanleiding van de op
merkingen van de heren Hilhorst en Van Poppelen.
In ieder geval zal altijd moeten worden bekeken wat
de rentabiliteit van de investering is. De zaak kan ech
ter wel worden bekeken.
De heer HILHORST: Ik heb ook niet meer gevraagd
dan bekijken.
De heer VAN POPPELEN: Ik heb gevraagd de zaak
nu te bekijken, omdat men nu nog in Soest aan het
werk is. Over een jaar zullen er weer extra kosten
moeten worden gemaakt.
Ik ben tevreden met het antwoord van wethouder Eb-
bers wanneer het nieuwe college de zaak althans aan
pakt.