Wethouder PLOMP: De onderwijsnota is in concept
rondgestuurd en die nota is thans niet aan de orde. Ik
meen overigens dat mevrouw Greefhorst zich vergist.
Zij zegt dat er in die nota geen verandering in de ge
meenschappelijke regeling wordt aangekondigd. Juist
omdat wij geen verandering in de gemeenschappelijke
regeling mogen aanbrengen, moeten die systeembege
leiders bij de gemeente Baarn worden ondergebracht.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw
de voorzitter! Mijn fractie meent toch dat er nog nader
overleg met de schoolbesturen moet plaatsvinden. In
de eerstvolgende vergadering van de onderwijscommis
sie dienen wij een duidelijk inzicht te krijgen in het
geen is afgesproken.
De contacten met de s.p.d. lopen nog niet zo erg soe
pel, omdat er naar ik meen een bestuurswisseling is ge
weest. Daarom dringen wij aan op aanhouding van dit
voorstel.
De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! In het be
lang van het onderwijs zijn wij niet voor aanhouding
van dit voorstel. Het is beter om het voorstel nu aan
te nemen, waarna een nadere discussie nog kan plaats
vinden in de onderwijscommissie. Het belang van het
onderwijs is een argument dat mij meer overtuigt
dan het verhaal van wethouder Plomp.
Ik heb het college gevraagd hoe het nu zit met de rela
tie met de o.a.d.; die vraag is niet voor honderd pro
cent concreet beantwoord. Wanneer inmiddels alles
is geregeld, vraag ik mij af waarom dat niet in het
voorstel staat.
Wij stemmen in met dit voorstel, maar wij willen over
deze materie verder discussiëren in de eerstvolgende
vergadering van de onderwijscommissie.
Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzit
ter! Mijn fractie gaat akkoord met dit voorstel.
De VOORZITTER: Het college gaat akkoord met een
nadere discussie in de onderwijscommissie.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
Mevrouw Greefhorst-Van Overdam en de heren Van
Logtenstein, Menne, Oldenboom, Van Poppelen,
Stam en Verheus verkrijgen op hun verzoek aanteke
ning in de notulen, dat zij zich met de genomen be
slissing niet hebben verenigd.
162 Voorstel tot voorlopige vaststelling van de gemeente
rekening en de bedrijfsrekeningen over 1975, tot goed
keuring van de rekening van de stichting voor licha
melijke opvoeding en sport Soest en tot vaststelling
van de rekeningen van de stichting zwembaden en het
openluchttheater.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
163 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een subsidie
voor de viering van 950 jaar Soest.
De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter!
Hoe is het college gekomen aan een bedrag van
f. 95.000,—? Ik heb begrepen dat de verschillende
groeperingen die zich voor het vieren van „950 jaar
Soest" willen inzetten, een pracht feest willen organi
seren. Daarom moet worden voorkomen dat het ter
beschikking te stellen bedrag met de natte vinger wordt
vastgesteld. Persoonlijk zou ik er geen bezwaar tegen
hebben wanneer blijkt dat de voorbereidingscommissie
meer geld nodig heeft voor het organiseren van een
goed feest. Wanneer door dat feest de eenheid in Soest
kan worden teruggebracht, is dat feest mij zelfs heel
veel geld waard.
De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Ik denk dat
die eenheid niet zal worden bereikt door dat feestje. Ik
ben ook niet zo gelukkig met die feestcommissie. In
het voorstel staat onder meer:
„Een aantal inwoners is verzocht of zij bereid waren
zitting te nemen in een voorbereidingscommissie".
Wanneer over „een aantal inwoners" wordt gesproken
lijkt dat erg ruimmaar de commissieleden blijken toch
nogal wat bindingen te hebben met de gemeentelijke
overheid. Het voorbereiden van dit plan was nu eens
een uitstekende klus geweest voor het Algemeen Wel-
zijns Overleg Soest (A.W.O.S.). Daarin zitten alle vere
nigingen. De deelnemers aan het A.W.O.S. hadden mis
schien een leuk feest kunnen voorbereiden.
De stukken die betrekking hebben op het onderhavige
voorstel heb ik niet zo gemakkelijk ter inzage gekregen,
maar ik ben er gelukkig toch in geslaagd ze te kunnen
bekijken. Ik ben geschrokken van de werkwijze van de
voorbereidingscommissie. Deze stelling wil ik adstrue
ren met een voorbeeld. De commissie is geïnstalleerd
en zij schrijft een brief naar vereniging A waarin staat:
„Wij zouden graag willen dat u dat en dat gaat doen,
want vereniging B doet dat en dat". Vereniging A zegt
dan „laten wij dat maar doen". Later blijkt uit de
stukken dat hetgeen vereniging B had moeten doen,
helemaal niet doorgaat, zodat vereniging A waarschijn
lijk vastzit aan haar toezegging. Er is geen gesprek ge
weest.
Uit de stukken blijkt onder meer dat iedere vereniging
zo'n beetje haar eigen feestje inbrengt: de V.V.V.
haar Hemelvaartgebeuren achter de oude kerk (dat
kost verder geen geld en het Groot Gaesbeeker Gilde
bestaat 550 jaar en ook het feest van dit gilde wordt
ingebracht (compleet met Deutsche Schützverein
waarom ik ook niet zit te springen, want ik weet wel
hoe die lui schieten). Het allerergste vind ik echter
een brief aan de schietbasis Soesterberg voor een
luchtmachtdemonstratie met straaljagers en zo. Dan
hoor ik nog liever Marie-Cecile Moerdijk, want aan
straaljagers op het feest heb ik helemaal geen behoef
te. Daardoor ontstaat alleen maar verdeeldheid. Wan
neer de slagers feest vieren houden zij ook geen ten
toonstelling van messen en hakbijlen. Wanneer dit ge
beurt ben ik beslist tegen het feest.
Gezegd is: dat was het werk van een voorbereidings
commissie; het programma staat nog niet vast; het be
drag dat de commissie heeft gevraagd heeft zij niet
gekregen (voorgesteld wordt f. 95.000,- te geven - de
heer Van Poppelen weet niet hoe men aan de hoogte
van dat bedrag komt, maar dat is gewoon f. 100,-
per jaar en 950 jaar maal f. 100,- is f. 95.000,-).
Ik stel voor de beslissing over dit voorstel pas te laten
nemen door de nieuwe raad, want dan kan het voor
stel ook eerst in de commissie culturele zaken worden
besproken; nu heeft alleen de financiële commissie
zich over het voorstel gebogen en in die commissie zit
ten nu ook niet bepaald zulke feestneuzen. Die finan
ciële commissie heeft gewoon gezegd: f. 100,- per
jaar en dat is in totaal f. 95.000,-; later zien wij wel
verder. Ik heb bezwaar tegen een dergelijke gang van
zaken, want ik vrees dat die voorbereidingscommissie
na vanavond met dat bedrag van f. 95.000,- toch plan
nen gaat uitwerken die ik niet zo feestelijk vind. ik
stel voor om het A.W.O.S. het hele programma nog
eens te laten doornemen en om de zaak nog eens te
bespreken in de commissie culturele zaken. Misschien
zijn er wel heel andere mogelijkheden om dat geld te
besteden.