Wij vragen ons af of de gemeente niet een deel van de instandhoudingskosten van de Eng met de zojuist ge noemde argumentatie van een cultuurmonument dat verloren dreigt te gaan, bij het ministerie van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk kan trachten te de clareren. Dit onder het motto: Neen hebt u, ja kunt u misschien krijgen. Hoe staat het met het fietspadenplan waarvan de aan zet destijds werd geleverd door de inspraakgroep ont wikkelingsplan? Het gedeelte op de Eng lijkt toch vrij eenvoudig te realiseren en sluit aan op het reeds gereed gekomen fietspad op de Soesterengweg. Het niet doorgaan van de Centrum plannen is een zwa re slag geweest voor een aantal Soester winkeliers die hier een qua investeringen betaalbaar toekomstperspec tief in rook zagen opgaan. Krijgen deze mensen een kans in het nog steeds van veel te weinig winkels voor ziene Overhees? Wij staan sympathiek tegenover de hoofdgedachte van het uit het particuliere initiatief opgekomen plan Hart je Zuid, waarbij wij wel enige twijfels hebben ten aan zien van de voorgestelde verkeersoplossing in de vorm van afsluiting van de Soesterbergsestraat bij de Birk- straat. Hoe staat het college tegenover dit plan? Hoe staat het met de plannen voor een veiliger situatie in de Van Weedestraat? Mag een spoedige beslissing tot uitvoering van het „plan-Gerth" ten behoeve van de veiligheid van de schoolkinderen op de Smitsweg ver wacht worden? Het gaat daarbij om concentratie van het oversteken op één punt en beveiliging met knipper lichten gedurende bepaalde tijden van de dag. Gaarne zullen wij de visie van het college vernemen met betrekking tot de woningbouw in de komende ja ren, meer in het bijzonder ten aanzien van de één- en tweepersoonshuishoudens. Hoe staat het met de expe rimenten tot splitsing van bestaande woningen? Tot ons genoegen hebben wij vernomen dat nota's in de maak zijn ten aanzien van voorlichting en inspraak. Wij vertrouwen er voorts op dat thans binnen afzien bare tijd een regeling tot stand komt voor de deelna me van burgers aan de raadscommissies en voor het spreekrecht van het publiek in deze commissies, uiter aard onder bepaalde voorwaarden. Wilt u in het kader van het meeijarenbeleid de gedachte aan een sociale ombudsman nog eens in overweging nemen? Wij hopen dat het na het fiasco van de wijkraadsverkie zing in Soesterberg zal lukken om daar weer iets moois op te bouwen. De gedachte aan afzonderlijke groepen voor bepaalde onderdelen, als bijvoorbeeld jeugdzaken, ruimtelijke ordening en verkeer, spreekt ons aan. Ik kom tot enkele opmerkingen over minderheidsgroe pen. Wij hopen dat de totstandkoming van een woon wagencentrum in Soest zo spoedig mogelijk zal plaats vinden. Tot ons genoegen hebben wij geconstateerd dat een burgergroepering is opgericht die zich hiervoor mede wil gaan inzetten. In de onderwijssfeer kan hope lijk nu al nagedacht gaan worden over de mogelijkhe den straks met betrekking tot het onderwijs aan de kinderen van de woonwagenbewoners. Wij herinneren voorts aan de passage in ons gemeente programma waarin gevraagd wordt meer zorg te beste den aan het welzijn van de buitenlandse werknemers en hun gezinnen. Ik kom tot onderwijs en sport. Gaarne zullen wij ver nemen of er in de boezem van het college al is nage dacht over de inmiddels op de onderwijsnota ontvan gen reacties en wat men van plan is, daarmee te gaan doen. Wij geven hoge prioriteit aan de aanstelling van een schoolbioloog. Wij vragen aandacht voor het tijdig zoeken en regelen van nieuwe bestemmingen voor de in de toekomst ongetwijfeld op nog grotere schaal leeg komende schoollokalen. Ten aanzien van de sport moet het ons van het hart dat wij het toch wel bijzonder ontaktisch hebben gevon den dat de sportbestuurderen uit de krant hebben m oeten lezen dat in de aanbiedingsnota bij de begro ting 1979 een sterke beperking van de door hen ver wachte investeringen voor de sport voorzien is. Geheel los van de vraag of de bestaande verwachtingen al dan niet terecht waren, was voorafgaand overleg geboden geweest. Van een neutrale scheidsrechter zou de be treffende portefeuillehouder vermoedelijk de gele kaart gekregen hebben. Voor de op zichzelf begrijpe lijke, doch wat overtrokken overkomende reacties van de andere zijde zou een boeking door dezelfde scheids rechter overigens niet denkbeeldig geweest zijn. Het is een constatering achteraf - en dan is het altijd gemakkelijk praten - maar wij hebben de indruk dat een groot aantal hoog opgelaaide emoties niet zouden hebben plaats gevonden indien het gesprek tussen col lege en sportstichting enige maanden eerder dan op 4 de cember had plaats gevonden. Het gebrek aan een goede meerjarenplanning wreekt zich hier duidelijk. Ongetwij feld had de hockeyclub tijdelijk met een wat minder perfecte accommodatie genoegen genomen als men ge- we ten had dat andere sportbroeders daardoor in de knel zouden komen. Blijkens de brief van 12 december aan de sportstichting bezat de nota aanleg sportvoorzieningen geen deugde lijke financiële onderbouwing, zelfs afgezien van de problemen rond Bestek '81, terwijl er toch concrete aanlegjaren werden genoemd. Het is duidelijk dat na der overleg tussen college en sport zal moeten plaats vinden om tot goede afstemming en zo mogelijk in passing in het komende meerjarenplan te komen. Ik kom tot de investeringen, aan de hand van de lijst van investeringsvoorstellen op blz. 21 van de nota van aanbieding bij de begroting 1979. Wij stellen voor in 1979 niet uit te voeren de nummers 40, 46 en een deel van nummer 27. Hiermee wordt in totaal f. 1,35 miljoen bespaard of op jaarbasis f. 111.375,—. Wij han teren hiervoor de volgende argumenten, waarbij ik eerst kom tot nummer 40, de aula begraafplaats ad f. 800.000,-. Zonder de beperkingen van de huidige kleine aula te willen bagatelliseren, lijkt dit toch wel een overtrok ken zaak. In 1977 vonden op deze begraafplaats 118 bijzettingen plaats. In de raadsvergadering van okto ber hebben wij begrepen dat begraafrechten e,d. in principe kostendekkend moeten zijn. Uitgaande van de optimistische veronderstellingen dat voor iedere begrafenis de aula wordt gebruikt en dat voor onder houd geen bedrag wordt toegerekend, stijgen de ta rieven dan als volgt. Volgens het voorstel uit oktober gaat het aulagebruik f. 33,- per keer kosten. Daar komt dan f. 52.000,- gedeeld door 118, ofwel f. 441,- per keer bij. Dat zou een tariefstijging met 1336% be tekenen! Wij geven het college in overweging deze zaak opnieuw te bezien. Wellicht is het een idee om een en ander aan de inspraak van de Soester bevolking te toetsen en aldus na te gaan of de huidige situatie als een dusdanig knelpunt wordt ervaren dat men bij 76

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1978 | | pagina 283