V /ra- ek- i zijn de- in- vik- 1 nijn ;elijk één- >e- dl ligt 1. Die vee- het or- het :r be- etrek- Vis- ieven n zeer ers. ivul- deu- 30 Voorstel tot het verlenen van ontheffing als bedoeld in artikel 1 van de „Zoneverordening Hinderwet" ten behoeve van: a. een offsetdrukkerij en stencilinrichting op/in het perceel Beukenlaan 86b. De heer DE WILDE: Mevrouw de voorzitter! In het voorstel gaat het college in op de bestemming die de grond op dit moment heeft. Het college stelt dat er strijd is met die bestemming, maar om een aantal op gesomde redenen heeft het college toch geen bezwaar tegen het verlenen van de gevraagde ontheffing. Er wordt echter helemaal voorbijgegaan aan het feit dat het blijkbaar ook niet de bedoeling is om de grond in de toekomst een zodanige bestemming te geven, dat de drukkerij ter plaatse kan zijn gevestigd. Uit de ter inzage gelegde stukken blijkt nl. dat de grond ter plaatse bij een nadere uitwerking van het bestem mingsplan Smitsveen een woonbestemming zal krij gen. In de commissie ruimtelijke ordening is erop aangedrongen om deze omstandigheid nog eens on der de aandacht te brengen van de Firma Davelaar en Van der Mey, omdat reeds nu vaststaat, dat een be duidende uitbreiding van het bedrijf onmogelijk is, omdat de afwijking van de bestemming niet mag worden vergroot. Ik verzoek het college dit aspect nog eens met zoveel woorden onder de aandacht van genoemde firma te brengen. De VOORZITTER: Dames en heren! Het is zeker de bedoeling om het bedrijf nog eens te wijzen op het door de heer De Wilde bedoelde aspect. Wij willen dat reeds gevestigde bedrijfje wel inpassen, maar de eigenaars van het bedrijf dienen te weten dat er ter plaatse nooit een grote bedrijfsontwikkeling zal kun nen plaats vinden. Dat zullen wij het bedrijf ook na mens de raad laten weten. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. b. een veehouderij annex varkensmesterij op/in het perceel Dorresteinweg 95. Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoof delijke stemming aangenomen. c. een showroom, carshop en doorsmeerruimte op/in het perceel Amersfoortsestraat 11 te Soesterberg. De heer VAN DEN BRAKEL: Mevrouw de voorzit ter! Over deze materie is in het verleden reeds ver scheidene malen gesproken. Het schrijnende punt is nog steeds dat de aanvrager naar de mening van het college nog steeds niet in aanmerking komt voor het vestigen van een benzineverkooppunt op de door hem gewenste plaats. In de commissie openbare werken is aan de wethouder duidelijk gevraagd of nu wel alle facetten van de zaak zijn bekeken. Er heeft naar ik meen een onderzoek plaats gevonden naar de ver keersproblematiek op de Amersfoortsestraat. Door de wethouder van openbare werken is ook toegezegd dat alle ins en outs van de zaak nog eens zouden wor den bekeken om te zien of het wellicht toch nog mo- gehjk is tegemoet te komen aan de wens van de heer Plekkepoel. Ik vind het wat eigenaardig, dat het college de heer Plekkepoel voor dit nieuwe bedrijf slechts een halve vergunning wil geven; de heer Plekkepoel zorgt er nota bene voor, dat een vuile plek in Soesterberg wordt opgeruimd. Het gemeentebestuur geeft een slager toch ook niet de aanwijzing, dat hij geen worst mag verkopen? De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Ik kan geheel instemmen met de strekking van het be toog van de heer Van den Brakel. De heer Plekkepoel heeft na lang aandringen een bouwval gekocht van een in het algemeen moeilijke onderhandelingspart ner (de Domeinen). De heer Plekkepoel heeft kenbaar gemaakt de bedoeling te hebben ter plaatse een gara gebedrijf te gaan uitoefenen (in feite is er sprake van een uitbreiding van een bestaand bedrijf). Er zijn geen planologische bezwaren, want het gaat om een indus trieterrein. Er schijnt een verkeersonderzoek te zijn gehouden, maar ik heb helaas moeten vaststellen dat het resul taat van dat onderzoek niet bij de stukken heeft ge legen. Kunnen wat gegevens omtrent dat onderzoek aan de raad worden medegedeeld? In het voorstel staat dat de uitweg plus minus 25 meter zou moeten zijn, maar de heer Plekkepoel is uitermate tevreden met de huidige uitweg van 6 me ter en hij heeft nooit om een uitweg van 25 meter gevraagd. Hij heeft wel gevraagd om de bosschages die voor de frontbreedte van het pand omhoog zou den groeien, te mogen verwijderen, omdat anders de showroom aan het oog zou worden onttrokken. De verkeerssituatie ter plaatse wordt door echte des kundigen niet gezien als verkeerstechnisch onveilig. Voorgesteld wordt om wel ontheffing te verlenen voor de carshop, de doorsmeerruimte en de show room. Deze vestigingen zullen verkeer aantrekken en de automobilisten zullen toch gaan tanken bij de hui dige benzinepomp van de heer Plekkepoel aan de Postweg (om de hoek van de nieuwe vestiging). Ik zie dan ook niet in, dat er sprake kan zijn van het aan trekken van extra verkeer. Ik stel dan ook voor om de heer Plekkepoel toe te staan de huidige benzine pomp te verplaatsen. In het voorstel staat dat de oude pompinstallatie behouden blijft. De heer Plekkepoel heeft mij echter medegedeeld, dat de oude pompin stallatie helemaal niet gehandhaafd blijft, wanneer ontheffing wordt verleend voor het plaatsen van een nieuwe pompinstallatie. Ik begrijp de houding van rijkswaterstaat niet, want deze instantie heeft in een eerder schrijven aan de heer Plekkepoel medegedeeld: „Te zijner tijd wordt de weg overgedragen aan de gemeente Soest en regelt u alles maar met de gemeente Soest". Nu blijken er ineens bij rijkswaterstaat onoverkomelijke bezwaren te zijn tegen het vestigen van een benzineverkoop punt aan de Amersfoortsestraat, Ik zie niet in dat er sprake zal zijn van een gevaarlijke situatie, want rijks waterstaat zal nooit toestaan dat er ver voor de be staande pomp een aanduiding „benzinepomp na 500 meter" wordt geplaatst; die benzinepomp is er al (de huidige B.P.-pomp). Men zal niet in het algemeen kort voor die inrit op zijn remmen gaan staan om de ventweg in te duiken, ik zie dan ook geen problemen. Gelet op het vorengestelde stel ik voor om ook ont heffing te verlenen voor het vestigen van een benzi neverkooppunt aan de Amersfoortsestraat. De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! Ik kan mij aansluiten bij hetgeen door de beide voorgaande sprekers is opgemerkt. Toen de heer Plekkepoel met Domeinen in onder handeling ging teneinde dat stuk grond te verwerven, heeft hij natuurlijk nooit gezegd dat hij ter plaatse alleen een showroom, een carshop en een doorsmeer- 27

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1978 | | pagina 28