had medegedeeld. Ik heb overigens gemerkt, dat u er geen enkele moeite mee heeft om dingen die in een besloten gedeelte van een commissievergadering zijn geschied, in de raad naar voren te brengen. Misschien is dit een aanleiding om voortaan in commissies wat minder in beslotenheid te vergaderen, U merkt nu dat het eigenlijk heel gewoon is om dit soort dingen in de openbaarheid te brengen en als wij dat doen, weet iedereen van wanten. De VOORZITTER: U zult vaker hebben gemerkt, mijnheer Visser, dat ik er geen enkel bezwaar tegen heb om dingen die in de openbaarheid moeten ko men, inderdaad in de openbaarheid mede te delen. Ik zou het wel op prijs stellen en het lijkt mij ook ver standig, dat als in een besloten commissievergadering wordt afgesproken, dat zaken verder in de besloten heid zullen worden bekeken, iemand die zulke zaken in de openbaarheid wenst te brengen, dat ook in de besloten commissievergadering aankondigt, De heer VISSER: Dat heb ik aangekondigd en ook met de burgemeester doorgesproken. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Achter af! De heer GOOTE: Mijnheer de voorzitter1 Ook wij betreuren de gang van zaken. De heer Visser heeft in de commissie zijn ongenoegen over de kredietover schrijding kenbaar gemaakt en ik meen dat dat daar toen door de meesten is gebeurd, maar er is toen niet naar voren gekomen, dat de heer Visser de zaak in de openbaarheid zou brengen zoals dat nu is gebeurd. Ook ik heb in de commissie gezegd dat wij het zeer betreuren dat het krediet is overschreden. Maar ik heb daar ook gezegd dat wij er begrip voor hebben en be seffen, dat et niets meer aan te doen is, aangezien de uitgaven in kwestie grotendeels al zijn gedaan. De heer VISSER: Het is helemaal geen kunst, mijn heer de voorzitter, om begrip te tonen in besloten ver gaderingen. Dat is flauwe kul. Dat kan ik ook. De heer GOOTE: Vandaar dat ik ook de behoefte heb om de zaak hier op tafel te leggen. De VOORZITTER: Het is zo, dames en heren, dat er nu alleen nog een toelichting mag worden gevraagd. Het is niet de bedoeling dat er over deze zaak nu een discussie gaat ontstaan. Ik heb nu gesproken zonder te weten of de heer Goote was uitgesproken. De heer GOOTE: Ik neem aan, mijnheer de voorzit ter, dat wij te zijner tijd in de commissie financiën en grondbedrijf hierop nog uitgebreid ingaan. De VOORZITTER: Ja, zoals afgespr oken. De heer VAN POPPELEN: Mijnheer de voorzitterOn ze fractie heeft begrip voor de ontstaansgrond van de begrotingsoverschrijding. Wij vragen ons alleen af of een nadere bespreking hiervan in de commissie finan ciën en grondbedrijf de belangengroepen die aan de zaak in kwestie medewerken, een duidelijke zekerheid geeft, dat zij straks de financiën krijgen die zij behoe ven. De heer VISSER: Betaalt u dan' De heer VAN POPPELEN: Ik heb een vraag gesteld aan de voorzitter De VOORZITTER: Dames en heren' Ik meen dat het een ieder bekend is, dat er van een overschrijding spra ke is. Ik weet dat men binnen het comité probeert de schade te beperken. U weet ook dat men daarbij te ma ken zal krijgen met weersomstandigheden en bezoe ker sgetallen. Ik geloof dat het daarom beter is dat men zich conformeert aan het voorstel onzerzijds om na afloop de zaak te behandelen eerst in de commissie financiën en grondbedrijf en daarna in de raad. De heer VISSER: Progressief Soest conformeert zich daar niet aan, mijnheer de voorzitter. De VOORZITTER: Dit wordt aangetekend. De heer ONDERDELINDEN: Mijnheer de voorzit ter! Mijn fractie vindt het jammer dat dit hier in dis cussie is gekomen, maar wil ook even kwijt, dat zij er van overtuigd is dat Soest hier niet minder feest om zal vieren. De VOORZITTER: Dames en heren! Namens de P, v.d. A.-fractie heeft de heer Goote het volgende naar voren gebracht: „Geacht College, Namens de fractie van de P. v.d. A. wil ik U de vol gende vagen voorleggen in het kader van het vragen- halfuurtje van de Raadsvergadering van 17 mei a.s. Toelichting: Het is ons bekend dat een Commissie werkzaam is om een energiebesparingsplan uit te werken. In het licht van de huidige acties om tot vrijwillige besparing te komen let ons niets om vooruitlopende op de resulta ten van deze Commissie bepaalde maatregelen te treffen waarvan het nutvoor een ieder evident is. 1, De avondbelichting van sommige openbare gebou wen brandt momenteel tot 24,00, Bent U bereid maatregelen te treffen om deze verlichting eerder te doen uitschakelen? 2. De verlichting van het gebouw van Gemeentewer ken brandt momenteel ook overdag. Bent U bereid dit zo veel mogelijk te doen beperken?" Ik zal graag vernemen of de heer Goote naast de schriftelijke toelichting ook een mondelinge toelich ting wenst te geven De heet GOOTE: De vragen zijn, zoals u zult hebben begrepen, mijnheer de voorzitter, gesteld onder het motto: Alle beetjes helpen. Wij hebben niet de ver wachting dat als je de in onze vragen genoemde dingen doet, dat gelijk geweldige besparingen oplevert. Maar het is wel een kwestie van mentaliteit. Als je op zulke dingen kunt besparen en je dat inderdaad doet, ko men er toch bepaalde procenten aan energiebesparing boven water. Wethouder HOEKSTRA: Mijnheer de voorzitterDe commissie die zich bezighoudt met de uitwerking van een energiebesparingsplan, besteedt ook aandacht aan de kleine dingen. De vraag betreffende de avondbelichting van openbare gebouwen betreft twee openbare gebouwen die offi cieel worden verlicht, nl. de Oude Kerk en het gemeen tehuis, alsmede Braamhage en het Emma-monument. Deze gebouwen zijn verlicht geweest gedurende de fes tiviteiten rond Koninginnedag. Nu is dat niet meer het geval Alle verlichting is momenteel opgeruimd en er zijn geen aanvragen om de genoemde gebouwen weer te verlichten. Als ze wel weer worden verlicht, kunnen wij via de aparte schakelklokken waarvan elke verlich ting is voorzien, de verlichting doen ophouden te 23.00 uur. Als je ze wilt verlichten, moetje dat wel tot 23.00 uur doen Maar misschien duurt het wel een jaar voor dat ze weer worden verlicht en het kan ook zijn dat wij ze helemaal niet meer verlichten. Het enige dat nu nog is verlicht, is de spits van de to ren van de Oude Kerk. Wij kunnen de desbetreffende

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1979 | | pagina 148