te verwachten grote financiële gevolgen. Integendeel: die waren zelfs versterkt. Wij vonden het nodig om, alvorens een weloverwogen oordeel uit te spreken, ons nog eens diepgaand te beraden. Omdat in de juli vergadering van de commissie ruimtelijke ordening ook door mede-commissieleden een heroverweging van het bestemmingsplan wenselijk werd geacht en de realisering voor hen geen hoge prioriteit bleek te heb ben, hebben wij onderzocht of het niet mogelijk zou zijn om op de onteigeningskosten te besparen. Van verschillende personen en verenigingen die betrokken zijn geweest bij de restauratie, werden positieve re acties ontvangen en door hen werden suggesties ge daan, hetzij in het beschermde dorpsgezicht de oude bakkerij "De Posthoorn" van Van Der Flier te her bouwen, hetzij "De Gouden Ploeg" te herbouwen, om zodoende het gebied wat leven in te blazen en daardoor nog aantrekkelijker te maken voor alle Soes- ter inwoners. Wellicht zou dan de noodzaak om het pand Torenstraat 5 te slopen komen te vervallen, om dat het pand dan grotendeels aan het oog zou kunnen worden onttrokken. Wij betreuren het echter ten zeerste, dat de tijd die ons door de raad in augustus is gegeven door de behandeling van dit agendapunt een maand aan te houden, niet toereikend is gebleken om na overleg met de eerder genoemden met een af gerond totaalplan te komen, inclusief de daarbij be horende financiële consequenties. Maar misschien zijn de ingewonnen adviezen bruikbaar, wanneer te zijner tijd het bestemmingsplan toch eens in her overweging wordt genomen, of zijn de adviezen el ders bruikbaar. Blijft onverlet de hoogte van de bedragen die gemoeid zijn met deze onteigening. De meest wilde bedragen hebben gecirculeerd. Voor de kosterswoning zijn de kosten te overzien en is de bereidheid van het kerk bestuur aanwezig om mee te werken. Echter het be drag dat gemoeid is met de liquidatie van het winkel woonhuis Torenstraat 5, zal door de onteigenings- rechter moeten worden vastgesteld. De hoogte van de met de onteigening samenhangende belastingbe dragen zal daarna door de inspecteur van de belas tingen moeten worden vastgesteld. Dat u ons niet op de hoogte kunt stellen van het bedrag dat naar uw mening gemoeid is met de onteigening, kunnen wij tot op zekere hoogte billijken. Bij ons is echter de vrees nog steeds aanwezig, dat door de fiscale gevol gen van de onteigening de werkelijke, huidige on- roerend-goedwaarde nog eens met twee vermenig vuldigd wordt, omdat het onteigeningsrecht nu een maal uitgaat van volledige financiële schadeloosstel ling. Omdat wij hierover nog geen enkele zekerheid hebben - en met verwijzing naar de twijfels met be trekking tot de urgentie, waarbij wij nogmaals wil len wijzen op het ongewenste van het anticiperen op de vaststelling van de prioriteiten, wanneer het gaat om belangrijke uitgaven - willen wij eerst uw reactie met betrekking tot de financiële consequenties nog even afwachten. Mevrouw ALLARD-KNOL: Mevrouw de voorzitter! Wij stemmen in met het voorstel om tot onteigening van het pand Torenstraat 5 over te gaan. Bij de be langenafweging individueel belang/algemeen belang hebben wij, na ampele overwegingen en door de maand uitstel, na heroverweging het algemeen belang laten prevaleren boven het persoonlijk belang van de heer Van Dam. Dat wij met deze keuze de heer Van Dam op enigerlei wijze leed kunnen berokkenen, daarvan zijn wij ons bewust. Maar het algemeen be lang is volgens ons in grote mate gediend met het na zoveel jaren realiseren van het sluitstuk van het plan "Kerkebuurt", met de voltooiing van het beschermd dorpsgezicht. Het kunnen herstellen - voor deze en latere generaties - van een uniek stukje Soest, zoals er helaas te weinig over zijn, heeft voor ons zwaarder ge wogen. Wij zijn er niet vóór, de beslissing uit te stel len om al dan niet tot onteigening over te gaan. Wij zijn van mening dat de heer Van Dam er recht op heeft om nu te weten waar hij aan toe is, hetgeen ook een wens van de heer Van Dam zelf is. Tot slot zouden wij met klem willen verzoeken, in het kader van deze onteigening te blijven proberen het betrokken pand langs minnelijke weg te verkrij gen. De heer NUIJTEN: Mevrouw de voorzitter! Op mijn vraag in de commissie ruimtelijke ordening, waarom nu pas actief wordt gewerkt aan de verwerving van de beide panden, kreeg ik als antwoord dat het be stemmingsplan pas na twee jaar onherroepelijk is. Toch kan het er bij mij niet in, dat niet al veel eerder - en dan onder financieel gunstiger omstandigheden - de betrokken panden hadden kunnen worden aange kocht. Tenslotte is het bestemmingsplan al veertien jaar oud. Volgens de informatie van de heer Van Dam zelfheeft deze overigens in 1971 al het pand te koop aangeboden. Als dat juist is, is het des te be- vreemdender, dat niet eerder tot aankoop is overge gaan, vermoedelijk tegen heel wat minder kosten dan nu. Met het geld dat wij nu kwijt zijn - en dat zal zeker niet minder zijn dan een slordige miljoen gulden in totaal - zou bij voorbeeld de achterstand bij het ont wikkelen en aanpassen van bestemmingsplannen sneller kunnen worden ingelopen. Niettemin ben ik de mening toegedaan, dat niet op het laatste ogenblik, nu de afronding van het be stemmingsplan "Kerkebuurt" in zicht is, moet wor den gestopt met de uitvoering daarvan. Nu stoppen omwille van de kosten vind ik principieel niet juist, ook al omdat ook anderen hun panden hebben moe ten verkopen. Bovendien gaat het om een zaak die tot in lengte van jaren het aanzien van Soest mede zal bepalen. Dat brengt mij op de voorwaarde die ik verbind aan mijn steun aan het voorstel van het college, namelijk dat op korte termijn - laten wij zeggen binnen een maand of drie - in de commissie ruimtelijke orde ning zal worden bezien, wat ter voltooiing van het beschermde dorpsgezicht "Kerkebuurt" nog moet gebeuren. Ik denk aan een inventarisatie van het gebied rondom de Oude Kerk en aan een discus sie over de wijze van inrichting, beplanting en bestra ting daarvan. Want naar mijn mening is het nood zakelijk dat, wat er verder ook gebeurt, dit een verlevendiging van het gebied "Kerkebuurt" moet inhouden, zonder dat er kitsch-achtige situaties zouden ontstaan. Indien het college een discussie in de commissie ruimtelijke ordening wil toezeggen, zal ik voor het voorstel stemmen ondanks het feit dat ook ik - ik herhaal dit met nadruk - met de hoge kosten in mijn maag zit. De heer VISSER: Mevrouw Tomassen en ik zijn tegen uw voorstel omdat er helemaal geen algemeen belang wordt gediend als een en ander ons een slordige mil joen gaat kosten. U zit nu wel neen te schudden... 204

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1979 | | pagina 255