zo zwaar wegen als het er staat. Het zou kunnen zijn dat bij verlening van de gevraagde ontheffing straks toch het servicestation om de hoek komt kijken, maar dit mag hier nu niet gelden als argument voor de afwijzing. Dat doet het ook eigenlijk niet. Het is niet het belang rijkste argument. Het is eigenlijk min of meer een toe gift die ook had kunnen worden weggelaten. Ik geloof dat het niet mogelijk is om een tijdelijke hin derwetvergunning te verlenen. Een tijdelijke hinderwet vergunning bestaat naar mijn mening niet. Op de opmerking van de heer Visser dat „serviceverle ning" en „servicestation" verschillende begrippen zijn, zou ik willen zeggen dat dat best eens zo zou kunnen zijn. Een servicestation is een vorm van serviceverle ning, maar niet elke serviceverlening behoeft een ser vicestation te zijn. De heer Visser heeft gelijk met zijn opmerking dat het hier nu niet gaat om wat er staat, maar om de uitbrei ding. De uitbreiding betreft 2 x 20.000 liter, naast de bestaande installatie met een capaciteit van 6.000 liter. De desbetreffende totaliteit van 46.000 liter is meer dan 6.000 liter en ik kan dan ook niet anders zeggen dan dat de uitbreiding een grotere afwijking van het vigerende bestemmingsplan betekent dan de nu aanwe zige afwijking. In de passage in het voorstel waarin staat dat de grond ter plaatse vooishands is bestemd voor het agrarisch be drijf, kan men het woord „voorshands" inderdaad on derstrepen. Het is, met name in 1948, inderdaad de bedoeling geweest deze bestemming nader uit te wer ken. Daar is de gemeente echter niet toe gekomen. Maar ook als wij onder „voorshands" een streep zet ten, geldt ter plaatse op dit moment de agrarische be stemming. Ten aanzien van de stelling dat als de heer Plekkepoel de gevraagde vergunning zou worden toegestaan, de bevoorradingsfrequentie tot een zesde deel van de hui dige bevoorradingsfrequentie zou worden terugge bracht wijs ik erop, dat een capaciteit van 46.000 liter natuurlijk iets geheel anders is dan een capaciteit van 6.000 liter en dat er bij verkoop van zowel super als normaal als dieselolie sprake zou zijn van een grotere omzet De heer VISSER: De grotere omzet is helemaal niet zeker, mevrouw de voorzitter. De man hoopt alleen maar dat zijn omzet groter zal worden. De heer MENNE: Akkoord. De heer VISSER: Dat is dus ook maar een indruk. U kunt geen beleid bouwen op indrukken. Wethouder MENNE: Maar straks zegt u tegen mij: Dat had u toch wel kunnen zien, mijnheer de wethouder; u, die bovendien nog econoom bent, had wel kunnen zien dat het aantal keren dat er benzine wordt verkocht, veel groter zou worden. Het is al erg groot. Ik heb veel respect voor deze ondernemer. Hij zit bij de onderne mers op dit gebied met de grootste omzet in de ge meente Soest en ik acht hem er best toe in staat om in no time de grootste te worden. De heer Bolhuis heeft terecht een opmerking gemaakt die erop neerkomt, dat hij voor het voorstel niet veel geeft als het daarin gestelde betreffende een servicesta tion als argument moet dienen. Als dat het argument was, zou ik er ook niet veel voor gegeven hebben. Maar dat is niet het argument. Het terzake gestelde is een toe gift. Ik heb begrepen dat de heer Bolhuis zich afvraagt of het niet beter zou zijn het voorstel op dit moment van de agenda af te voeren en maar eens te bekijken of er niet een mogelijkheid is om het bedrijf van de heer Plekkepoel elders te situeren, op een andere manier deze zaak De heer BOLHUIS: Pardon, ik heb niet gezegd: op een andere manier. Ik heb gezegd: Zouden wij deze zaak niet aanhouden om de argumenten over en weer helderder op tafel te krijgen? Ik heb niet gesuggereerd om het gevraagde te verlenen, noch om het te weigeren. De VOORZITTER: Dat klopt. Maar de heer Goote heeft er een andere nuance aan gegeven. Wethouder MENNE: Misschien mag ik dan op de vraag betreffende een andere situering zeggen, mevrouw de voorzitter, dat een andere situering natuurlijk een mo gelijkheid is, maar dat hier nu voor ons ligt een aan vraag om een uitbreiding van een bestaand benzine verkooppunt en dat de raad daarover moet beslissen. Daarnaast is het natuurlijk mogelijk om er met een on dernemer over te praten of vestiging elders mogelijk zou zijn. Ik denk dat dat meer in een commissie zou thuishoren. Daar zouden wij er wel eens over kunnen filosoferen. Het betreft hier niet iets dat op zich zelf staat. Wij hebben wel meer van dergelijke gevallen in onze gemeente en dat maakt het natuurlijk niet een voudig om eruit te komen. De heer Beijen heeft een opmerking over het niet no dig zijn van een vergunning gemaakt, die ik niet hele maal heb begrepen. De heer BEIJEN: In artikel 1 van de Zoneverordening Hinderwet is sprake van ondergrondse benzine- en pe- troleumbewaarplaatsen met een maximum inhoud van 6000 liter. Uit het feit dat daarin niet wordt gespro ken van dieselolie zou je in feite moeten concluderen dat de opslag van dieselolie niet hinderwetplichtig is. De VOORZITTER: Hinderwetplichtig is iets anders dan hetgeen waarover wij het nu hebben. Wij hebben het nu nl. over de Zoneverordening Hinderwet. Wethouder MENNE: Wij hebben het nu inderdaad over de Zoneverordening Hinderwet. De Hinderwet is eigen lijk de foliow-up. De VOORZITTER: Ik dacht overigens dat de opslag van dieselolie wel hinderwetplichtig is. Wethouder MENNE: Mevrouw de voorzitter. Op de vraag van de heer Goote wat wij met het onderhavige gebied van plan zijn moet ik zeggen, dat dat nog niet concreet omlijnd is. Maar het zou wel eens kunnen zijn dat als de door de heer Plekkepoel gevraagde uit breiding wordt toegestaan, ze straks het plezierig leven en wonen in dit gebied in de weg staat. Dan zouden wij zeggen: Wat is dit jammer; wat hebben wij hier een ge brek aan vooruitziende blik vertoond. Wij zouden natuurlijk nog wel eens kunnen gaan pra ten met de heer Plekkepoel, maar op dit moment is hier een bepaald voorstel aan de orde en ten aanzien daarvan dacht ik na afweging dat het niet verstandig is om dit voorstel te verwerpen. De heer JONKER: Mevrouw de voorzitter! Ik ben toch niet erg overtuigd door het bloemrijke betoog van de wethouder. Ik zie niet in dat er op de plek in kwestie een poel van ellende zou ontstaan als daar twee tanks met een capaciteit van in totaal 40.000 liter zouden worden ingegraven. Dat wil er bij mij niet in. Ik had graag een oplossing gezien die niet voor de eeuwigheid geldt. De VOORZITTER: Dat kan niet. 46

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1979 | | pagina 99